Paragraaf Financiering

Treasuryfunctie: taken en beleid

Terug naar navigatie - Treasuryfunctie: taken en beleid

Treasury zorgt voor de financiering, het cashmanagement en het renterisicobeheer binnen de gemeente Breda. Het doel is om vreemd vermogen aan te trekken tegen zo laag mogelijke kosten en om de organisatie te beschermen tegen ongewenste financiële risico’s. Ons financieringsbeleid schrijft voor dat we maximaal financieren met kortlopende leningen. Het rentetarief op kortlopende leningen (geldmarkt) is bijna altijd lager dan op langlopende leningen (kapitaalmarkt). We volgen de wettelijke kaders voor het renterisicobeheer (kasgeldlimiet en renterisiconorm). Deze staan in de wet Financiering Decentrale Overheden (FIDO). 

De commissie BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) publiceerde in 2016 de notitie Rente 2017. Het doel is om realistisch te ramen en te komen tot een transparante rentetoerekening. De toegestane rentevergoeding over de reserves en voorzieningen (bespaarde rente) is gemaximeerd. De werkelijke rentelast wordt verdeeld via het renteomslagpercentage over de investeringen. Dit percentage is voor 2021 1%.

Renteontwikkeling

Terug naar navigatie - Renteontwikkeling

De coronapandemie zorgde in 2020 wereldwijd voor een enorme terugval in economische activiteit. Overheden leenden enorme bedragen om de economie draaiende te houden en tegenvallende belastinginkomsten te compenseren. De Europese Centrale Bank vergrootte in 2020 haar opkoopprogramma PEPP (Pandemic Emergency Purchase Programme). Mede daardoor bleef de rente laag, op de geldmarkt (leningen met een looptijd tot 1 jaar) en op de kapitaalmarkt (leningen met een  looptijd langer dan 1 jaar). Op de geldmarkt bleef de de 1-maands euribor-rente ook  in 2021 laag (van -0,57%  op 1 januari naar -0,58% aan het eind van het jaar). Op de kapitaalmarkt steeg de 10 jaar swaprente (de benchmarkrente) van -0,26%  naar +0,30%. De oplopende inflatie in vooral de tweede helft van 2021 is hier debet aan.

Financieringsbeleid

Terug naar navigatie - Financieringsbeleid

In 2021 hebben we vooral kort gefinancierd via 1-maands kasgeldleningen, binnen de kaders van de kasgeldlimiet. De rentetarieven lagen tussen de -0,48% en de -0,53%. Gemiddeld hebben we € 27 miljoen aan kortlopende leningen aangetrokken tegen -0,49% rente. Door de negatieve rente was er geen rentelast, maar een renteopbrengst van ruim € 132.000. De omvang van de kortlopende schuld was op 1 januari 2021 € 50 miljoen. Eind 2021 was deze nihil.

De gemeentelijke langlopende leningenportefeuille (opgenomen geldleningen) bestaat uit 2 deelportefeuilles. Een deel van de opgenomen geldleningen is voor de financiering van gemeentelijke investeringen. Een ander deel is doorgeleend aan Bredase woningbouwcorporaties. In 2021 is € 40 miljoen aan langlopende leningen aangetrokken voor gemeentelijke investeringen. € 27,5 miljoen aan langlopende leningen is afgelost. De gemiddelde rente van dit deel van de portefeuille is afgenomen van 1,86% tot 1,75%.  Dit werd mede veroorzaakt door een renteherziening  eind 2020 op een opgenomen lening die is doorgeleend aan Chassé Theater Beheer. De renteherziening leidde in 2021 tot bijna € 450.000 aan lagere rentelasten binnen deze portefeuille.

De opgenomen leningen voor de woningbouw dateren uit het verleden en zijn onder dezelfde condities doorgeleend aan de woningbouwcorporaties. Dit deel van de portefeuille neemt jaarlijks af door reguliere aflossingen. De gemiddelde rente blijft hoog, omdat leningen uit het verleden hogere rentetarieven hebben. Deze deelportefeuille nam in omvang af met € 2,5 miljoen. De totale omvang van de langlopende schuld (beide deelportefeuilles) steeg  in 2021 met € 10 miljoen.

