Paragraaf Lokale heffingen

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

In deze paragraaf geven we een toelichting op de heffingen en tarieven voor 2025. Daarbij gaan we in op:

  • de algemene ontwikkelingen
  • ons beleid op het gebied van lokale heffingen 
  • de begrote inkomsten per heffing
  • de ontwikkeling van de gemeentelijke woonlasten
  • de mate waarin de tarieven kostendekkend zijn
  • de mogelijkheden voor kwijtschelding

Algemene ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Algemene ontwikkelingen

Voor de begroting van de legesopbrengsten zijn we uitgegaan van de nieuwe Legesverordening 2025. Daarin staan alle activiteiten die met de leges verrekend mogen worden. We schatten de legesopbrengsten lager in dan voorgaande jaren, omdat activiteiten vanuit de Omgevingswet niet meer verrekend mogen worden. Deze wet is op 1 januari 2024 van kracht geworden, maar er zijn nog veel onzekerheden. In deze paragraaf hebben we de baten opgenomen volgens de Omgevingswet. Het verschil in baten moeten we opvangen. Daarvoor werken we meerdere scenario's uit.

In 2014 is de geldigheidsduur van reisdocumenten voor volwassenen verlengd van 5 naar 10 jaar. Dat veroorzaakte in de periode 2019-2023 een dip in het aantal aanvragen voor een reisdocument. Vanaf 2024 zien we juist een piek, die duurt tot 2029. Hierdoor stijgen de leges met € 2,5 miljoen, waarvan € 1,4 miljoen uit gemeentelijke leges bestaat.

De onroerendezaakbelasting (OZB) wordt in 2025 eenmalig met 6% verhoogd, zodat we kunnen blijven investeren in de stad en de dorpen.

Beleid lokale heffingen

Terug naar navigatie - Beleid lokale heffingen

In het bestuursakkoord hebben we afspraken gemaakt over de lokale heffingen:

  • De lastendruk blijft de komende jaren voorspelbaar.
  • De OZB voor niet-woningen en woningen blijft gelijk.
  • De toeristenbelasting stijgt.
  • De afvalstoffenheffing is 100% kostendekkend en wordt jaarlijks geïndexeerd met 2%. Om deze heffing tot en met 2027 kostendekkend te houden, hebben we die in 2024 eenmalig extra verhoogd met 5%.
  • De rioolheffing is in 2023 eenmalig met 17,5% verlaagd en wordt nu jaarlijks geïndexeerd met 2%. Bij de doorrekening houden we rekening met maatregelen voor klimaatadaptatie binnen het rioleringsprogramma.

Voor de overige lokale heffingen gaan we uit van een indexering van 2,9%. Die geldt overigens niet voor de reclamebelasting ondernemersfondsen en de Bedrijfsinvesteringszone (BIZ). Het tarief voor de naheffingsaanslagen voor parkeren is in 2024 niet geïndexeerd. Hiervoor maken we jaarlijks een aparte berekening op basis van de kosten.

Kadernota 2025
OZB
De OZB wordt in 2025 eenmalig met 6% verhoogd, zodat we kunnen blijven investeren in de stad en de dorpen.

Precario
De opbrengsten uit precario stijgen met € 0,04 miljoen. Dit verwerken we in de begroting door de verwachte hogere opbrengst uit 2024 te indexeren met 2,9%.

