Vitaal en Sociaal Breda

Onze ambitie

Terug naar navigatie - Onze ambitie

In Breda kunnen mensen zo lang mogelijk gezond meedoen in de samenleving en wie het nodig heeft, krijgt ondersteuning en hulp. We zorgen er samen voor dat dit lukt en betaalbaar blijft. We vergroten daarvoor de zelfredzaamheid, stimuleren samen en gezond leven en wederkerigheid en werken aan veerkracht, kansengelijkheid en bestaanszekerheid. Daarnaast zorgen we samen met onze inwoners voor een schone, leefbare en veilige omgeving. 

Om deze ambities waar te maken, is het sociaal domein al stevig in beweging. Dit zien we bijvoorbeeld bij de Hervormingsagenda Jeugd, het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming, het inrichten van Stevige Lokale Teams, de gezondheidsakkoorden, de onderwijsvisie, de vragen rond de houdbaarheid van de Wmo, het antwoord op de groeiende en complexere zorg- en veiligheidsvragen en de toenemende aandacht voor bestaanszekerheid, schulden en armoede. Deze ontwikkelingen laten zien dat het bereiken van onze ambities een integrale opdracht is. Waarin we zowel naar de individuele vraagstukken van bijvoorbeeld jeugdigen kijken, maar ook gezinsgericht en van 0-100 jaar. Dat vraagt de nodige transformaties waarbij we een eerste, maar noodzakelijke stap in het jeugdhulpstelsel zetten en van daar uit door ontwikkelen. Via leren en ontwikkelen moeten we tot een duurzame verandering van het sociaal domein komen. We doen dit in financieel krappere en onzekere tijden.

Vanuit onze wettelijke taken bieden we waar nodig zorg en ondersteuning en helpen we mensen aan werk of aan een inkomen. Veel inwoners vinden laagdrempelige en toegankelijke hulp en ondersteuning in het gewone leven: bij familie, buurtgenoten, vrienden, verenigingen, op school of binnen het vrij toegankelijke aanbod in wijken of buurten. We sluiten zo goed mogelijk aan bij de vraagstukken waar onze inwoners dagelijks tegenaan lopen. Inwoners zorgen voor zichzelf én voor elkaar. Onze inzet heeft hiermee een preventieve werking. Dit draagt bij aan participatie, bestaanszekerheid en gezondheid en het voorkomt ondersteuningsvragen. We ontwikkelen een eenvoudigere en gezinsgerichte aanpak waarin de behoeften van kinderen, gezinnen en huishoudens centraal staan. We verzilveren de kansen die technologische ontwikkelingen in bijvoorbeeld de zorg ons bieden. We anticiperen hiermee op een toekomstbestendig sociaal domein in een groeiende stad. 

Sommige inwoners hebben tijdelijk hulp of maatwerk nodig om hun situatie te verbeteren en soms ook om een vicieuze cirkel te doorbreken. Werk is de beste oplossing voor onze inwoners om voor zichzelf te kunnen zorgen. Daarom komt betaald werk vóór een bijstandsuitkering. Als het nodig is, gaan we in gesprek om de drempels die mensen ervaren weg te nemen. Inwoners met een afstand tot de arbeidsmarkt helpen we om zo duurzaam en regulier mogelijk te werken. En inwoners die moeite hebben met lezen, schrijven of rekenen helpen we via onze aanpak ‘taal- en laaggeletterdheid’.  

Vanuit de onderwijsvisie investeren we in het primair en voortgezet onderwijs in gelijke kansen, burgerschapsvaardigheden en het toekomstvaardig opleiden van leerlingen, bijvoorbeeld door ze al zo jong mogelijk in aanraking te laten komen met techniek. 

De stap naar maatwerkvoorzieningen voor zorg en ondersteuning volgt pas na benutting van de mogelijkheden binnen het voorliggend veld. We willen namelijk dat maatwerk alleen daar terechtkomt waar dat het hardst nodig is. We stellen altijd eerst de vraag wat iemand tijdelijk nodig heeft en gaan samen aan de slag, waarbij we vaker tot een collectieve oplossing willen komen. Soms lukt het inwoners echter niet om zelf of met hulp van hun omgeving een zelfstandig leven te leiden. Voor hen staan we altijd klaar. 

Om doelmatig te werken, leggen we ook betere verbindingen tussen de onderdelen binnen het sociaal domein. Zo komen we tot samenhangende regie. Als voorbeeld: werk staat voorop, maar als daarvoor de randvoorwaarden nog ontbreken, dan gaan we daar eerst mee aan de slag. 

Alle thema’s binnen het programma Vitaal en Sociaal Breda hebben te maken met de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Die maken het halen van onze ambities er niet eenvoudiger op. De arbeidsmarkt wordt namelijk steeds krapper en vormt steeds vaker een knelpunt bij het behalen van opgaven. Vaak leidt het ook tot hogere kosten (bijvoorbeeld door wachtlijsten in de GGZ en de verslavingszorg). Die krapte ervaren we als gemeente, maar onze partners in de uitvoering en het Integrale Zorg Akkoord ervaren die ook. De krappe arbeidsmarkt is overigens ook de kans om mensen in de bijstand te laten participeren. We lossen hiermee de structurele krapte en de gevolgen daarvan echter niet op.

Thema Opgroeien

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?
  • In lijn met het bestuursakkoord willen we de meest kindvriendelijke stad van Nederland worden.
  • In lijn met de Hervormingsagenda Jeugd en het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming willen we dat jeugdigen zo thuis en nabij mogelijk veilig en gezond opgroeien en zichzelf ontwikkelen. Hiermee voorkomen we latere hulpvragen en bevorderen we kansengelijkheid.
  • We willen een financieel houdbaar stelsel voor jeugdhulp en jeugdzorg en nemen beheersmaatregelen op basis van de hervormingsagenda. 
  • We benutten het waardenetwerk Kansrijke Jeugd om aan de belofte van Verbeter Breda te kunnen voldoen voor alle kinderen: 'kunnen worden wie je wilt zijn'.
  • We willen de kracht van de pedagogische basis benutten en aansluiten bij de leefwerelden van jeugdigen: in de wijk, op school, thuis en online. Als gemeente bevorderen wij de randvoorwaarden voor goed onderwijs, waarbij kansengelijkheid op de eerste plaats komt. Dankzij een krachtige pedagogische basis kunnen we hulpvragen voorkomen.
  • We willen dat jeugdigen en hun gezinnen waar nodig de weg vinden naar ondersteuning, begeleiding en bescherming. Hierbij zijn de vrij toegankelijke ondersteuning en laagdrempelige collectieve activiteiten makkelijk te vinden. Informatie en ondersteuning zijn beschikbaar waar jeugdigen en hun ouders komen en logischerwijs hun vraag stellen: bij de huisarts, op scholen, online en in de buurt. 
  • We willen zo veel mogelijk matched care. Dit betekent dat jeugdigen zo snel mogelijk de passende zorg met de juiste zwaarte ontvangen. 
  • Voor jeugdigen en gezinnen organiseren we ondersteuning om problemen te voorkomen (preventief). Deze ondersteuning wordt zo veel mogelijk in groepen aangeboden (collectief). Pas als dat echt nodig is, ontvangen jeugdigen 1-op-1 hulp (individueel). 
  • We willen dat jeugdigen zo thuis mogelijk opgroeien. Het doel is dan ook om zo min mogelijk jeugdigen uit huis te plaatsen en het aantal jeugdigen met een gedwongen crisis-, verblijfs- of jeugdhulpplek verder te laten dalen.
  • We willen dat jeugdigen met gespecialiseerde jeugdhulp wanneer dat nodig is ook ná hun 18e ondersteuning blijven krijgen om een terugval te voorkomen. We bieden hiervoor een passend en aansluitend vervolgtraject.
  • We willen jeugdigen betrekken bij de ontwikkeling van de stad, ons beleid, onze uitvoeringsplannen en de uitvoering van initiatieven op alle beleidsterreinen. Daarbij hanteren we de eerder door de gemeenteraad vastgestelde Participatieleidraad. We zijn daarbij duidelijk over de kaders waarbinnen de participatie plaatsvindt en laten zien wat er met hun inbreng is gebeurd.
  • We willen dat er bij de ontwikkeling en groei van de stad voldoende passende voorzieningen en faciliteiten zijn voor jeugdigen. Daarmee willen we bijdragen aan de op- en afschaling in het jeugdhulpstelsel en invulling geven aan de regiovisie Jeugd. 
  • We willen de specialistische jeugdhulp op de juiste schaal organiseren. De minder voorkomende vormen van specialistische jeugdhulp willen we bovenregionaal inkopen om de juiste kwaliteit en beschikbaarheid te kunnen waarborgen. Dat doen we op het niveau van de regio West-Brabant-Oost (WBO) voor onder andere ambulante jeugdhulp en op landsdeel Zuid-West-niveau (Jeugdzorg+) en Brabantbreed-niveau voor de gecertificeerde instellingen.
  • Met de Onderwijsvisie zetten we in op de opgaven gelijke kansen, toekomstvaardig opleiden en burgerschap. In 2025 werken we met het uitvoeringsprogramma aan concrete doelen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Terug naar navigatie - Wat gaan we daarvoor doen?

Algemeen 

  • We integreren de lokale projecten, de veranderingen in het jeugdhulpstelsel en de sturing op de specialistische jeugdhulp. We starten vanaf 1 januari 2025 met een proof of concept van een Stevig Lokaal Team (SLT) in Breda- Noordwest. Hiermee kunnen we de benodigde stelselwijzigingen in gang zetten. Daarbij gebruiken we de positieve resultaten uit eerdere pilots en projecten, zoals Plein 3, de aanpak 18-/18+, de jeugdprofessional bij de huisarts en Value Based Healthcare. De resultaten hiervan borgen we in onze reguliere werkwijzen en producten.
  • In het 4e kwartaal van 2025 starten we met het proces voor een nieuw beleidskader Jeugd. We gebruiken hiervoor wat we hebben geleerd vanuit het Stevige Lokale Team Noordwest, het waardenetwerk Kansrijke Jeugd en het programma ‘Samen werken aan de basis’. We schrijven een beknopt beleidskader om flexibel, integraal en toekomstgericht te werken, zodat we snel kunnen inspelen op veranderingen. Dit beleidskader sluit aan op de opgaven uit de Hervormingsagenda Jeugd en de regiovisie Jeugd, en sluit aan bij de ontwikkeling naar één sociaal domein in Breda. Daarbij werken we aan stevige verbindingen met onder andere de onderdelen Maatschappelijke Ontwikkeling, Participatie, Veiligheid en Onderwijs.
  • Om de ambitie meest kindvriendelijke stad in te gaan vullen, verstevigen we de basis en werken deze verder uit in de visie jeugdparticipatie. Voor jeugdparticipatie zetten we de programma’s Jongerenambassadeurs en Wijkministers in 2025 voort. We willen dat jongeren meer meedoen binnen de gemeente. Daarvoor passen we de regels en onze manier van werken aan. We werken toe naar een visie op jeugdparticipatie die aansluit bij de al vastgestelde Participatieleidraad.
  • In 2025 nemen we meer vaste medewerkers aan. Dit heeft een aantal voordelen: het zorgt voor een stevigere verbinding met onze ketenpartners, minder verloop, minder behoefte aan overdracht, en minder loonkosten.
  • We gaan door met de landelijke opdrachten uit de Hervormingsagenda Jeugd, de Norm voor Opdrachtgeverschap en het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming. Dat leidt onder meer tot een niet-vrijblijvende samenwerking in de jeugdregio, het uniformeren van toegangsprocessen, het (waar mogelijk) standaardiseren van de manier van inkopen en het verminderen van de administratieve lasten. We ontwikkelen een dekkend jeugdhulpstelsel in de regio, waarbij we goed kunnen sturen op kwaliteit en kosten. Dat doen we binnen een partnerschap met enkele jeugdhulpaanbieders.
  • We willen kleinschalige jeugdhulpvoorzieningen mogelijk maken, zoals gezinshuizen, woongroepen en locaties voor zelfstandigheidstraining. Zo kunnen we de meer gesloten vormen van jeugdhulp afbouwen en deze zorg nabij aanbieden in het eigen netwerk. We maken hiervoor plannen op de korte en langere termijn.

