Het te verwachten resultaat voor het programma bedraagt € 2,5 miljoen negatief en wordt per thema verder toegelicht.
Duurzaam wonen in Breda
Thema Wonen in Breda
Afwijkingen en prognose
Terug naar navigatie - Afwijkingen en prognoseHet te verwachten resultaat voor dit thema bedraagt € 0,1 miljoen negatief.
Afwijkingen
- Op dit moment wordt met corporaties gewerkt aan een pakket van locatiegebonden impulsen van € 1,8 miljoen voor een langere periode. Daarnaast ligt er een pakket voor t.b.v. een snellere activatie van gemeentelijke gronden voor middenduur à € 1,5 miljoen. Bij het Rijk is een aanvraag voor een versnellings-impuls gedaan die om cofinanciering vraagt en er wordt gewerkt aan een aantal maatregelen (cpo-aanpak, hoogbouw visie, omgevingsvisie) waarvan de kosten later dit jaar aan de impulsmiddelen worden toegerekend. Voor de uitnutting van de impuls van de woonagenda is voor 2020 nog geen prognose te geven. Reden is dat de nadere uitwerking van de locatiegebonden impulsen in het 3e kwartaal van dit jaar plaatsvindt.
- Voor de huisvesting van statushouders worden hogere kosten verwacht van per saldo € 0,1 miljoen. De prognose voor de kosten van huisvesting wordt hoger ingeschat. De ambtelijke inzet voor begeleiding van huisvesting zal lager zijn. De verwachte overschrijding bedraagt daarmee € 0,1 miljoen. De hogere kosten voor huisvesting zijn het gevolg van de inzet van de Eglantier. Medio dit jaar is het contract voor de begeleiding van het Koetshuis met één jaar verlengd. De kosten van de verlenging alsmede het tekort voor 2020 van de huisvesting statushouders wordt ten laste gebracht van het overgehevelde budget, ad € 0,5 miljoen, uit 2019 voor sociaal wonen.
- Met ingang van 2017 is de 1 % -regeling van startersleningen ingevoerd, waarmee inkomsten werden ontvangen ter (gedeeltelijke) dekking van de kapitaallasten. De (werkelijke) inkomsten zijn de afgelopen jaren ten onrechte in de begroting opgenomen en ten gunste van de algemene middelen gebracht. In 2019 is het beleid gewijzigd en is de regeling vervallen. Doel is de drempel voor het gebruik van startersleningen te verlagen. De aangepaste verordening is in juni 2019 door de raad vastgesteld. In de begroting 2020 is deze wijziging niet meegenomen. Het bedrag aan wegvallende inkomsten bedraagt € 0,1 miljoen.
Risico's
Terug naar navigatie - Risico's- Zoals eerder aangegeven is er nog immer sprake van een grote druk op de woningmarkt. Wat de economische effecten van de Corona-crisis op de woningmarkt zullen zijn is op dit moment nog moeilijk aan te geven.
Gesteld kan worden dat veranderingen in het algehele economische klimaat met vertraging doorwerken in de bouwproductie. In de eerste kwartalen dat de economie krimpt of juist sterk aantrekt heeft dit vaak nog maar een beperkte invloed op de bouwproductie, maar daarna is de doorwerking juist bijzonder krachtig. Dit heeft met name te maken met de lange doorlooptijden van bouwprojecten. Dit geldt vooral voor de nieuwbouw waar vergunning- en aanbestedingsprocedures aan de bouw voorafgaan en waar het bouwproces zelf vaak zes maanden tot een jaar in beslag neemt. Dit geldt ook voor renovatieactiviteiten. Alleen het onderhoud is minder conjunctuurgevoelig en kent kortere doorlooptijden. Kortom: de bouwproductie reageert met vertraging op veranderingen in het economische klimaat. Betreffende ontwikkelingen zullen nauwgezet worden gevolgd. - Daling van het economische klimaat (werkloosheid etc.) kan vergaande gevolgen hebben voor huishoudens. Op vele manieren wordt ondersteuning gegeven aan mensen die in financiële problemen dreigen te komen.
Met woningcorporaties worden afspraken gemaakt om maatwerkoplossingen te treffen indien huurders in de problemen komen bij hun huurbetaling.
Thema Verdeling beschikbare ruimte
Afwijkingen en prognose
Terug naar navigatie - Afwijkingen en prognoseHet te verwachten resultaat voor dit thema bedraagt € 0,9 miljoen negatief.
- Voor de Omgevingswet is momenteel nog een gemeente breed meerjarig knelpunt/tekort van € 0,8 miljoen voor 2020. Bij meer duidelijkheid kan het tekort over meerdere producten/thema's verdeeld worden.