De portefeuille uitgegeven leningen daalt in omvang door reguliere aflossingen. De gemiddelde rente op de portefeuille is in 2021 met bijna 0,5% gedaald doordat de lening aan Chasse Theater Beheer eind 2020 een renteherziening had. De rentecoupon is toen verlaagd van 5,5% naar 1,67%. Daardoor komt de te ontvangen rente over 2021 bijna  € 450.000 lager uit dan begroot.

We hebben 2 leningen  verstrekt aan sportverenigingen tot een totaalbedrag van € 580.000.  

De netto langlopende schuld nam in 2021 toe met € 12,4 miljoen. De kortlopende schuld nam af met € 50 miljoen.  In onderstaande tabel ziet u de ontwikkeling van de opgenomen en uitgegeven geldleningen.

Portefeuille langlopende leningen (> 1 jaar) Restant hoofdsom 1 januari 2021 Gem. rente Nieuw opgenomen/ uitgegeven leningen Aflossingen op leningen Restant hoofdsom 31 december 2021 Gem. rente Mutaties
Opgenomen leningen tbv Gem. Breda 355.978.018 1,86% 40.000.000 25.006.380 370.971.638 1,75% 14.993.620
Opgenomen leningen tbv woningbouw 60.363.553 3,33% 0 2.504.131 57.859.422 3,32% -2.504.131
Totaal opgenomen langlopende leningen 416.341.571 2,06% 40.000.000 27.510.512 428.831.059 1,97% 12.489.488
Uitgegeven leningen tbv derden 95.023.273 3,83% 580.000 3.242.134 92.361.139 3,35% -2.662.134
Uitgegeven leningen tbv woningbouw 60.782.366 3,25% 2.561.616 58.220.750 3,32% -2.561.616
Totaal uitgegegeven langlopende leningen 155.805.639 3,60% 580.000 5.803.750 150.581.889 3,34% -5.223.750
Netto langlopende schuld (totaal opg. - uitg. leningen) 260.535.932 39.420.000 21.706.762 278.249.170 17.713.238
Portefeuille kortlopende leningen (< 1 jaar) 50.000.000 -0,41% pm pm 0 -0,49% -50.000.000
Totaal kortlopende en netto langlopende schuld 310.535.932 278.249.170 -32.286.762

Verstrekte geldleningen en garanties

Terug naar navigatie - Verstrekte geldleningen en garanties

De gemeente Breda heeft per 31-12-2021 een portefeuille aan verstrekte geldleningen van € 150,5 miljoen.  

Het overgrote deel hiervan is voor:

  • Breedsaam: € 72 miljoen (€ 74,2 miljoen).
  • De woningbouwcorporaties: € 58,2 miljoen (€ 60,8 miljoen).
  • Chassé Theater Beheer NV: € 13,5 miljoen (€ 14,2 miljoen).

De kredietrisico's op deze leningen zijn minimaal. De leningen aan de  woningbouwcorporaties zijn gegarandeerd door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW).  Bij de overige leningen hebben we bijna overal hypothecaire zekerheid verkregen. Op alle leningen is regulier afgelost en bleven de effecten van de coronapandemie in 2021 op dit punt uit. 

De omvang van  direct verleende garanties aan rechtspersonen is bijna  € 96 miljoen. Bijna overal hebben we hypothecaire zekerheid verkregen. Ondanks de coronapandemie is regulier afgelost op gegarandeerde leningen. We hebben een garantie van € 37,5 miljoen verstrekt voor de overeenkomst 'doordecentralisatie onderwijshuisvesting' met Breedsaam.  De in 2008 verstrekte garantie van € 35 miljoen aan Building Breda is nu ook onder deze categorie verantwoord. Dit verklaart de forse toename in 2021.  

De gemeente is achtervang bij 2 waarborgfondsen: WSW en Waarborgfonds Eigen Woningen. We staan indirect garant voor de leningen die het waarborgfonds garandeert. De gemeente wordt aangesproken als het waarborgfonds niet aan haar verplichtingen kan voldoen. De zekerheidsstructuur en de financiële positie van deze waarborgfondsen zijn goed. Daardoor loopt de gemeente weinig risico. De omvang van de uitstaande leningen waarvoor we garant staan bij het WSW nam licht toe met bijna € 5 miljoen. 