De Omgevingswet

  • In onderstaand overzicht ziet u welke activiteiten we uitvoeren op basis van de Omgevingswet. Daarbij laten we ook het verwachte aantal vergunningaanvragen en de bijhorende opbrengst in 2025 zien. Die is € 2,2 miljoen lager dan we eerder hadden begroot.
  • Aanvragen die via een anterieure overeenkomst (AOK) lopen, zijn niet in deze berekening opgenomen. Ook de leges voor milieubelastende activiteiten staan niet in dit overzicht.
  • De tarieven zijn verhoogd met de jaarlijkse indexering. Als dat nodig is, passen we de tarieven nog aan om ze kostendekkend te houden.
Bedragen x € 1
Paragraaf directe kosten capaciteit overhead BTW totaal kosten Verwachte legesopbrengst 2025
0.00 Overig 216.500 504.346 270.775 45.465 1.037.087
2.02 Voorfase 282.298 180.134 462.432 128.510
2.03 Activiteiten bouwwerken 1.771.929 1.130.668 2.902.596 4.149.378
2.04 Activiteiten cultureel erfgoed 39.263 25.053 64.316 56.042
2.07 Aanlegactiviteiten 34.235 21.846 56.081 24.948
2.08 Overige activiteiten 143.156 91.348 234.503 110.172
2.09 Maatwerkvoorschriften 2.429 1.550 3.979 3.210
2.10 Gelijkwaardigheid 2.254 1.438 3.692 2.634
2.11 Overige tarieven 4.103 2.618 6.722 4.477
2.12 Modaliteiten 875 558 1.433 36.492
2.13 Vermindering -56.000
2.14 Teruggaaf -45.610
Eindtotaal 216.500 2.784.888 1.725.989 45.465 4.772.841 4.414.253
Paragraaf verwachte vergunningaanvragen
2.02 Voorfase 450
2.03 Activiteiten bouwwerken 1.038
2.04 Activiteiten cultureel erfgoed 95
2.07 Aanlegactiviteiten 84
2.08 Overige activiteiten 332
2.09 Maatwerkvoorschriften 6
2.10 Gelijkwaardigheid 6
2.11 Overige tarieven 11
2.12 Modaliteiten 146
2.13 Vermindering 200
2.14 Teruggaaf 157
Eindtotaal 2.525

Begrote inkomsten

Terug naar navigatie - Begrote inkomsten

Naast de algemene belastingen (zoals de OZB en de toeristenbelasting) heeft de gemeente ook bestemmingsbelastingen en retributies.

  • Bestemmingsbelastingen zijn belastingen waarvan de opbrengsten zijn bedoeld voor specifieke taken of voorzieningen. Denk aan de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. Hiervoor mag de gemeente niet méér belasting heffen dan de kosten die zij voor deze taak of voorziening maakt.
  • Retributies worden betaald door mensen aan wie we een specifieke dienst verlenen. Denk aan het aanvragen van een paspoort of een vergunning. Ook hiervoor geldt dat de belasting niet hoger mag zijn dan de kosten.
  • De legesopbrengsten vanuit Titel 2 van de Omgevingswet hebben we vanwege de vele onzekerheden nog niet aangepast in de gemeentelijke (meerjaren)begroting.  

De inkomsten per heffing staan in onderstaande tabel.

Bedragen x € 1.000
Inkomsten per heffing Werkelijk 2022 Werkelijk 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Algemene belastingen
OZB 38.124 40.058 39.975 42.278 43.067 43.722 44.377
Parkeerbelasting 19.511 22.433 21.787 25.486 26.086 26.086 26.086
Precariobelasting 881 970 886 952 952 952 952
Toeristenbelasting 865 1.319 2.005 1.660 1.700 1.745 1.790
Bestemmingsbelastingen
Afvalstoffenheffing 25.742 26.707 28.926 29.862 30.823 31.811 32.826
BIZ-bijdrage 336 613 583 493 499 47 36
Reclamebelasting Ondernemersfondsen 493 514 468 468 468 468 468
Rioolheffing 21.245 17.773 18.189 19.014 19.324 19.920 19.920
Retributies
Havengelden 95 77 79 81 81 81 81
Leges 10.967 11.466 12.472 13.729 14.179 14.679 15.179
Markt- en reclamegelden 47
Totaal 118.305 121.930 125.371 134.024 137.180 139.512 141.716

Ontwikkeling gemeentelijke woonlasten

Terug naar navigatie - Ontwikkeling gemeentelijke woonlasten

De gemeentelijke woonlasten bestaan uit de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. De OZB is een percentage van de WOZ-waarde.