Stevig Lokaal Team (SLT)

  • Een belangrijk element in de verandering van het jeugdhulpstelsel is het Stevig Lokaal Team (SLT). Vanaf 1 januari 2025 hebben we een SLT in Breda-Noordwest. Dit team helpt ons om de doelen te bereiken uit de Hervormingsagenda Jeugd en de Norm voor Opdrachtgeverschap, en ligt in lijn met de regiovisie Jeugd en het regionaal strategieplan Jeugd.
  • Het SLT is de eerste stap om goede hulp te blijven bieden aan jeugdigen en gezinnen, en de jeugdhulp beheersbaar en betaalbaar te houden. We werken samen met één organisatie die het SLT leidt. Deze organisatie beoordeelt hulpvragen en biedt vrij toegankelijk veelvoorkomende vormen van hulp. Deze preventieve vormen van hulp richten zich op collectieve oplossingen voor problemen in de wijk, thuis of op school.
  • We testen hoe het SLT samenwerkt met de sociale basis, het gemeentelijk sociaal domein en de specialistische jeugdhulp. We kijken naar de effecten voor jeugdigen en gezinnen, en proberen kosten te besparen door meer preventieve en collectieve activiteiten aan te bieden. Als het nodig is, passen we onze aanpak aan via specifieke interventies en door de samenwerking te intensiveren.


Het SLT in samenwerking met de sociale basis, het gemeentelijk sociaal domein en de specialistische jeugdhulp.

  • Het SLT onderzoekt hulpvragen vanuit de omgeving van de jeugdige en zoekt naar onderliggende problemen. Soms ligt de oplossing dichter bij het gezin of in een ander domein, zoals schulden, volwassenproblematiek of scheidingen.
  • We normaliseren opvoed- en opgroeivragen, maken deze bespreekbaar en benutten de kracht van de pedagogische basis. Gezinnen met vragen die alleen een medische oplossing nodig hebben, worden daarnaar doorverwezen. Hierdoor dalen de kosten en neemt de druk op gespecialiseerde professionals af.
  • We monitoren de effecten en resultaten van het SLT in Noordwest. In dit proof of concept sturen we samen op de beweging die we willen maken. We voeren verbeteringen door wanneer we deze zien en kijken waar we de geleerde lessen breder in de stad kunnen invoeren.

Ontwikkelingen waardenetwerk Kansrijke Jeugd 

  • In 2025 voeren we het plan Kansrijke Jeugd 2025 uit. Daarbij bouwen we aan een stevige pedagogische basis en gebruiken we de sociale basis in het waardenetwerk om het SLT te versterken, waarmee we nauw samenwerken.
  • In de periode na Covid-19 is het zicht op de jeugdigen in Breda geïntensiveerd en hebben we meer aandacht besteed aan hun mentale welzijn door tijdelijke impulsen in te zetten. Deze inzet herijken we nu. Met de komst van het SLT verwachten we voor meer nabijheid te kunnen zorgen. Een deel van de aansluiting met onze jeugdigen brengen we op een andere manier tot stand in het SLT. In de gebieden waar nog geen SLT is, kijken we naar wat er nodig is en sluiten we aan bij de aandachtwijken van Verbeter Breda. Zo zetten we de ondersteuning in waar deze het meest nodig is en werken we aan de financiële kaders die om bijstelling vragen, gezien de huidige ontwikkelingen.
  • Door de introductie van het SLT in Noordwest is het mogelijk om de inzet van de jeugdprofessional op school in dat gebied te verminderen. Daardoor kan het subsidieplafond voor 'Ondersteuning en hulp bij opvoed- en opgroeivragen in de schoolcontext' worden verlaagd. Daarnaast draagt het programma ‘Samen werken aan de basis’ bij aan meer kennis en kunde in het onderwijs over de problematiek van jeugdigen en ouders. Het programma zorgt ervoor dat de jeugdprofessionals op school meer aansluiten op de werkwijze van de brugfunctionarissen. Daardoor werken we samen aan onze gemeenschappelijke opgave rondom de gezonde ontwikkeling van jeugdigen.
  • De rijksmiddelen om voortijdig schoolverlaten te voorkomen, zijn weggevallen. Daardoor is een herijking nodig, waarbij er voor dit onderwerp geen subsidie meer beschikbaar is in het waardenetwerk Kansrijke Jeugd. Bij de herijking bekijken we of die leidt tot een toename van de jeugdhulpkosten doordat de dagbesteding nu georganiseerd wordt vanuit andere middelen, zoals jeugdhulp.
  • Door deze aanpassingen kan het subsidieplafond voor het waardenetwerk naar beneden worden bijgesteld. Dit draagt voor een deel bij aan het terugdringen van het tekort binnen het budget voor Jeugd.
  • Met deze ontwikkelingen willen we activiteiten versterken die de mentale weerbaarheid vergroten. Zo zetten we sport in om vaardigheden te ontwikkelen en bieden we ondersteuning aan huisartsenpraktijken, zodat de zorg nabij is en minder vaak specialistische hulp nodig is.
  • De voordelen en maatschappelijke risico's van deze keuzes worden gevolgd en besproken binnen het waardenetwerk Kansrijke Jeugd, met speciale aandacht voor de inzet in de Verbeter Breda-wijken en het doel ‘kunnen worden wie je wilt zijn’.

Sturen op de toegang
In 2025 gaan we veranderingen doorvoeren om de toegang tot jeugdhulp te verbeteren en de kosten van en vraag naar jeugdhulp te beheersen. We werken toe naar één ingang en de inzet van een adviesteam:

  • Eén ingang: we werken toe naar één centrale toegang voor jeugd- en gezinshulp. Het SLT in Noordwest zet hiervoor de eerste stap.
  • Een adviesteam: een groep bestaande medewerkers Jeugd vormt het adviesteam, dat helpt om de jeugdhulp beter te organiseren. Dit team werkt samen met verwijzers, zoals huisartsen en zorgaanbieders, om de juiste hulp te bieden aan jeugdigen. Het adviesteam zorgt voor:
    • minder doorverwijzingen naar zorgaanbieders zonder contract door te sturen op het gebruik van de regionaal gesloten contracten. In 2023 kostte dit nog € 2,2 miljoen voor 92 jongeren bij 77 aanbieders.
    • minder doorverwijzingen naar specialistische jeugdhulp door externe verwijzers, zoals huisartsen en jeugdartsen. In 2023 kwam ongeveer 50% van deze doorverwijzingen via huisartsen en medisch specialisten.
    • een betere overeenkomst tussen de verwijzing, het zorgaanbod en de zorgaanbieder.
    • het juiste gesprek en een meer diepgaande evaluatie als een jongere meerdere hulptrajecten achter elkaar nodig heeft bij dezelfde zorgverlener.
    • tussentijdse evaluaties tussen de jeugdhulpaanbieder en de jongere over de geboden hulp.

Afbakening jeugdhulp
We verbeteren de lokale regels voor jeugdhulp, omdat de huidige wetgeving nog niet duidelijk genoeg is. In 2025 komen er nieuwe regels die de jeugdhulp beter afbakenen. Op basis hiervan passen we de verordening Jeugdhulp aan.

  • Er komen regels die bepalen hoe lang bepaalde vormen van jeugdhulp ingezet mogen worden.
  • We passen de verordening aan, waarbij we de reikwijdte van de jeugdhulpplicht van de gemeente en de verhouding tussen de Jeugdwet en andere wettelijke kaders nog explicieter omschrijven (Wet passend onderwijs, Wet langdurige zorg, Wet maatschappelijke ondersteuning, Zorgverzekeringswet). De definitie van 'eigen kracht' laten we aansluiten bij de jurisprudentie. We introduceren verder de begrippen 'draagkracht' en 'draaglast'. Deze begrippen voorkomen dat ouders het gevoel hebben dat er een aanspraak of recht op hulp is. We benadrukken het uitgangspunt van normaliseren.
  • De ouder-kindzorg wordt beter afgebakend volgens de richtlijnen van het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) en het CIZ. Sommige taken, zoals aankleden en helpen bij het eten, vallen onder opvoeding en worden niet vergoed. Dit heeft vooral invloed op het geld dat beschikbaar is via het pgb.

Jeugdhulp en jeugdzorg

  • In 2025 starten we met een gemeentelijk Doorbraakteam. Daar kunnen collega’s terecht met een probleem of complexe situatie. Het team denkt mee over maatwerkoplossingen voor situaties die zó ingewikkeld zijn dat de reguliere hulpverleningstrajecten onvoldoende helpen. Hiervoor wordt dan een doorbraakplan gemaakt, in samenwerking met de betrokken regisseur/klantmanager. Hiermee verbeteren we onze dienstverlening.
  • We gaan door met het Screeningsteam 18-/18+. Voor jeugdigen met gespecialiseerde jeugdhulp die ook na hun 18e ondersteuning nodig hebben, is er passende en tijdige hulp en ondersteuning. We zorgen dat de overgang naar (financiering vanuit) andere wetgeving voor deze jongeren soepel verloopt.
  • We gaan door met het project om dak- en thuisloosheid onder jongeren te voorkomen.
  • De pilot KANZ+ richt zich op gezinnen met complexe en langdurige problemen op meerdere leefgebieden. De pilot is in september 2023 van start gegaan en eindigt eind 2024. De eerste resultaten zijn positief. Per 1 januari 2025 willen we deze nieuwe, innovatieve vorm van integrale en domeinoverstijgende hulpverlening hebben ingekocht voor 4 jaar. Hiervoor loopt momenteel een Europese aanbesteding. Met KANZ+ verwachten we de meest kwetsbare gezinnen uit Breda beter, sneller en efficiënter te kunnen helpen.
  • We gaan verder met de om- en afbouw van de gesloten jeugdzorg (JeugdzorgPlus). Het uit huis plaatsen van jeugdigen willen we zo veel mogelijk voorkomen. Als uithuisplaatsing toch nodig is, worden jeugdigen kleinschalig opgevangen en zorgen we dat zij daar zo kort mogelijk verblijven.
  • In 2025 voeren we meer kwaliteitsonderzoeken uit bij jeugdhulpaanbieders. Daarmee zorgen we dat zij hun geld rechtmatig en correct gebruiken. Deze onderzoeken dragen naar verwachting bij aan het terugdringen van het tekort op het jeugdbudget. We gaan hiermee door totdat het hele werkveld volledig compliant is. Hiervoor is minimaal 4 jaar nodig, als we kijken naar soortgelijke processen in ander sectoren.
  • We gaan door met de Verbeteragenda Pleegzorg binnen de regio WBO. Samen met alle betrokken partijen gaan we de pleegzorg nog beter organiseren.
  • Relatie en scheiding: via een relationeel-systemische aanpak kunnen we langdurige conflicten voorkomen of helpen doorbreken en daarmee schade bij jeugdigen beperken of voorkomen. We verbeteren de kwaliteit van de aanpak door in te zetten op een netwerkaanpak, continue deskundigheidsbevordering, de inzet van ervaringsdeskundigen en een regionale monitor.