- Meer uitgaven worden verwacht rondom de afwikkeling bestemmingsplannen dossiers, deze zijn doorgeschoven vanuit 2019 en éénmalig, Trumpi, Markdal, Moskee en Mastbosch, , dit leidt naar verwachting tot een tekort van € 0,2 miljoen.
- Voor de Intake zijn minder kosten en daardoor ook minder legesinkomsten, vermenging met Publiekszaken inzake activiteiten, naar aanleiding van een legesonderzoek komt er ter zijner tijd een begrotingswijziging. Ook voor de bestemmingsplannen zijn minder kosten en opbrengsten, totaal voor deze verhaalbare kosten € 0,2 minder kosten en opbrengsten.
- De verwachting is dat het product Stedelijke planning en programmering neutraal gaat uitkomen einde van het jaar. Wel is er in 2020 is een extra inzet gepleegd op regionale samenwerking. In aansluiting op trajecten van het Rijk voor een landelijke woonimpuls en een programma voor Leefbaarheid en Veiligheid is geïnvesteerd in samenwerking met het Rijk en de regio. Naar verwachting kan bovenstaande worden opgevangen vanuit het innovatie budget.
- De inwerkingtreding van de Omgevingswet is met een jaar uitgesteld tot 1-1-2022. Daarom is de planning aangepast en zijn de voorbereidende activiteiten nu meer volgtijdelijk. Het gedachtengoed van ‘bestaande kennis en daadkracht te benutten voor meer duurzame, gedragen initiatieven’ wordt wel in de praktijk gebracht. Daar waar dit niet met reguliere bijeenkomsten kan, is digitale participatie vormgegeven.
Voor de Omgevingsvisie geldt dat het gesprek met stad, wijken en dorpen, inmiddels digitaal wordt gevoerd. Na de Talks of the Town waar veel input is opgehaald vinden webinars plaats in september en oktober onder de noemer Talk with the Town. De invoering van de Omgevingswet is een jaar opgeschoven naar 1 januari 2022. Vanaf dat moment werken we met een ‘Omgevingsplan’ in plaats van met bestemmingsplannen. Een jaar extra tot de invoering geeft ons de kans om opgedane ervaringen te verwerken in het omgevingsplan en alle noodzakelijke voorbereidingen in een betere volgtijdelijkheid uit te voeren.
Door de ruimte die ontstaat, maken we in 2020 regels eerst meer overzichtelijk en eenduidig voor: stedelijk water, erfgoed en geur. Dit maakt opname in het Omgevingsplan meer eenvoudig.
Daarnaast wordt in 2020 een nieuw werkproces voor beleid maken vormgegeven om zo tot meer samenhangend beleid te komen, dat eenvoudig digitaal te vertalen voor het landelijke stelsel Omgevingswet en naar het nieuwe Omgevingsplan. De doorvertaling van de Omgevingsvisie zal plaatsvinden in 2021. - In 2020 vertalen we het evenementenbeleid in een paraplubestemmingsplan. Dit bestemmingsplan wordt in 2021 vastgesteld. Ook wordt er een overkoepelend bestemmingsplan gemaakt voor het buitengebied noord-oost. Hiermee is na vaststelling voor het gehele gebied het beleid voor het buitengebied in aansluiting op de reeds vastgestelde buitengebiedplannen vertaald en actueel. De visie Claudius Prinsenlaan wordt vertaald in een bestemmingsplan met verbrede reikwijdte.
Als gevolg van uitstel van invoering van de wet verandert in 2020 de vergunningaanvraag nog niet. Vanaf mei 2021 zullen de eenvoudige vergunningaanvragen zoveel mogelijk digitaal plaatsvinden (vooruitlopend op de invoering van de Omgevingswet) en binnen 8 weken een besluit ontvangen. De benodigde software en aansluiting op digitaal stelsel Omgevingswet vinden in 2020 plaats, zoals gepland. Echter, het daadwerkelijk uitwisselen van informatie zal pas in 2021 gaan gebeuren.
De raad heeft een leidraad participatie vastgesteld. Als gevolg van de corona-crisis is de digitale vorm van participatie is meer uitgewerkt en toegepast.
Risico's
Terug naar navigatie - Risico's- De Omgevingswet brengt met zich mee dat in een vroegtijdig stadium participatie met de stad plaatsvindt, met initiatiefnemers, belanghebbenden en gemeente.