2024 2025
Tarieven OZB*
Eigenaar woning 0,0566% 0,0600%
Eigenaar niet-woning 0,2238% 0,2372%
Gebruik niet-woning 0,1799% 0,1907%
Rioolheffing
Waterverbruik 1-500 m3 € 193,92 € 197,76
Waterverbruik 501-1.001 m3** € 213,00 € 217,32
Waterverbruik vanaf 1.001 m3 € 0,41 per m3 € 0,42 per m3
Afvalstoffenheffing
Eenpersoonshuishoudens € 261,24 € 266,40
Meerpersoonshuishoudens € 386,88 € 394,56
* Definitieve OZB tarieven zijn afhankelijk van de ontwikkeling WOZ waarden en worden pas later in het jaar berekend. De hierboven genoemde tarieven zijn indicatief.
** verhoging op waterverbruik tot 500 m3

Hierna laten we 3 voorbeelden zien van de ontwikkeling van de woonlasten.

Meerpersoonshuishouden
(voorbeeldberekening van een woning met een WOZ-waarde van € 315.000)

Bedragen x € 1
2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028
Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur
OZB 202,55 n.v.t. 182,39 n.v.t. 178,29 n.v.t. 189,00 n.v.t. 189,00 n.v.t. 189,00 n.v.t. 189,00 n.v.t.
Rioolheffing 230,40 230,40 190,08 190,08 193,92 193,92 197,76 197,76 201,71 201,71 205,75 205,75 209,86 209,86
Afvalstoffenheffing 354,48 354,48 361,56 361,56 386,88 386,88 394,56 394,56 402,45 402,45 410,50 410,50 418,71 418,71
Totale lasten 787,43 584,88 734,03 551,64 759,09 580,80 781,32 592,32 793,16 604,16 805,25 616,25 817,57 628,57
% stijging ten opzichte van vorig jaar -2,05% 2,01% -6,78% -5,68% 3,41% 5,29% 2,93% 1,98% 1,52% 2,00% 1,52% 2,00% 1,53% 2,00%

Eenpersoonshuishouden
(voorbeeldberekening van een woning met een WOZ-waarde van € 250.000)

Bedragen x € 1
2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028
Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur
OZB 160,75 n.v.t. 144,75 n.v.t. 141,50 n.v.t. 150,00 n.v.t. 150,00 n.v.t. 150,00 n.v.t. 150,00 n.v.t.
Rioolheffing 230,40 230,40 190,08 190,08 193,92 193,92 197,76 197,76 201,71 201,71 205,75 205,75 209,86 209,86
Afvalstoffenheffing 239,40 239,40 244,20 244,20 261,24 261,24 266,40 266,40 271,73 271,73 277,17 277,17 282,71 282,71
Totale lasten 630,55 469,80 579,03 434,28 596,66 455,16 614,16 464,16 623,45 473,45 632,92 482,92 642,57 492,57
% stijging ten opzichte van vorig jaar -2,02% 2,01% -8,17% -7,56% 3,04% 4,81% 2,93% 1,98% 1,51% 2,00% 1,52% 2,00% 1,53% 2,00%

Ondernemingen*
(WOZ-waarde € 1.000.000)

Bedragen x € 1
2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028
Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur Koop Huur
OZB 4.166 1.861 4.166 1.861 4.037 2.238 4.279 2.372 4.279 2.372 4.279 2.372 4.279 2.372
Totale lasten 4.166 1.861 4.166 1.861 4.037 2.238 4.279 2.372 4.279 2.372 4.279 2.372 4.279 2.372
2,81% 2,03% 0,00% 0,00% -3,10% 20,26% 5,99% 5,99% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00% 0,00%
* In bovenstaande tabel is voor ondernemingen alleen de OZB opgenomen. De lasten voor rioolheffing zijn afhankelijk van de verbruikte hoeveelheid water en die is sterk afhankelijk van het soort onderneming. De lasten voor de afvalstoffenheffing vallen hier buiten, omdat ondernemers geen huishoudelijk afval hebben.