Toekomstscenario Jeugd en Gezin 

  • Met een lokaal programma bereiden we ons voor op het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming. Dit programma sluit aan op het regionale programma Toekomstscenario.
  • De jeugdbeschermingsketen moet effectiever en slimmer worden georganiseerd en aansluiten bij de uitgangspunten van de Hervormingsagenda Jeugd en het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming: gezinsgericht, rechtsbeschermend en transparant, eenvoudig en lerend.

Onderwijsvisie
De Onderwijsvisie krijgt een uitvoeringsplan. Dit geeft richting aan de uitvoering van onze (wettelijke) taken en ambities. We gaan in het uitvoeringsplan aan de slag met de 3 ambities uit de onderwijsvisie.  

  1. Gelijke kansen: we werken aan gelijke kansen voor Bredase leerlingen door te bouwen aan een stevige pedagogische basis door meer aandacht te hebben voor basisvaardigheden in het onderwijs (zoals taal en rekenen). We spannen ons in voor voldoende onderwijspersoneel en bouwen samen met de onderwijspartners door aan het succes van de Verlengde Schooldag. 
  2. Toekomstvaardig en praktijkgericht opleiden: we willen praktijkgericht onderwijs de norm maken in Breda en techniekeducatie al vanaf jonge leeftijd introduceren. Daarnaast investeren we in vaardigheden, zoals digitale bekwaamheid en flexibiliteit bij leerlingen. We willen vooroplopen als stad waar je je kan laten bijscholen om een bijdrage te leveren aan TT&C en waar (lokaal) talent, bijvoorbeeld op het gebied van gaming, een podium krijgt. Ook bieden we mogelijkheden voor maatwerkdiploma’s en deelcertificaten. 
  3. Burgerschap, een fijne stad voor iedereen: we gaan zelf en samen met het onderwijs aan de slag met het vergroten van de kennis van democratie, maatschappij en maatschappelijke participatie bij onze jonge inwoners. Verder willen we burgerschap versterken via de Maatschappelijke Diensttijd (MD) en cultuureducatie. Verder bouwen we aan een veilige schoolomgeving, onder meer via een bewustwording en vroegsignalering over cyberpesten. Tot slot gaan we aan de slag met ouderbetrokkenheid en inclusie in het onderwijs. 

Programma Samen werken aan de basis

  • We voeren het programma ‘Samen werken aan de basis’ uit. Dat doen we samen met het onderwijs. Het programma versterkt het pedagogisch klimaat en stimuleert de beweging van het onderwijs richting de overige leefwerelden van kinderen, zoals hun familie en hun wijk of dorp. In de leefwerelden 'familie' en 'wijk' investeren we via andere programma’s.

Samen werken aan de basis: de huidige situatie en de gewenste situatie.

Binnen het programma willen we deze beweging met en in het onderwijs voor elkaar krijgen. Dit doen we door samen te werken aan 3 bouwstenen:

1. Bewegen en doen:

  • We voeren minstens 17 projecten uit die bijdragen aan de beweging in en met het onderwijs en onze partners.
  • Deze projecten voeren we uit binnen het reguliere onderwijs, het speciaal onderwijs en de tijd van ondertussen (de thuiszittende jeugdigen).
  • We voeren deze projecten uit en sturen bij op inhoud en op de beweging via monitoring en evaluaties.
  • We zetten het onderwijs meer in een regierol; zij voeren de projecten uit.

2. Leren en reflecteren:

  • We evalueren elk project op dezelfde manier.
  • We maken de maatschappelijke effecten en baten inzichtelijk.
  • We analyseren de effecten met de SLT's en het waardenetwerk Kansrijke Jeugd, en zetten deze informatie slim in binnen nieuwe projecten.
  • We laten zien hoe investeringen in jeugdigen kunnen leiden tot positieve effecten, bijvoorbeeld in het leerlingenvervoer, bij participatie en bij het voorkomen van ondermijnend en onbegrepen gedrag.
  • We sturen met data door vanuit inkoop een nieuwe productcode te ontwikkelen voor zorg in onderwijstijd.

3. Agenderen en inspireren: 

  • We beschrijven de gemeenschappelijke opgave met het onderwijs, de kinderopvang en het samenwerkingsverband Passend Onderwijs.
  • We beschrijven begrippen als 'normaliseren' en 'collectief preventief werken' aan de hand van concrete voorbeelden.

Nationaal Programma Onderwijs
Het Nationaal Programma Onderwijs loopt in 2025 af. De laatste ronde subsidies is toegekend voor het schooljaar 2024-2025. We gaan de projecten afronden en borgen. Het betreft activiteiten die:

  • gericht zijn op zorg en welzijn in en om de school, om vertragingen op sociaal en emotioneel vlak in te halen die door de coronapandemie zijn ontstaan
  • bijdragen aan een verbeterde sociale omgang en veiligheid
  • een positieve impact hebben op iemands leefstijl en welzijn
  • brede (talent)ontwikkeling stimuleren
  • de basisvaardigheden taal en lezen bevorderen
  • gericht zijn op het verbeteren van de toegang tot voor- en vroegschoolse educatie

Onderwijsachterstanden
In lijn met de Onderwijsvisie en het waardenetwerk Kansrijke Jeugd werken we aan de volgende onderwerpen:

  • We willen dat peuters met een (kans op) taalachterstand op tijd worden gesignaleerd. Deze peuters en hun ouders krijgen thuis extra ondersteuning.
  • 350 peuters vanaf 2,5 jaar kunnen naar de kinderopvang om hun taalontwikkeling verder te stimuleren.
  • We ondersteunen basisscholen bij het tegengaan van onderwijsachterstanden door de inzet van schakelklassen en activiteiten die gericht zijn op taal- en talentontwikkeling (met onder andere techniekactiviteiten).
  • We dragen bij aan het uitvoeringsprogramma Kansrijke Jeugd en sluiten aan op de ontwikkeling van de SLT's.

Met de specifieke uitkering ‘Ontwikkeling Jonge Kind’ zet Verbeter Breda bij 5 basisscholen in op:

  • taaleducatie voor ouders bij de kinderopvang
  • toegang voor peuters vanaf 2 jaar om hun taalontwikkeling te stimuleren bij de kinderopvang
  • een extra onderwijsassistent in groep 1 en 2 met extra aandacht voor de taalontwikkeling van kleuters

Voortijdig Schoolverlaten
In lijn met de Onderwijsvisie en de regionale aanpak Voortijdig Schoolverlaten werken we aan de volgende onderwerpen:

  • We zorgen voor ontwikkelingsmogelijkheden voor jongeren om kansenongelijkheid, thuis zitten en verzuim te beperken.
  • Het takenpakket, de beschikbare uitvoeringscapaciteit en de middelen van het Regionaal Bureau Leren zijn in 2025 terug op orde. Hierdoor kan meer gewerkt worden volgens de landelijke werkwijze Methodische Aanpak Schoolverzuim, waarmee de omslag in gang wordt gezet van leerplicht naar leerrecht.
  • Medio 2025 wordt de nieuwe wet 'Van school naar duurzaam werk' van kracht. De rol van de doorstroomcoaches (trajectbegeleiders 18+) verandert van regievoerder naar actieve begeleider. De leeftijdsgrens wordt verruimd van 23 naar 27 jaar.
  • In 2025 start een nieuw regionaal VSV-programma 2025-2028 om jongeren zonder startkwalificatie een sluitend vangnet te bieden.

Taal, laaggeletterdheid en basisvaardigheden
In lijn met de Onderwijsvisie en Verbeter Breda zetten we in op:

  • een gemeentelijke gezinsaanpak geletterdheid
  • de mogelijkheid om laagdrempelig vragen stellen via de Digi-Taalpunten in de wijk (Heuvel, Haagse Beemden, Hoge Vucht), met een onderzoek naar een extra Digi-Taalpunt
  • het versterken van de samenwerking met het Digi-Taalhuis en het Informatiepunt Digitale Overheid
  • eenvoudige communicatie en bewustwording van de moeite die sommige mensen hebben met lezen, schrijven, rekenen en digitale vaardigheden, in samenwerking met het Taalpanel
  • een lokale uitvoering van het regionale plan.

Leerlingenvervoer
Zo'n 500 kinderen maken ieder schooljaar gebruik van het leerlingenvervoer dat de gemeente organiseert. In lijn met de Onderwijsvisie en de verordening Leerlingenvervoer zetten we in op zelfredzaamheid en het beter benutten van de kracht van de pedagogische basis:

  • Op de middellange termijn streven we naar een afname van het aantal kinderen dat met georganiseerd busvervoer naar school gaat. Het gaat hier om kinderen die toe zijn om een stap naar meer zelfstandigheid te maken. Eigenlijk wilde we eerder deze stap zetten naar meer maatwerk rond leerlingenvervoer, maar door de problemen in het leerlingenvervoer heeft dit langer geduurd. 
  • We starten een pilot om kinderen zelfstandig te leren reizen met het openbaar vervoer.
  • We verhogen de betrokkenheid van ouders door in gesprek te gaan over hun verantwoordelijkheid voor het vervoeren van hun kind (en eventueel een kilometervergoeding te verstrekken).
  • We overleggen met de vervoerder over de inzet van pedagogisch geschoolde busbegeleiders die ingezet kunnen worden om kinderen, ouders en de chauffeurs te ondersteunen als er zich in een busje gedragsproblemen voordoen.

Indicatoren

Terug naar navigatie - Indicatoren

De begroting bevat een set (beleids)indicatoren. Met deze indicatoren geven we – naast de begrotingstekst en de financiële overzichten – een beeld van de ontwikkelingen van de diverse begrotingsthema’s. We actualiseren (herijken) deze set elk jaar. In de begroting 2025 gaat het om 113 indicatoren. Daarvan zijn er 21 landelijk verplicht. De andere 92 zijn Bredase indicatoren. Elke Bredase indicator staat bij het begrotingsprogramma of thema waar deze indicator betrekking op heeft.

Programma 1 bevat 34 beleidsindicatoren, waarvan er 4 landelijk verplicht zijn. Voor alle indicatoren in deze begroting hanteren we peildatum 1 september 2024.