Door digitale participatie en werken op afstand is gesprek over praktisch maken van de nieuwe uitgangspunten lastiger. Dit brengt het risico met zich mee dat de daadwerkelijke verandering langzamer merkbaar is voor inwoners en initiatiefnemers.
Thema Grote woonprojecten in de stad
Afwijkingen en prognose
Terug naar navigatie - Afwijkingen en prognoseHet te verwachten resultaat voor dit thema bedraagt € 1,0 miljoen positief.
- Op basis van de herzieningen bij de jaarrekening 2019 is ook het te verwachten resultaat voor 2020 opnieuw bepaald. Naar verwachting is dit resultaat € 1,7 miljoen positief. Een positief resultaat van deze omvang leidt tevens tot een noodzakelijke bijstelling van de begroting in 2021 en 2022 waar positieve resultaten zijn ingerekend. Winstneming vindt nu eerder plaats, het betreft alleen een verschuiving in tijd en geen aanvullende resultaten. Ten aanzien van het deel Grondexploitaties binnen dit product zorgen een vijftal grondexploitaties voor het positieve resultaat, dit betreft de liquidaties van Nieuw Wolfslaar en Vijverstraat 3, de tussentijdse winstnemingen van Eikberg, Hoge Gouw en Verzamelcomplex woningbouw.
- Het beheer van panden en gronden leidt tot een tekort van € 0,7 miljoen. Hogere en niet begrote onderhoudslasten voor het deel panden en gronden waaronder de rechtbank (€ 0,2 miljoen) en De Teruggave (€ 0,4 miljoen) zorgen voor meer lasten, welke door huurinkomsten worden opgevangen. Verder zijn er meer lasten te verwachten voor het uitvoeren van algemeen, correctief, contract en wettelijk onderhoud aan panden.
- Verkoopresultaten leiden tot een positief saldo van € 0,2 miljoen hogere opbrengsten dan begroot bij groenstroken leidt tot een positief saldo van € 0,1 miljoen.
Thema Bereikbaar Breda
Afwijkingen en prognose
Terug naar navigatie - Afwijkingen en prognoseHet te verwachten resultaat voor dit thema bedraagt € 2,1 miljoen negatief.
- Het tekort voor parkeren bedraagt naar verwachting € 1,9 miljoen gebaseerd op de prognose van juli. Als gevolg van de coronacrisis is de opbrengst van parkeren fors gedaald. De opbrengsten dalen naar verwachting met € 3,7 miljoen in 2020. Vanuit het Rijk is in het kader van de compensatie over de periode tot 1 juni 2020 compensatie toegezegd van € 1,8 miljoen. We zien in de parkeeropbrengsten van juli 2020 voorzichtige signalen van herstel. Gezien de onzekerheid in de komende periode is dit nog niet in de prognose verwerkt.
- Inzet van een boven formatieve medewerker (kosten vanuit de bedrijfsvoering) en meer beleidsuren binnen het product mobiliteit zullen leiden tot een tekort van € 0,2 miljoen.
- (Binnen)stedelijke bereikbaarheid
Het kruispunt Zuidelijke Rondweg-Mastbosstraat wordt een jaar later (in 2021) aangepakt gelijktijdig met de andere verkeersregelinstallaties (vri’s) op ZRW (vanwege koppelingen). Deze is geruild met GOP Dorpstraat-Ulvenhout. - De start van de nieuwe concessie voor een beter, duurzamer en moderner openbaar vervoer, is met een half jaar uitgesteld tot juli 2023.
Thema Breda is een duurzame en bestendige stad
Afwijkingen en prognose
Terug naar navigatie - Afwijkingen en prognoseHet te verwachten resultaat voor dit thema bedraagt € 0,4 miljoen negatief.
- Bij de recreatiegebieden Asterdplas en Galderse meren worden gastheren ingezet in verband met crowdmanagement naar aanleiding van de maatregelen tegen corona. Daarnaast zijn er extra schoonmaakkosten als gevolg van corona en zijn de parkeeropbrengsten lager als gevolg van minder bezoekers. Het negatief resultaat bedraagt € 0,2 miljoen.
- In het budget van het product Milieubeheer zijn december circulaire gelden en RRE-subsidie bedragen opgenomen voor een bedrag van € 2,7 miljoen, deze gelden zullen naar verwachting niet allemaal kunnen worden besteed in 2020.
- Aan het dierenasiel wordt een hogere vergoeding verstrekt dan begroot in 2020, dit levert een tekort op van € 0,1 miljoen.
- Bij boerderij Wolfslaar wordt in verband met de beperkte openstelling een tekort in de opbrengsten verwacht van € 0,1 miljoen.