De tarieven voor de rioolheffing en de afvalstoffenheffing moeten deelbaar zijn door 12, zodat ze eindigen op hele centen.

Kostendekkendheid tarieven

Terug naar navigatie - Kostendekkendheid tarieven

Voor de bestemmingsbelastingen en retributies rekenen we de volgende kosten toe aan de tarieven: 

  • Directe lasten
    Dit zijn kosten voor de activiteiten die direct verband houden met de geleverde dienst.

    De inzet van personeel rekenen we toe op basis van kale uurtarieven. Voor 2025 zijn deze tarieven als volgt vastgesteld:
    schaal 1 t/m 4: € 41,00
    schaal 5 en 6: € 45,00
    schaal 7 en 8: € 55,50
    schaal 9 en 10: € 67,50
    schaal 11 en 12: € 87,50
    schaal 13 en hoger: € 104,50

    De beleidsbepalingen rondom de uurtarieven leest u in het Financieel Beleid 2023 van Breda, Artikel 8:6.
  • Overhead
    Dit zijn de kosten die samenhangen met de aansturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Deze kosten zijn verzameld op taakveld 0.4-overhead en zijn toe te rekenen aan de tarieven. We werken met een uniforme opslag voor overhead, die voor 2025 is vastgesteld op 63,81% van het kale uurtarief. Voor de naheffingsaanslagen voor parkeren mag wettelijk gezien slechts gerekend worden met een opslagpercentage van 50%.
  • Btw
    Binnen het Btw-compensatiefonds hebben gemeenten voor bepaalde prestaties recht op compensatie van de btw die aan hen in rekening is gebracht. Toch mag die btw ook als kostenpost worden aangemerkt en worden doorberekend in de tarieven en heffingen.

Niet toerekenbare kosten
Dit zijn kosten voor beleidsvoorbereiding en algemene inspraakprocedures, kosten van handhaving, toezicht en controle (behalve de eerste controle) en kosten van bezwaar- en beroepsprocedures.

De begrote kostendekking vindt u in onderstaande tabellen. Deze bedragen zijn exclusief de verlaging van de leges vanuit Titel 2 van de Omgevingswet.

Bedragen x € 1.000
Bestemmingsbelastingen Retributies Totaal
Rioolheffing Afvalstoffenheffing Havengelden Leges
Directe lasten -/- baten 15.727 23.308 100 11.226 50.180
Overhead 1.470 4.309 3 4.182 9.985
Btw 1.817 2.245 - 201 4.133
Totaal lasten 19.014 29.862 103 15.609 64.298
Totaal baten heffingen/leges 19.014 29.862 81 13.679 62.350
Kostendekkendheid 100% 100% 78% 88% 97%
Bedragen x € 1.000
Titel 1 Algemene dienstverlening Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevings- vergunning Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2
Directe lasten -/- baten 5.286 4.366 1.223
Overhead 698 2.531 953
Btw 155 45 -
Totaal lasten 6.140 6.943 2.177
Totaal baten heffingen/leges 5.991 6.584 1.154
Kostendekkendheid 98% 95% 53%

Kwijtschelding

Terug naar navigatie - Kwijtschelding

We hebben regels vastgelegd voor het verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. Daarbij zijn we gebonden aan de regels van de Invorderingswet. Gemeenten kunnen hier op een paar punten van afwijken. Zo kunnen ze uitgaan van hogere kosten om te leven dan landelijk is toegestaan. De gemeente Breda heeft de normbedragen voor bestaanskosten bijvoorbeeld gesteld op 100% in plaats van op 90%. Voor belastingbetalers van 65 jaar en ouder hebben we de kosten van bestaan gesteld op 100% van de netto AOW-bedragen in plaats van 100% van de normbedragen voor bestaanskosten. Daarnaast zien we de nettokosten van kinderopvang ook als uitgaven. Onze normen voor kwijtschelding voldoen aan de maximaal toegestane normering. In de belastingverordeningen is vastgelegd of kwijtschelding mogelijk is.