Thema-indicatoren
Indicator: Beweegrichtlijn (audit nr 4)
Omschrijving: Percentage kinderen en jongeren van 4 tot en met 17 jaar dat voldoet aan de beweegrichtlijn (onderdeel: 7 dagen per week minstens een uur matig intensieve inspanning)
Bron: Gemeente Breda, Stadsenquête Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
42 45
Toelichting: Deze indicator wordt éénmaal per 2 jaar gemeten, in de oneven jaren. Voor 2024 was geen streefwaarde bepaald. Streefwaarde 2025 in lijn met doel 2023.
Indicator: Voortijdig schoolverlaters (audit nr 19)
Omschrijving: Percentage leerlingen tussen 12-23 jaar dat zonder startkwalificatie het onderwijs verlaat
Bron: www.waarstaatjegemeente.nl BBV Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
2,1 2,4 2,4 1,8 1,8
Toelichting: Dit is een landelijk verplichte indicator. We sluiten aan op de streefwaarde uit 2024.
Indicator: Hulpvragen CJG (audit nr 2501)
Omschrijving: Totaal aantal unieke hulpvragen die ontvangen worden bij het CJG
Bron: Registratie CJG Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
2.303 2.851 2.972 2.972 2.229
Toelichting: Door de komst van SLT en de beoogde veranderingen zou het preventieve aanbod ervoor moeten zorgen dat het CJG minder hulpvragen krijgt in een van de 4 gebieden in Breda. We verwachten een vermindering van ongeveer 25%.
Indicator: Meldingen toegang (audit nr 2502)
Omschrijving: Totaal aantal unieke hulpvragen om ondersteuning of procesregie
Bron: Gemeente Breda, WIZ applicatie Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
2.035 2.892 3.176 3.200 2.859
Toelichting: Door de komst van SLT en de geplande veranderingen verwachten we dat er minder hulpvragen bij de toegang komen. Dit komt omdat SLT veelvoorkomende jeugdhulp biedt. In 2025 komt er een overgangsfase, en we rekenen op een vermindering van ongeveer 10%.
Indicator: Instroom jeugdigen zorg (audit nr 2503)
Omschrijving: Aantal unieke jeugdigen voor de eerste keer in zorg en aantal jeugdigen die na 12 maanden uit zorg weer in zorg komen
Bron: Gemeente Breda, Zorgned Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
1.600
Toelichting: Door de beweging naar Stevige Lokale Teams met een start in Noordwest zal instroom afnemen.
Indicator: Herhaald beroep jeugdigen zorg (audit nr 2504)
Omschrijving: Aantal unieke jeugdigen (0 t/m 23 jaar) die na minimaal drie maanden en maximaal 12 maanden geen zorg te ontvangen, terugkomen in de zorg
Bron: Gemeente Breda, Zorgned Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
400
Toelichting: Door de reeks van maatregelen zal het herhaald beroep afnemen. Dit in lijn met de beweging de juiste hulp en zorg op de juiste plek.
Indicator: Uitstroom jeugdigen zorg (audit nr 2505)
Omschrijving: Totaal aantal unieke jeugdigen (0 t/m 23 jaar) waarbij de zorg beëindigt en niet binnen een jaar terugkomt
Bron: Gemeente Breda, Zorgned Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
1.800
Toelichting: De grotere uitstroom is een gevolg van de afbakening van jeugdhulp.
Indicator: Jeugdigen zorg (0 t/m 17 jaar) (audit nr 2506)
Omschrijving: Aantal unieke jeugdigen in zorg in de leeftijd van 0 tot en met 17 jaar
Bron: Gemeente Breda, Zorgned Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
5.000
Toelichting: verminderende instroom door afbakening jeugdhulp en mogelijk langere wachttijden.
Indicator: Jeugdigen zorg (18 t/m 23 jaar) (audit nr 2507)
Omschrijving: Aantal jeugdigen in zorg in de leeftijd van 18 tot en met 23 jaar
Bron: Gemeente Breda, Zorgned Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
70
Toelichting: Verminderd aantal verlengde jeugdzorg. afbakening jeugdhulp en eerder oplossen van jeugdhulp door afschaling.
Productindicatoren Product Primair en voortgezet onderwijs
Indicator: Absoluut schoolverzuim (audit nr 13)
Omschrijving: Aantal leerplichtigen dat niet staat ingeschreven op een school (per 1000 leerplichtigen)
Bron: www.waarstaatjegemeente.nl BBV Meeteenheid: Aantal per 1.000
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
3 6,7 7,1 3 3
Toelichting: Dit is een landelijk verplichte indicator. In 2022 en 2023 was een toename te zien door Oekraïense leerlingen en langere wachtlijsten voor het bieden van specifieke begeleiding. Voor 2025 wordt daarin een stabilisatie verwacht. Om die reden houden we de streefwaarde van deze indicator gelijk aan 2024.

Thema Betrokken zijn

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?
  • We willen komen tot een toekomstbestendig sociaal domein waarin zelfredzaamheid, wederkerigheid en kansengelijkheid voor iedereen belangrijk zijn. Inwoners moeten voor zichzelf en voor elkaar kunnen zorgen. De verantwoordelijkheid ligt bij henzelf. Als dat even niet lukt, helpen we hen met tijdelijke ondersteuning, zodat ze nieuwe vaardigheden kunnen leren om zelf verder te kunnen. Als er écht geen andere opties zijn, bieden we ondersteuning. Ons uitgangspunt is: zo licht mogelijk, maar zwaarder waar nodig. We willen de juiste zorg en ondersteuning op de juiste plek bieden.
  • We versterken intern integraal werken in het sociaal domein. Alle inwoners worden vanuit één werkwijze benaderd. Dit geldt voor de vrij toegankelijke ondersteuning in de buurt tot de duurdere, specialistische hulp via de gemeente. Ook zoeken we nog meer verbinding met het medische domein en waar nodig met het veiligheidsdomein. Dit betekent ook dat we drempels inbouwen in het sociaal domein en streng zijn bij de toekenning van ondersteuning, zodat de ondersteuning daar terechtkomt waar die het hardst nodig is.
  • Een sterke sociale basis is en blijft belangrijk in Breda. Voorzieningen en activiteiten die makkelijk bereikbaar en vrij toegankelijk zijn, zijn cruciaal voor de zelfredzaamheid van inwoners. Deze voorzieningen en activiteiten helpen ook om (zwaardere) problemen te voorkomen of uit te stellen.
  • Tussen het Bredase Innovatiedistrict en het sociaal domein komt een sterke verbinding. Samen onderzoeken we hoe innovaties en technologische mogelijkheden het sociaal domein kunnen versterken. 
  • We willen eerlijke kansen voor alle inwoners, ongeacht hun achtergrond, geslacht, genderidentiteit, religie, seksuele oriëntatie, leeftijd of beperking.

Wat gaan we daarvoor doen?

Terug naar navigatie - Wat gaan we daarvoor doen?

Samenwerking binnen en tussen domeinen

  • We gaan nog meer samenwerken met de huisartsen. Dat doen we met gezamenlijke onderwerpen, zoals de rol van de jeugdprofessional, de maatschappelijk werker (welzijn op recept) en huisvesting.
  • We bouwen onze samenwerking met wijkverpleegkundigen en casemanagers dementie verder uit. 
  • We pakken een stevige rol in het Integraal Zorgakkoord (IZA). Daarvoor voeren we samen met de regiogemeenten en onze partners (zoals CZ, GGZ Breburg, de GGD en huisartsen) plannen uit op het gebied van preventie, zorg en gezondheid. Hiervan monitoren we de resultaten. Mentale gezondheid en (kwetsbare) ouderen zijn belangrijke thema’s.

Sociale basis

  • Binnen de waardenetwerken worden de activiteiten van partners gefinancierd die vrij toegankelijke ondersteuning aanbieden. In 2023 is het nieuwe beleidskader ‘Breda Samen Doorpakken’ vastgesteld. Belangrijke activiteiten binnen het waardenetwerk Zelf- en Samenredzaamheid zijn onder meer het telefonische aanmeldpunt Zorg Voor Elkaar Breda, maatschappelijk werk, mantelzorgondersteuning, GGZ-preventie en inloopvoorzieningen. Binnen het waardenetwerk maken we scherpere keuzes. We gaan ruimte maken voor collectieve ondersteuning in combinatie met locatiegerichte community building. Losse activiteiten in community building stoppen we, omdat daarvan onvoldoende duidelijk is wat het maatschappelijke en financiële rendement hiervan is. Ook zien we dat deze activiteiten nog niet altijd goed gecoördineerd zijn.
  • Van de inspanningen in het waardenetwerk Zelf- en Samenredzaamheid moet beter duidelijk worden wat de maatschappelijke opbrengst is in het licht van het nieuwe beleidskader WMO.
  • Iedereen die gebruikmaakt van een geïndiceerde Wmo-maatwerkvoorziening moet in de toekomst een eigen gaan bijdrage betalen. In 2025 willen we samen met partners die vrij toegankelijke voorzieningen aanbieden, onderzoeken of en hoe we voor bepaalde activiteiten die eigen bijdrage kunnen vragen. Dit doen we, omdat we wederkerigheid belangrijk vinden.
  • In 2023 en 2024 hebben we goede ervaringen opgedaan met de inzet van maatschappelijk werk bij probleemgedrag. In 30 casussen hebben we gekeken wat het oplevert om tijdelijk minder of geen maatwerkvoorzieningen aan te bieden en in plaats daarvan eerst een relatie op te bouwen. Zo kunnen mensen zelf ontdekken dat bepaald gedrag niet wenselijk is. Deze aanpak is vaak duurzamer, vermindert overlast en bespaart per casus gemiddeld € 7000 aan maatschappelijke kosten (Zvw, Wlz en Wmo). In 2025 gaan we deze pilot uitbreiden met maatschappelijk werk, maatwerkaanbieders en woningbouwcorporaties en maken we ruimte vrij in het budget Beschermd Wonen. 
  • Mantelzorgers zijn goud waard. In 2025 versoberen we het mantelzorgcompliment, een financiële regeling waarbinnen mantelzorgers een cadeaukaart ontvangen (€ 355.000). Daardoor kunnen we de ondersteuning van mantelzorgers onverminderd overeind houden. Mantelzorgcomplimenten worden voortaan enkel nog verstrekt via BredaMantelzorg en niet meer rechtstreeks door de klantmanagers Wmo. In het beleidskader gaan wij in op de toekomst van mantelzorg.
  • Breda Senior loopt in afgeslankte vorm door tot en met 2025. We ondersteunen ook in 2025 initiatieven vanuit senioren. De website van Breda Senior wordt in 2024 onderdeel van de gemeentelijke website. Het seniorenpanel blijft bestaan. Hiermee is er blijvende aandacht voor de behoeften van senioren.
  • Later Is Nu gaat in 2025 verder met het organiseren van bijeenkomsten in de wijken. Hier kunnen senioren met elkaar en met professionals praten over belangrijke onderwerpen en vragen die ze hebben als oudere Bredanaars die dicht bij elkaar wonen.
  • We blijven vrijwillige inzet in de stad ondersteunen door aandacht en waardering te geven. Het huidige vrijwilligersbeleid ‘Vrijwilligen in Breda’ loopt formeel tot en met 2024. We zien dat de lijnen in het beleid nog actueel zijn en voldoende handvatten bieden voor onze vrijwilligersondersteuning. We onderzoeken verlenging van het beleid met 2 jaar. We behouden de bestaande netwerken. Hierdoor weten inwoners waar ze terecht kunnen met vragen over vrijwilligerswerk en gerelateerde onderwerpen.