Bedragen x € 1.000
Borgstellingen of garantstellingen aan natuurlijke- en rechtspersonen Oorspronkelijke hoofdsom 31 december 2020 31 december 2021
Waarborgfonds sociale woningbouw 747.725 579.577 584.268
Gegarandeerde geldleningen voor het verkrijgen/ verbeteren van woningen 493 385 322
Overige gegarandeerde leningen 45.200 24.457 95.878
Totaalbedrag waartoe aan natuurlijke- en rechtspersonen borgstellingen of garantstellingen zijn verstrekt 793.418 604.419 680.468

Renterisicobeheer

Terug naar navigatie - Renterisicobeheer

Renterisico is het risico dat de rentelast van een gemeente ineens fors stijgt. Dit kan gebeuren als veel lopende schulden vervallen en opnieuw gefinancierd moeten worden tegen een fors hogere rente. De wetgever stelt daarom een grens aan het maximale jaarlijkse renterisico voor een gemeente (wet FIDO). Deze grens bestaat uit de kasgeldlimiet (norm voor leningen met een looptijd tot 1 jaar) en de renterisiconorm (norm voor leningen met een looptijd vanaf 1 jaar). Deze twee normen bepalen de speelruimte voor de gemeente om verantwoord en goedkoop te financieren. Beide normen zijn gekoppeld aan (een percentage van) de omvang van de begroting.

Kasgeldlimiet

Terug naar navigatie - Kasgeldlimiet

Met de kasgeldlimiet voorkomt het Rijk dat een gemeente te veel financiert met kortlopende leningen (met een looptijd tot 1 jaar) en zo te veel renterisico loopt. De kasgeldlimiet bedraagt 8,5% van de totale begrotingsomvang en maximeert de omvang van de opgenomen kortlopende geldleningen. Breda mocht in 2021 gemiddeld niet meer dan € 58 miljoen aan kortlopende geldmiddelen aantrekken. 

Omdat de inkomsten en uitgaven in de tijd niet altijd gelijk lopen, mag een gemeente de kasgeldlimiet 2 aaneengesloten kwartalen overschrijden. Daarna moet de omvang van de kortlopende leningen weer onder de kasgeldlimiet komen, bijvoorbeeld door kortlopende leningen om te zetten naar langlopende leningen. De tabel hieronder laat zien dat de kasgeldlimiet in 2021 geen enkel kwartaal is overschreden.

Bedragen x € 1 miljoen
1e kwartaal 2e kwartaal 3e kwartaal 4e kwartaal
Omvang begroting per 1 januari 2021 - de grondslag 688 688 688 688
Toegestane kasgeldlimiet:
- in % van de grondslag 8,5% 8,50% 8,50% 8,50%
- omvang kasgeldlimiet 58 58 58 58
Toets kasgeldlimiet:
Gemiddeld overschot vlottende middelen - - - -
Gemiddeld opgenomen vlottende schuld 50 8 -25 -37
Toegestane kasgeldlimiet 58 58 58 58
Onderschrijding (+) / overschrijding ( - ) van kasgeldlimiet 8 50 83 95

Renterisiconorm

Terug naar navigatie - Renterisiconorm

De renterisiconorm voorkomt dat een te groot deel van de totale gemeentelijke schuld (met een looptijd langer dan 1 jaar) in eenzelfde jaar vervalt en opnieuw  gefinancierd moet worden tegen een mogelijk fors hogere rente. Het Rijk stelt de renterisiconorm  op 20% van de gemeentelijke begroting. Dat dwingt een spreiding van minimaal 5 jaar af van de schuld in de vervalkalender. Breda mocht in 2021 maximaal € 138 miljoen aan langlopende schulden opnieuw financieren en/of aan een renteherziening onderhevig laten zijn. 

De tabel laat zien dat we in 2021, net als de laatste jaren, voldeden aan de norm. De gemeentelijke schuldportefeuille heeft een gemiddeld lange looptijd. Daardoor zijn de jaarlijkse aflossingsbedragen relatief laag en overschrijden we  de renterisiconorm niet. De schuldportefeuille heeft genoeg spreiding om het renterisico te beperken. De kapitaalmarktrente is uitermate laag en de netto rentelast in de begroting is zeer beperkt. In Breda is de netto-rentelast minder dan 0,5% van de begroting.