Wmo: toegang en maatwerkvoorzieningen

  • We gaan door met de klantbenadering in de Wmo, zoals wij die afgelopen jaren hebben ingericht. In 2025 starten we met een onderzoek naar de mogelijkheid om één centrale toegang te creëren voor alle vragen over het sociaal domein. Het idee is dat mensen hier terecht kunnen met al hun vragen en meteen goed geholpen worden. Samen zoeken we dan naar een passende oplossing.
  • We werken ook in 2025 verder aan de verbetering van de Wmo-klantreis die in 2021 is gestart. We zorgen voor een goed intern proces voor het toekennen van maatwerkvoorzieningen en het volgen van de resultaten van de ondersteuning. Bij de evaluaties en heronderzoeken staat de vraag van de inwoner centraal en we kijken of het nodig is om de ondersteuning aan te passen.
  • In 2026 sluiten we nieuwe contracten af voor ambulante begeleiding, dagbesteding en huishoudelijke ondersteuning. Daar bereiden we ons komend jaar op voor. Resultaat- en kwaliteitssturing staat centraal. We besteden extra aandacht aan jongeren, culturele diversiteit en mensen met complexe problemen. Hierbij werken we nauw samen met het waardenetwerk Zelf- en Samenredzaamheid. Voor de dagbesteding in de Wmo kijken we ook naar de overlap met activering en toeleiding naar werk.
  • Sinds medio 2023 kijken we bij het indiceren van huishoudelijke ondersteuning nog beter naar wat cliënten zelf kunnen doen en communiceren we daar duidelijk over. In 2025 blijven we hiermee doorgaan en passen we onze aanpak aan op basis van de resultaten en ervaringen. Het abonnementstarief wordt waarschijnlijk op zijn vroegst in 2026 afgeschaft en wordt vervangen door een inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Tot die tijd moeten we goed beoordelen wie huishoudelijke ondersteuning krijgt, zodat deze hulp beschikbaar blijft voor degenen die dit het meest nodig hebben.
  • Door de vergrijzing verwachten we dat het gebruik van Wmo-hulpmiddelen en woningaanpassingen blijft groeien. Om deze voorzieningen beschikbaar te houden voor mensen die ze echt nodig hebben en niet zelf kunnen regelen of betalen, werken we in 2025 aan extra maatregelen. We gaan ook experimenteren met collectieve voorzieningen op specifieke locaties, in plaats van individueel maatwerk.
  • Bij inwoners die veel kilometers rijden met de deeltaxi, kijken we naar de noodzaak en rechtmatigheid van dat gebruik ('Project grootverbruikers'). We onderzoeken ook hoe we meer mensen kunnen aanmoedigen om het openbaar vervoer te gebruiken in plaats van de deeltaxi. Hierbij nemen we de resultaten van de pilot VoorElkaarPas mee.

Collectieve zorgverzekering

  • We werken volgens het principe van zelfredzaamheid en wederkerigheid. Met de schaarse zorgmiddelen- en capaciteit willen we vooral de mensen ondersteunen die dat het hardst nodig hebben. Daarom hebben we besloten om de vergoeding voor het eigen risico en het aanbieden van een collectieve zorgverzekering volledig af te bouwen (€ 1 miljoen). Dit is geen kerntaak van de gemeente. Inkomenscompensatie voor zorgkosten gebeurt al via de zorgtoeslag. Dit valt onder het beleid van de Rijksoverheid.

Diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusie 

  • We werken het beleidskader voor diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusie verder uit door uitvoeringsagenda’s te maken. Dit doen we samen met lokale partners.
  • Sinds medio 2023 werken we samen met 8 andere Europese steden in een lerend netwerk om polarisatie tegen te gaan en het vertrouwen in de overheid te herstellen. De focus ligt op burgerparticipatie. Elke stad vult dit thema in op een manier die past bij haar eigen gemeenschap. Breda werkt aan concrete plannen voor de casussen die zij in het netwerk inbrengt. We willen met dit project aansluiten bij de nieuwe wet Versterking participatie, die vanaf 1 januari 2027 verplicht is voor alle gemeenten.

Toegankelijkheid

  • Toegankelijkheid is inmiddels de norm geworden. Vanuit het waardenetwerk stellen we middelen beschikbaar voor de toegankelijkheid voor onze partners in de stad en dit blijven we doen. We gaan minder investeren in andere Wmo-projecten voor toegankelijkheid, omdat we verwachten dat toegankelijkheid ook zonder extra financiering als uitgangspunt wordt gehanteerd.

Innovaties

  • We zorgen voor een sterke verbinding tussen het Innovatiedistrict en het sociaal domein om te onderzoeken hoe innovaties en technologieën het sociaal domein kunnen verbeteren.

Indicatoren

Terug naar navigatie - Indicatoren
Thema-indicatoren
Indicator: Effect ondersteuning op kwaliteit van leven (audit nr 34)
Omschrijving: Percentage Wmo-cliënten dat het helemaal eens of eens is met de stelling 'Door de ondersteuning die ik krijg heb ik een betere kwaliteit van leven'
Bron: Gemeente Breda, cliëntervaringsonderzoek Wmo Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
77 77 76 75 - 80 75-80
Toelichting: Zowel in Breda als landelijk bewegen deze cijfers zich tussen de 75 en 80%. Dit is een relatief hoog aandeel. We zijn tevreden als we dit zo kunnen houden. We meten dit in het cliënttevredenheidsonderzoek.
Indicator: Tevredenheid Wmo hulpmiddel/-voorziening (audit nr 2511)
Omschrijving: Percentage van respondenten clientervaringsonderzoek Wmo dat zegt (heel) tevreden te zijn over de ontvangen hulpvoorziening of het hulpmiddel
Bron: Gemeente Breda, cliëntervaringsonderzoek Wmo Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
75-80
Toelichting: Komt overeen met vraag uit cliënttevredenheidsonderzoek.

Thema Thuis

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

We willen dat onze inwoners zo lang en goed mogelijk zelfstandig kunnen (blijven) wonen. Waar nodig maken zij gebruik van hun eigen netwerk of kunnen ze gebruikmaken van laagdrempelige ondersteuning of begeleiding. Soms is dat niet afdoende. Dan is er bijvoorbeeld 24-uurs nabijheid nodig. Met Beschermd Wonen bieden we die ondersteuning aan inwoners die niet zelfstandig kunnen wonen en leven. Vaak is er dan sprake van een opeenstapeling van problemen. Na deze ondersteuning kunnen zij op eigen kracht en met behulp van hun eigen netwerk weer verder of kunnen ze doorstromen naar de Wet langdurige zorg (Wlz).

We willen dat iedereen in Breda een veilig eigen thuis heeft. Door diverse problemen kan het onveilig zijn bij mensen thuis. Daarom helpen we hen om onveiligheid zo snel mogelijk te melden. We zitten er kort op, zodat eventueel geweld gestopt kan worden en we tot duurzame oplossingen komen. Met het Toekomstscenario willen we huishoudens een lokaal team bieden dat een gerichte aanpak biedt bij onveiligheid. In sommige situaties zakken mensen ondanks alle hulp tóch verder weg in schulden, verslaving, psychische problematiek of onveiligheid, waardoor zij op straat belanden. Dan is er het vangnet van de maatschappelijke opvang.

Het aantal mensen dat op straat dreigt te belanden, willen we terugdringen. Zo voorkomen we dat deze groep groeit en in het ergste geval dakloos wordt. We pakken dit aan via het regionale beleidskader 'Een (t)huis = een zorg minder' en zetten alles op alles om dit probleem te bestrijden. Dakloze inwoners die zichzelf niet op eigen kracht kunnen redden, bieden we maatschappelijke opvang. Deze opvang met integrale begeleiding is gericht op herstel, waarna mensen snel door kunnen stromen naar een duurzame woon- of verblijfsplek. In lijn met de landelijke ambitie om de opvang in 2030 zo veel mogelijk af te bouwen, verleggen we onze focus van opvang naar wonen. Dit is ook noodzakelijk vanwege een overvolle dag- en nachtopvang. We zetten ons in om opvang zo kort mogelijk te maken door het werken aan voldoende woonoplossingen. Op die manier voorkomen we dakloosheid en kunnen inwoners die zelfstandig kunnen wonen snel uit de maatschappelijke opvang uitstromen.

Binnen drie maanden moet iemand een passende woonplek of plek in een passende voorziening kunnen krijgen. We streven ernaar dat eind 2025 er voor iedereen, die zelfstandig kan wonen met ambulante begeleiding een woonplek beschikbaar is of een plek in een tussenvoorziening.

Tot slot willen we voorkomen dat inwoners verslaafd raken en ook de gezondheidsschade bij verslaafde inwoners beperken. Hiermee willen we ook het risico op dakloosheid door verslaving verkleinen. We willen de kwaliteit van leven verbeteren van kwetsbare inwoners met complexe problemen (en eventueel zorgmijdend gedrag). We houden hen in beeld en bieden ondersteuning. Daarnaast willen we de leefbaarheid in de directe omgeving van deze inwoners bevorderen en overlast op straat voorkomen. Als inwoners en professionals zich zorgen maken over iemand vanwege onbegrepen of zorgwekkend gedrag, waarbij er ook zorgen zijn over iemands veiligheid of die van de omgeving, dan kunnen zij dit melden bij het Meldpunt Crisiszorg. Het meldpunt zet dan waar nodig de juiste hulp en ondersteuning in om (verdere) escalatie te voorkomen en de veiligheid te herstellen. We zetten regionaal in op het verbeteren van het meldpunt. 

Oudere inwoners kunnen zo lang mogelijk zelfstandig thuis blijven wonen, waar nodig met zorg en ondersteuning. Hiervoor zijn meer en andere soorten woonplekken nodig tussen een eigen huis en een (verzorgings)tehuis. Samen met de partners van het pact Wonen en Zorg zorgen we voor die nieuwe woonplekken. Om de zorg en ondersteuning toegankelijk te houden, streven we naar minder maatwerk en meer gezamenlijke zorg en ondersteuning. Samen met onze partners werken we aan deze veranderingen. Het wetsvoorstel 'Versterking regie volkshuisvesting' regelt dat gemeenten de huisvesting voor groepen met speciale zorg- of ondersteuningsbehoeften en senioren afstemmen. We werken samen met regio De Baronie aan een regionaal afsprakenkader om tot een eerlijke verdeling te komen en de bijbehorende zorg- en woonprogramma's verder uit te werken. 

Via het programma Thuis in de Wijk werken gemeenten, zorgaanbieders en woningcorporaties in de regio Breda samen om mensen met een complexe hulpvraag passende, duurzame huisvesting te bieden. Daarbij gaat het niet alleen om goed wonen, maar ook om verbinding met de wijk, passende ondersteuning en zorg, financiële stabiliteit en een passende daginvulling. Het Regionaal Transferpunt maakt deel uit van het programma Thuis in de Wijk en bevordert de uitstroom in de regio Breda. Zij richten zich op het vinden van een passende en duurzame woonplek voor inwoners die vanuit Beschermd Wonen, de maatschappelijke opvang, de vrouwenopvang en de jeugdhulp de stap gaan zetten naar zelfstandig wonen. Het betreft inwoners die ondersteuning nodig hebben om dat veilig en succesvol te kunnen doen. Zij kunnen via hun zorgaanbieder een aanvraag indienen voor voorrang bij een huurwoning.

Wat gaan we daarvoor doen?

Terug naar navigatie - Wat gaan we daarvoor doen?

Geweld in afhankelijkheidsrelaties (GIA)

  • Samen met Veilig Thuis, de vrouwenopvang en lokale netwerkpartners werken we continu aan de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties. We bieden ondersteuning aan plegers en slachtoffers van huiselijk geweld en beschikken over opvangplekken voor vrouwen en kinderen die (tijdelijk) niet thuis kunnen blijven. De volgende fase van verbouwing en renovatie wordt uitgevoerd. We versterken de samenwerking tussen Veilig Thuis en het lokale werkveld. Ook brengen we de visie Gefaseerd Samenwerken en de daaraan gekoppelde top-3-methodiek in de praktijk. Het verbeteren van het gebruik van de Meldcode helpt daarbij.

Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming

  • Met een regionaal en een lokaal programma bereiden we ons voor op het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming. Dat moet een stevige plek krijgen in het Sterk Lokaal Team aan de voorkant.
  • De gemeente heeft een regionale rol, zowel voor de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties als voor het Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming. Vanuit die rol gaan we de beschikbare regionale expertise op het gebied van veiligheid in gezinnen en huishoudens efficiënter inrichten. Deze expertise willen we ook beschikbaar maken voor het lokale werkveld, als ondersteuning voor de lokale eerstelijns werkers. Het gaat hierbij in ieder geval om de Multi Disciplinaire Aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling (MDA++-aanpak), de ambulante hulp vanuit de vrouwenopvang, de hulp aan slachtoffers van seksueel misbruik en de inzet van ervaringsdeskundigheid (Cirkel is Rond). We gaan hierbij na of efficiënter werken ook leidt tot financiële efficiency. Met de MDA++ werken organisaties op het gebied van zorg, hulpverlening, politie en justitie samen om huiselijk geweld en mishandeling van kinderen en volwassenen te voorkomen en te stoppen. De plustekens staan voor: specialistisch en intersectoraal. Deze aanpak wordt met name ingezet bij gezinnen waar al verschillende hulpverlening is ingezet, maar waarbij dit nog niet gezorgd heeft voor blijvend stoppen van het geweld. Of dat er een hoog risico bestaat op herhaling van ernstig geweld. 
  • Voor 2025 is dit nog niet realistisch en houden we het regionale takenpakket op het huidige niveau. Dit brengt extra kosten met zich mee, doordat loonkosten vanuit 2024 leiden tot hogere kosten in 2025 en verder. Die kosten brengen we regionaal op. 

 Meldpunt Crisiszorg en aanpak onbegrepen gedrag

  • Samen met de 13 regiogemeenten en de netwerkpartners ontwikkelen we het Meldpunt Crisiszorg verder door. Een integraal crisisinterventieteam (CIT) is daar een onderdeel van, zodat er bij een acute melding direct actie kan worden ondernomen. De verschillende crisisdiensten waar het Meldpunt nu gebruik van maakt, brengen we samen in één integraal team.
  • Tegelijkertijd werken we verder aan sluitende afspraken en werkprocessen voor meldingen die bij het Meldpunt binnenkomen en die niet acuut zijn, maar wel zorgelijk. Het gaat daarbij specifiek om meldingen vanuit de politie. De Bredase meldingen worden in een lokaal overleg met de betrokken werkers opgepakt. We monitoren de resultaten.
  • We bouwen verder aan onze aanpak van mensen met onbegrepen gedrag. We nemen deel aan het 4-jarige subsidietraject Regionale Kenniswerkplaatsen Onbegrepen Gedrag. Daarin ontwikkelen ervaringsdeskundigen, gemeenten, zorgpartners en het onderwijs samen goede hulp voor mensen met onbegrepen gedrag.

Maatschappelijke opvang, openbare geestelijke gezondheidszorg en verslavingspreventie

  • Samen met de regiogemeenten, onze partners en ervaringsdeskundigen voeren we het regionale beleidskader 'Een (t)huis = een zorg minder' uit. Hiervoor stellen we jaarlijks een uitvoeringsplan op. De focus ligt op een sterkere preventieaanpak om dak- en thuisloosheid te voorkomen. Ook richten we ons op activiteiten die mensen helpen 'van opvang naar wonen'.
  • Iedereen in de maatschappelijke opvang moet binnen 1 maand een plan krijgen om uit te stromen naar een duurzame woon- of verblijfsplek, inclusief een plan om mee te doen naar vermogen. We gaan als gemeente meer regie voeren op de individuele uitstroom van dak- en thuisloze inwoners.
  • We werken aan nieuwe tijdelijke woonplekken in de vorm van tussenvoorzieningen. Ook bieden we een breed palet aan opvangplekken, dat past bij de hulpvragen van onze dak- en thuisloze inwoners. Door deze extra plekken willen we de gemiddelde bezetting in de dag- en nachtopvang de komende jaren terugbrengen naar de reguliere opvangcapaciteit van 30 plekken. In 2025 willen we de bezetting verlagen naar gemiddeld 45 plekken.
  • Samen met de regiogemeenten voeren we het samenwerkingsconvenant uit voor maatschappelijke opvang, OGGZ en verslavingspreventie. Dat doen we door de opvangplekken en tussenvoorzieningen meer te verspreiden in de regio. Verder investeren we gezamenlijk in preventieactiviteiten om dakloosheid te voorkomen en te voorkomen dat iemand na de uitstroom uit de maatschappelijke opvang opnieuw dak- of thuisloos wordt.
  • We bieden voor dak- en thuislozen een plek voor ontmoeting, contact, praktische ondersteuning en laagdrempelige activiteiten.
  • Het straatteam maakt contact en onderhoudt contacten met de dak- en thuislozen die op straat leven en die (nog) geen ondersteuning willen. Dit team probeert overlast te voorkomen. Door onder andere de inzet van het Maatschappelijk Steunsysteem (MaSS) en Bemoeizorg leiden we kwetsbare inwoners toe naar passende zorg en ondersteuning. Voor kwetsbare dak- en thuisloze jongeren gaan we in 2025 verder met de pilot Mentoraanpak en de pilot Warm Thuis.
  • We bieden verslavingspreventie door onder meer voorlichting te geven aan jongeren, ouders en professionals, via individuele preventiegesprekken, outreachend veldwerk en een spreekuur inclusief testservice.
  • We versterken de samenwerking met de GGZ, het Zorgkantoor en de aanbieders van maatschappelijke opvang en Beschermd Wonen. Zo kunnen we onze inwoners met complexere hulpvragen beter ondersteunen in het traject naar een duurzame vervolgplek of Beschermd Wonen, in nauwe aansluiting op de levensloopaanpak. Deze aanpak kenmerkt zich door de continuïteit van intensieve ondersteuning en zorg, professionals die bij de cliënt en hun naasten betrokken blijven zo lang dat nodig is en het makkelijk op- en afschalen van ondersteuning en zorg, ook in het sociaal domein.

Beschermd Wonen

  • Samen met de aanbieders van Beschermd Wonen blijven we ons inzetten voor een passend aanbod voor inwoners die niet zelfstandig staande kunnen blijven in de maatschappij en hier ondersteuning bij nodig hebben.
  • In 2025 bereiden we ons verder voor op de inkoop van Beschermd Wonen die in 2026 ingaat. Een passend en toekomstbestendig zorgaanbod in de regio staat hierbij centraal. We houden hierbij specifiek rekening met jongeren en mensen met verslavingsproblematiek. Samen met het Zorgkantoor, de gemeenten en de aanbieders zetten we stappen om te komen tot een 'voorziening hoogcomplex'.

Thuis in de Wijk/Regionaal Transferpunt
Het Regionaal Transferpunt toetst de aanvragen van zorgaanbieders om hun cliënten met voorrang uit te laten stromen naar een woning in een andere regiogemeente. Het Transferpunt zorgt voor een soepele samenwerking tussen gemeenten, corporaties en zorgaanbieders en zorgt voor alle randvoorwaarden (financiën, begeleiding, et cetera) die nodig zijn voor een succesvolle start in een zelfstandige woning.

In 2025 breiden we de doelgroepen die door zorgaanbieders aangemeld kunnen worden fasegewijs verder uit. Het gaat dan onder meer om mensen met een indicatie Wlz, ex-gedetineerden en mensen die verblijven in vakantieparken.

Woon/welzijn/zorg

  • Samen met de partners van het pact Wonen en Zorg werken we aan de uitvoeringsagenda van de Woonvisie.
  • We benutten de bestaande woningvoorraad beter, zodat meer mensen zelfstandig kunnen wonen, bijvoorbeeld met het project Onder de Pannen.
  • We zorgen voor meer woonplekken tussen thuis en verzorgingstehuis en we richten gemeenschappelijke woonvormen in voor mensen met zorgbehoeften.
  • Voor inwoners die zich vanwege hun problematiek en gedrag niet aan een gewone woonomgeving kunnen aanpassen, onderzoeken we een woonvorm Skaeve Huse.
  • Op locaties met dezelfde ondersteuningsvraag bundelen we de hulp en besteden we de zorg aan bij de beste zorgaanbieders in de buurt.
  • We verankeren de regionale urgentieregeling (die we nog gaan opstellen) in de lokale huisvestingsverordening.
  • Het wetsvoorstel 'Versterking regie volkshuisvesting' regelt dat gemeenten de huisvesting voor groepen met speciale zorg- of ondersteuningsbehoeften en senioren afstemmen. We werken samen met regio De Baronie aan een regionaal afsprakenkader om tot een eerlijke verdeling te komen en de bijbehorende zorg- en woonprogramma's verder uit te werken.

Indicatoren

Terug naar navigatie - Indicatoren
Thema-indicatoren
Indicator: Gehuisveste daklozen (audit nr 17)
Omschrijving: Percentage daklozen van de uitgestroomde daklozen dat passend gehuisvest is
Bron: Gemeente Breda, WIZ Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
34 50 50
Toelichting: Met het voortzetten van projecten uit het versterkingsplan dak- en thuislozen en de inzet van meer tussenvoorzieningen verwachten we de uitstroom te bevorderen en het percentage passend gehuisveste daklozen te vergroten.
Indicator: Verblijf Doorstroomvoorziening (audit nr 2508)
Omschrijving: Percentage unieke clienten (t.o.v. totaal aantal clienten) dat maximaal drie maanden in de Doorstroomvoorziening verblijft gedurende 1 januari t/m 31 december
Bron: Registratie SMO Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
50
Toelichting: Deze indicator was niet opgenomen in de begroting 2024, waardoor er ook geen streefwaarde 2024 is opgenomen. Dit is mogelijk vanaf de begroting 2025. De streefwaarde van 50 procent ligt in het verlengde van de resultaten van de afgelopen jaren.
Indicator: Doorstroom Beschermd Wonen (audit nr 2509)
Omschrijving: Totaal aantal unieke personen bij wie de voorziening Beschermd Wonen is beeindigd in het jaar minus het aantal personen waarbij de voorziening is gestart in dat jaar
Bron: Gemeente Breda, Suite voor het Sociaal Domein Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
30
Toelichting: In 2022 en 2023 zie je de impact van het toeleiden van cliënten naar de Wlz. Hierdoor was de uitstroom hoog. We verwachten dat in 2024 en 2025 de doorstroom gelijk blijft.

Thema Leren, ontwikkelen en werken

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?
  • Binnen dit thema vallen belangrijke leefgebieden als werk en inkomen en onderwerpen als schulden en armoede. We willen dat iedereen het werk van de gemeente ziet als eerlijk en betrouwbaar. Daar blijven we hard aan werken.
  • We willen een systeem dat ervoor zorgt dat iedereen zo zelfstandig mogelijk is. Ook willen we het gevoel van verantwoordelijkheid bij onze inwoners versterken. Iedereen doet naar vermogen mee en levert een waardevolle bijdrage aan onze samenleving. Iedereen telt, dus we ondersteunen iedereen waar nodig om mee te kunnen (blijven) doen.
  • We willen dat alle huishoudens in Breda maandelijks voldoende inkomsten hebben om rond te kunnen komen. Inwoners zijn daar zelf verantwoordelijk voor. Daarom komt betaald werk vóór een bijstandsuitkering, waarbij werken daadwerkelijk moet lonen. We leiden mensen die bij ons aankloppen en die kunnen werken voor zover mogelijk toe naar betaald werk. We gaan hierbij het gesprek aan om de drempels die mensen ervaren om aan het werk te gaan weg te nemen. Werk is de beste manier voor onze inwoners om voor zichzelf te kunnen zorgen.
  • Soms lukt het huishoudens, ondanks een betaalde baan, niet om rond te komen. De bestaanszekerheid komt dan in het geding. Mensen die al schulden hebben, helpen we om uit de schulden te komen. Dat geldt ook voor ondernemers.
  • Met onze nieuwe armoedeaanpak zijn we er voor onze inwoners die dit het hardst nodig hebben. We beseffen goed wat schulden hebben met mensen doet.
  • Samen met organisaties in de stad ondersteunen wij inwoners die in armoede leven of schulden hebben. Ook werken we samen om mensen zo veel mogelijk mee te laten doen.
  • In Breda vangen we Oekraïense vluchtelingen op en voeren we de landelijke taakstelling uit voor statushouders. Ook vangen we samen met het COA statushouders op in de Koepel en we openen begin 2025 een asielzoekerscentrum aan de Heerbaan voor maximaal 264 vluchtelingen. Daarnaast werken we verder aan de opgave uit de Spreidingswet. De huisvestingstaakstelling voor statushouders in 2025 wordt in de 2e helft van 2024 bekendgemaakt. Met alle betrokken partijen en overheden zoeken we naar een goede invulling van dit vraagstuk. 

Wat gaan we daarvoor doen?

Terug naar navigatie - Wat gaan we daarvoor doen?

Werk en inkomen

  • Inwoners die daar recht op hebben en het nodig hebben, krijgen uiteraard ook in 2025 ondersteuning. Denk aan een uitkering, bijzondere bijstand, financieel advies, schuldhulpverlening of hulp om werk te vinden. De vraag van de inwoner staat altijd centraal, waarbij maatwerk het uitgangspunt is. 
  • Als er sprake is van meerdere problemen, kijken we eerst of alle voorwaarden zijn ingevuld . Daarna starten we met de ondersteuning naar werk of maatschappelijke participatie (zoals een tegenprestatie of wederkerigheid).
  • We blijven inwoners met een bijstandsuitkering ondersteunen naar een zo zelfredzaam mogelijk bestaan. Bij inwoners met meerdere problemen stemmen we de inzet en volgorde van de ondersteuning af met onze collega's en externe professionals. De hulpvraag van onze inwoner staat centraal.
  • We ontwikkelen en ontwerpen de klantreizen op basis van ervaringen van inwoners, zodat de inwoner zich beter gehoord voelt bij zijn hulpvraag en wij onze hulp zo efficiënt mogelijk kunnen inzetten. 
  • We versterken de samenwerking binnen de arbeidsmarktregio West-Brabant via de Meerjarenagenda 2024-2028 Arbeidsmarktregio West-Brabant. Daardoor ervaren werkgevers en werkzoekenden betere dienstverlening en verbetert de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. De inzet op de banenafspraak wordt hierdoor ook verhoogd. We stellen elk jaar een uitvoeringsplan op. Dit plan volgt de 3 programmalijnen uit de Meerjarenagenda.
  • We bouwen een Regionaal Werkcentrum (RWC) op, zodat alle inwoners en ondernemers bij één loket terecht kunnen met hun vragen over opleiding, om- en bijscholing, werk-naar-werk, het invullen van vacatures en re-integratie-instrumenten. Ook kwetsbare inwoners kunnen hier terecht voor ondersteuning.
  • Als centrumgemeente zijn we medeverantwoordelijk voor het opstellen en uitvoeren van één regionaal programma voor de aanpak van voortijdig schoolverlaten. Nu zijn er nog aparte aanpakken voor het tegengaan van voortijdig schoolverlaten en voor de overgang van school naar werk. Deze worden samengevoegd tot één regionale aanpak voor jongeren van 12 tot 27 jaar. We volgen hierin de lijn van het wetsvoorstel 'Van school naar werk'.
  • We werken aan de 4 lijnen van het Actieplan Breda 2024-2026 met duidelijke acties die de plaatselijke samenwerking versterken.
  • Als partner van Verbeter Breda hebben we ook in 2025 aandacht voor gelijke kansen voor al onze inwoners.
  • Breday is de centrale vindplaats voor jongeren tussen de 18 en 27 jaar met een hulpvraag. We zetten de dienstverlening voort, waarbij we de aanpak intensiveren met de ketens Jeugd en Wmo.
  • Uitkeringen worden niet langer verstrekt via werk.nl maar direct via de gemeente.
  • We gaan ook in 2025 door met de energiecoaches.
  • De nieuwe Participatiewet, die vermoedelijk ingaat per 1 januari 2026, biedt kansen om slimmer te werken. Voorbeelden zijn het makkelijker maken van aanvragen en het digitaal maken van de loonkostensubsidie.
  • (Arbeidsmatige) dagbesteding vullen we samen met de Wmo in (inclusief gezamenlijke inkoop). We passen onze manier van werken hierop aan.
  • We werken SROI (Social Return on Investment) verder uit en gaan de samenwerking met het bedrijfsleven verder verbeteren. Zoals aangegeven in het bestuursakkoord, zetten we het doel voorop en laten we SROI verleidend werken voor werkgevers om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt of met een beperking duurzaam aan het werk te krijgen.
  • Zodra de hiervoor genoemde ontwikkelingen afgerond zijn, bouwen we de inhuur verder af.
  • We besparen (via natuurlijk verloop) € 750.000 op de structurele formatie voor Participatie. 
  • De afgelopen jaren hebben we geïnvesteerd in locaties en instrumenten om inwoners met een uitkering te ondersteunen. We investeren, net zoals bij Verbeter Breda, in het herstel van een betrouwbare overheid. Dat doen we door onze ambtelijke organisatie te trainen en te coachen. We sluiten hierbij aan op de landelijke doorontwikkeling van de Participatiewet, waarbij de menselijke maat meer centraal moet komen staan.

 Oneigenlijk gebruik

  • De komende jaren voeren we meer heronderzoeken uit om te kijken of er onrechtmatigheden in de uitkeringen zijn. Op basis van data-onderzoek weten we dat we van 52% van onze klanten niet voldoende informatie hebben.
  • Tijdens de coronapandemie waren we soepeler bij aanvragen voor bijstand. Bij de heronderzoeken richten we ons daarom als eerste op de inwoners die in die tijd een uitkering hebben aangevraagd.
  • We gaan zo vroeg mogelijk met mensen in gesprek om te zoeken naar hun (onbekende) talenten. We zetten hier ook nieuwe werkwijzen voor in. Zo maken wij bijvoorbeeld, waar dat juridisch mag, meer gebruik openbare informatie over onze inwoners. Zo proberen we inwoners die in eerste instantie een uitkering aanvragen te helpen bij hun keuze voor betaald werk of ondernemerschap.

Armoede en schulden

  • De gelden die bij het bestuursakkoord beschikbaar zijn gesteld voor de aanpak van armoede en schulden, blijven beschikbaar.
  • We sluiten aan bij de lobby van de G40 en de VNG om het minimuminkomen (sociaal minimum) te verhogen. Als het sociaal minimum landelijk wordt verhoogd, heeft dat gevolgen voor het gemeentelijke armoedebeleid.
  • In maart 2024 hebben het ministerie van SZW, de VNG, Divosa en de NVVK bestuurlijke afspraken getekend voor het verbeteren van de basisdienstverlening rondom schuldhulpverlening. Het doel daarvan is een beter bereik en een betere kwaliteit van de schuldhulpverlening, waaronder een uitbereiding van het aantal schuldregelingen. Van de 19 elementen uit deze afspraken kunnen sommige op korte termijn, sommige op middellange termijn en andere pas op langere termijn worden ingevoerd. Waar mogelijk starten we hier in 2024 al mee en ook in 2025 gaan we volop verder met het verbeteren van onze dienstverlening. Daarbij leggen we het accent eerst op preventieen vroegsignalering, maar ook opnazorg en financiële begeleiding.
  • We voeren het nieuwe beleidskader Armoede en Schulden uit dat eind 2024 aan de gemeenteraad wordt aangeboden. Bij de uitvoering sluiten we zo veel mogelijk aan op Verbeter Breda. Belangrijke punten in dat beleidskader zijn: het verbeteren van financiële vaardigheden, toegang tot schuldhulpverlening en ervoor zorgen dat inwoners zichzelf financieel kunnen redden.
  • In 2025 blijven we ons inzetten om zo vroeg mogelijk in contact te komen met inwoners met geldzorgen. Ook bij schuldhulpverlening voor inwoners wordt preventie nog belangrijker. We gaan inwoners bijvoorbeeld preventief en actief informeren over mogelijke gevolgen bij bepaalde gebeurtenissen in het leven (life-events). Bij een echtscheiding kunnen zich bijvoorbeeld problemen voordoen door een verlies van inkomsten (waardoor iemand een uitkering moet aanvragen of schulden maakt). 
  • We gaan door met Financy, het financieel expertisecentrum voor ondernemers, inwoners en organisaties. Ondernemers zijn een specifieke doelgroep als het gaat om geldzorgen. We richten preventie en nazorg voor ondernemers in. Dit doen we op onze eigen, ‘Bredase’ manier: we zorgen dat we laagdrempelig bereikbaar, benaderbaar én beschikbaar zijn voor ondernemers in de stad die ondersteuning nodig hebben. Dat doen we bijvoorbeeld via winkeliersverenigingen en intermediairs (zoals boekhouders en accountants). We verbreden onze mogelijkheden om ondernemers met financiële problemen te helpen en promoten die mogelijkheden actief via meerdere kanalen. Vanuit dit contact koppelen we de ondernemer aan het juiste loket voor specialistische hulp en ondersteuning. Dat doen we onder de vlag van het Servicepunt Starters & Ondernemers (SSO).
  • Via Financy geven we ook inwoners inzicht in wat veranderingen in inkomen en schulden betekenen voor hun besteedbaar inkomen. Zo willen we zorgen over een wisselend inkomen, bijvoorbeeld door het vervallen van toeslagen, verminderen. We houden aandacht voor de armoedeval. Hiermee dragen we direct en indirect bij aan het bestrijden van armoede bij onder meer 'werkende armen'.
  • Bij schuldhulpverlening gaan we in 2025 door met de vroegsignalering van betalingsachterstanden. Hierbij hebben we extra aandacht voor monitoring en evaluatie.
  • We verlenen nazorg binnen het reguliere proces van schuldhulpverlening. We verwachten dat er in 2024 160 nazorgtrajecten lopen na een afgeronde schuldregeling. Daarnaast is de verwachting dat we 600 nazorgtrajecten hebben lopen voor klanten die niet doorgestroomd zijn naar een schuldregeling. We verlenen ook nazorg voor klanten na een vroegsignaal, budgetbeheer, financiële hulpvragen, een betalingsregeling en 100% aflossing.
  • Net als elk jaar worden in 2025 binnen het waardenetwerk Bestaanszekerheid verantwoordingen uitgevoerd. De 4-jarige subsidies die zijn verleend voor de periode 2024-2027 evalueren we eind 2025 (dus na 2 jaar) op inzet en resultaten. We bekijken dan ook wat de gevolgen zijn van het nieuwe beleidskader Armoede en Schulden.
  • We gaan de Bredapas eerst digitaliseren en het beheer daarvan vervolgens zó inrichten dat we het aanbod verder kunnen uitbreiden. Als deze stappen goed zijn afgerond, breiden we de doelgroep van de Bredapas uit, zoals aangegeven in het bestuursakkoord. De nieuwe Bredapas kan dan door iedereen worden gekocht. Als iedereen de pas kan gebruiken, krijgt immers niemand meer het stempel 'arm' bij het gebruik van de pas. We streven ernaar dat deze laatste stap eind 2025 is gezet. De Bredapas is een belangrijke pijler in het nieuwe armoede- en schuldenbeleid. 