Bedragen x € 1 miljoen
2018 2019 2020 2021
Begrotingsomvang 654 642 595 688
Renterisiconorm (20% van de begroting) 131 128 119 138
Aflossingen op de vaste schuld 80 97 69 28
Ruimte (+) onder risiconorm 51 31 50 110

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Schatkistbankieren

Sinds eind 2013 is schatkistbankieren verplicht voor decentrale overheden. Gemeenten mogen niet meer beleggen, maar moeten overtollige middelen bij de schatkist afstorten. Een drempelbedrag is vrijgesteld om het dagelijkse betalingsverkeer niet te verstoren.  Dit drempelbedrag  was tot 1 juli 2021 0,75% van de begroting (tot € 500 miljoen) plus 0,2% van het meerdere. De drempelwaarde is per 1 juli 2021 gewijzigd naar 2% van de begroting (tot € 500 miljoen) plus 0,2% van het meerdere. Voor Breda was de drempel de eerste 2 kwartalen € 4,126 miljoen en de laatste 2 kwartalen € 10,376 miljoen.

De gemeente heeft geen structurele overtollige middelen en stort tijdelijke overschotten af. Dat gebeurt automatisch als het saldo van de gemeentelijke rekeningenstructuur bij de BNG bank de € 2 miljoen (credit) overschrijdt.  Het drempelbedrag is in 2021 in geen van de kwartalen overschreden.

Bedragen x € 1.000
Berekening en benutting drempelbedrag schatkistbankieren Drempel Drempel Drempel Drempel
Drempelbedrag 2021 is 0,75% van Begroting over eerste € 500M + 0,2 % over het meerdere, per 1 juli 2% over de eerste € 500M + 0,2 % over het meerdere, 4.126 4.126 10.376 10.376
Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen 1.272 1.239 1.232 933
Ruimte onder het drempelbedrag 2.854 2.887 9.144 9.443
Overschrijding van het drempelbedrag 0 0 0 0

Treasuryresultaat

Terug naar navigatie - Treasuryresultaat

Het treasuryresultaat is het verschil tussen de netto rentelast en de doorbelasting daarvan naar de taakvelden en grondexploitaties. Het resultaat was in 2021 € 748.943.  Dat is bijna  € 370.000 meer dan geraamd. Het verschil bestaat vooral uit hogere rentelasten over de reserves en voorzieningen, een lagere rente op kortlopende financiering en een lagere rentetoerekening aan de activa.

Werkelijke rentelasten en -baten Jaarrekening 2020 gem rente % Jaarrekening 2020 bedrag Begroting 2021 rente % Begroting 2021 bedrag Jaarrekening 2021 rente % Jaarrekening 2021 bedrag
Rente vaste schulden: OG-gemeente 1,85% 6.790.284 2,03% 6.773.000 1,75% 6.350.196
Rente vaste schulden: OG-woningbouw 3,33% 2.048.293 3,26% 1.973.000 3,32% 1.964.827
Rente nieuwe kortlopende schulden (2021) -0,45% -232.273 -0,40% -200.000 -0,49% -132.879
Overige financieringslasten (saldo) -179.959 -76.131
Totaal werkelijke rentelasten 8.426.345 8.546.000 8.106.013
Externe rentebaten UG/gemeente 3,25% 3.709.716 3,87% 3.602.000 3,35% 3.137.717
Externe rentebaten UG/woningbouw 3,83% 2.048.394 3,26% 1.974.000 3,32% 1.974.069
Totaal werkelijke rentebaten 5.758.110 5.576.000 5.111.786
Saldo werkelijke rentelasten minus -baten 2.668.235 2.970.000 2.994.227
Bij: Rente over eigen vermogen (reserves) 1,25% 1.671.413 1,00% 1.300.000 1,00% 1.371.200
Bij: Rente over voorzieningen 1,25% 635.675 1,00% 406.000 1,00% 604.840
Saldo rentelasten over eigen vermogen en voorzieningen 2.307.088 1.706.000 1.976.040
Totaal toe te rekenen rentelast 4.975.323 4.676.000 4.970.267
Toe te rekenen aan grondexploitaties 1,47% 1.045.933 1,35% 405.000 1,52% 852.623
Resteert toe te rekenen aan taakvelden (vaste activa) 0,86% 3.929.390 0,92% 4.271.000 4.117.644
De toegerekende rente aan taakvelden via renteomslag ad 1,25% 5.720.147 1,00% 4.650.000 1,00% 4.866.587
Resultaat treasury 1.790.757 379.000 748.943
Saldo werkelijke rentelasten minus - baten / omvang van de begroting 2021 0,43% 0,44%