Statushouders

  • 70 statushouders gaan in 2025 inburgeren en worden dan meteen geholpen om werk te vinden. We werken daarin samen met het COA. Voor de statushouders die aan Breda zijn toegewezen, starten we een activeringsprogramma. We bouwen aan een netwerk van ondernemers om een werkwijze te vinden, zodat in een bedrijf bijvoorbeeld problemen rondom taal kunnen worden opgelost. Denk aan werkbegeleiders die de taal spreken. Daarbij zorgen we er wel voor dat onze werkwijze niet in tegenspraak is met de taaleisen voor inburgeren.
  • Het COA vangt vanaf begin 2025 de komende 10 jaar asielzoekers op in een AZC aan de Heerbaan. We gaan tijdens de asielprocedure van de nieuwe bewoners aan de slag met inburgering en integratie. Door al meteen te werken aan het leren van de taal en mee te doen in de samenleving, zetten deze nieuwe Bredanaars een belangrijke stap om te integreren in Breda.
  • De inburgering valt voor steeds meer statushouders onder de Wet inburgering 2021. We zetten onze huidige aanpak voort. Daarnaast gaan we alle statushouders en asielzoekers die in Breda gehuisvest worden, waar mogelijk, begeleiden naar werk.

 Ontwikkelen naar een werkontwikkelbedrijf

  • In Breda bieden we plaats aan mensen met een indicatie op basis van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw). Zij vallen daardoor in het doelgroepregister, werken binnen de hele gemeentelijke organisatie (vooral binnen de afdeling Werk) en krijgen hier conform de cao Wsw-loon voor. We krijgen een rijksbijdrage om de Wsw uit te voeren van € 37.945 per voltijdsplek.
  • Mensen met een indicatie 'nieuw beschut werk' kunnen ook bij ons terecht. Zij voeren regulier betaald werk uit binnen een aangepaste, veilige werkomgeving. We bewegen steeds meer richting een werkontwikkelbedrijf, waar het ontwikkelen van de mens centraal staat. Werk betekent meer dan alleen inkomen of bestaansrecht. Het draagt ook bij aan structuur, saamhorigheid, zingeving, geluk, een gevoel van nuttig zijn, gezelligheid en persoonlijke ontwikkeling. Onze dienstverlening en bedrijfsvoering helpen daarbij.
  • In WRKLAB076 zoeken we naar iemands talenten via een bewezen werkwijze. Die werkwijze zetten we onder andere in als we denken dat iemand in aanmerking komt voor een indicatie 'nieuw beschut werk' of als iemand behoort tot het doelgroepregister. Via praktijkonderzoeken in het diagnostisch centrum worden iemands talenten, competenties en ontwikkelmogelijkheden in kaart gebracht. We kijken wat iemand aan ondersteuning en begeleiding nodig heeft bij het werk. In 2025 is er ruimte voor 160 mensen. We sluiten aan bij de trajecten die lopen rondom statushouders, jongeren (via het jongerenloket Breday), VSO/Pro en Wmo. Als we weten wat iemand nodig heeft, kunnen we de inwoner beter aan het werk helpen.
  • Wanneer een inwoner recht heeft op een uitkering en er mogelijk zicht is op werk, maken we zo snel mogelijk een inschatting van iemands talenten en ontwikkelmogelijkheden. Dit gebeurt bij WRKLAB076. Vervolgens krijgen mensen een persoonlijk ontwikkelplan. In een periode van 4 weken maken deze mensen kennis met verschillende sectoren, in groepsverband en werkend bij WRKLAB076 of binnen de stad. Ook leren zij wat goed werknemerschap inhoudt en zoeken ze naar passende vacatures. Tijdens het traject worden mensen begeleid door een regisseur, een werkbegeleider en een matcher. Aan het eind van deze 4 weken volgt er een eindanalyse. Deelnemers die kunnen werken, worden aangemeld bij het WSP. Voor de deelnemers die nog niet aan het werk kunnen, wordt een ontwikkelplan opgesteld. In een aantal gevallen betekent dit dat een uitkering niet nodig is. 

Indicatoren

Terug naar navigatie - Indicatoren
Thema-indicatoren
Indicator: Meedoen (audit nr 15)
Omschrijving: Percentage inwoners dat actief meedoet in de samenleving. Dat kan op verschillende manieren: intensief mantelzorg, intensief vrijwilligerswerk, minimaal 12 uur per week aan het werk in loondienst of als zelfstandig ondernemer, deelname aan re-integratietraject, school/opleiding volgen
Bron: Gemeente Breda, Buurtenquête Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
73 73 73
Toelichting: We verwachten een stabiele waarde op 'meedoen'. We stimuleren nieuwe initiatieven en mogelijkheden om mee te doen in de samenleving. Aan de andere kant zien we een vergrijzing, juist ook onder vrijwilligers en nemen de financiële mogelijkheden om participatie te bevorderen af. Daarmee verwachten we dat de participatie in de gemeente gelijk blijft.
Indicator: Bijstandsuitkering (audit nr 20)
Omschrijving: Aantal personen met een bijstandsuitkering per 10.000 inwoners van 18 jaar en ouder
Bron: www.waarstaatjegemeente.nl BBV Meeteenheid: Aantal per 10.000
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
449,3 379,1 364,1
Toelichting: Bijstandsuitkeringen betreft een openeindregeling. In lijn met vorig jaar wordt er voor deze landelijk verplichte indicator geen streefwaarde geformuleerd. De gemeente volgt de ontwikkeling ten aanzien van het aantal bijstandsuitkeringen op de voet.
Indicator: Laaggeletterdheid (audit nr 21)
Omschrijving: Percentage laaggeletterden van het aantal totaal inwoners van 16 t/m 65 jaar
Bron: Onderzoeksrapport Regionale spreiding van geletterdheid in Nederland Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
Toelichting: Huidige indicator is gebaseerd op Europees onderzoek dat vooralsnog geen recentere gegevens beschikbaar heeft over het percentage laaggeletterden dat er per gemeente is. In het licht van de nieuwe onderwijsvisie beraden we ons op nieuwe indicatoren, ook op het gebied van basisvaardigheden.
Productindicatoren Product Participatie
Indicator: Uitstroom naar werk/zelfstandig ondernemerschap (audit nr 22)
Omschrijving: Aantal uitkeringsdossiers Participatie en IOAW/Z die in het kalenderjaar zijn beëindigd met als reden ‘inkomen uit arbeid in dienstbetrekking en/of uitkering ziekte’ of ‘zelfstandig beroep/bedrijf’ (cliënt en/of partner)
Bron: Gemeente Breda, Suites voor het Sociaal Domein Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
516 445 383 400 400
Toelichting: Door de daling van het aantal inwoners met een bijstandsuitkering in de afgelopen kalenderjaren, is dit een realistische streefwaarde. Vanwege de langere inactiviteit van kandidaten (werkloos), duurt het vaak langer om volledig zelfredzaam te worden. Voor sommige inwoners is parttime werk de eerste stap voorwaarts alvorens de stap naar volledige zelfredzaamheid wordt gemaakt. De zogeheten parttime-bemiddelingen zijn echter geen onderdeel van deze indicator, maar leveren wel een besparing op de buig-gelden.
Indicator: Beschut werk (audit nr 24)
Omschrijving: Aantal plaatsen beschut werk (in fte van 31 uur)
Bron: Gemeente Breda Meeteenheid: Aantal fte van 31 uur
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
88 76 105,77 117
Toelichting: Streefwaarde 2025 wordt eind 2024 vastgesteld door ministerie.
Productindicatoren Product Sociale werkvoorziening
Indicator: Sociale werkvoorziening (personen) (audit nr 26)
Omschrijving: Aantal personen dat begeleid wordt door de sociale werkvoorziening (WSW)
Bron: Gemeente Breda Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
997 903 605 605
Toelichting: Betreft personen vallend onder de CAO SW (doelgroepmedewerkers). Opgenomen streefwaarde is in lijn met 2024.
Productindicatoren Product Reïntegratie
Indicator: Lopende re-integratievoorzieningen (audit nr 2209)
Omschrijving: Aantal inwoners van 15-64 jaar met een lopende re-integratievoorziening (per 10.000 inwoners). Het zijn voorzieningen die door een gemeente worden ingezet, nadat is vastgesteld dat iemand een belemmering heeft die directe arbeidsinschakeling bemoeilijkt (er is een afstand tot de arbeidsmarkt)
Bron: www.waarstaatjegemeente.nl BBV Meeteenheid: Aantal per 10.000
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
159,8 160,3 164,3
Toelichting: Dit is een landelijk verplichte indicator. De gemeente volgt de ontwikkelingen maar bepaalt hierop geen streefwaarde.
Productindicatoren Product Schuldhulpverlening
Indicator: Hulpvragen geldzorgen en schulden (audit nr 27)
Omschrijving: Aantal hulpvragen voor een vorm van dienstverlening bij de afdeling schuldhulpverlening (die worden afgehandeld middels informatie en advies, budgetbeheer, doorverwijzing of een schuldregelingstraject)
Bron: Gemeente Breda, Kredietbank West-Brabant, Allegro Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
963 890 950 1.200 1.150
Toelichting: Bij het vaststellen van de begroting 2024 in juni 2023 werd uitgegaan van een verhoogde instroom na 1-7-2023 vanwege de nieuwe wetgeving met 18 maanden looptijd voor schuldregelingen. De toename is er wel geweest, maar niet zoveel als was ingeschat en de streefwaarde voor 2024 was achteraf gezien mogelijk te hoog. Voor 2025 is deze bijgesteld.
Indicator: Schuldregelingen (audit nr 28)
Omschrijving: Aantal gestarte schuldregelingstrajecten (die kunnen leiden tot schuldbemiddeling, saneringskrediet, WSNP of geen vervolg)
Bron: Gemeente Breda, Kredietbank West-Brabant, Allegro Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
211 187 194 500 275
Toelichting: Dit is een afgeleide van het aantal hulpvragen. Het percentage neemt wat af, omdat we er eerder bij lijken te zijn. Het aantal aanmeldingen dat in aanmerking komt voor een regeling wordt procentueel gezien steeds lager. Geconstateerd moet ook worden dat de streefwaarde voor 2024 niet juist was.
Indicator: Budgetbeheer (audit nr 29)
Omschrijving: Aantal opgestarte budgetbeheertrajecten
Bron: Gemeente Breda, Kredietbank West-Brabant, Allegro Meeteenheid: Aantal trajecten
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
391 397 256 450 450
Toelichting: Geen wijzigingen t.o.v. 2024 verwacht.
Indicator: Vroegsignalering schuldenproblematiek (audit nr 2301)
Omschrijving: Aantal signalen van te laat of niet betaalde rekeningen van vaste lasten
Bron: Gemeente Breda, Inforing Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
7.846 8.432 9.600 9.600
Toelichting: Het aantal signalen vanuit huurachterstanden loopt terug, waarschijnlijk zijn dat de effecten van Vroegsignalering plus. Er is wel een lichte stijging van het aantal signalen op andere gebieden. De streefwaarde voor 2025 is daarom gelijk aan die van 2024.

Thema Leven

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?
  • We willen dat iedereen in Breda zélf voor een gezonde leefstijl kan zorgen. Balans is hierin het sleutelwoord. We willen met elkaar een gezonde leefomgeving creëren. Een omgeving die uitdaagt tot een gezonde leefstijl en die gezond eten, bewegen en ontspannen stimuleert. We besteden daarbij extra aandacht aan gelijke gezondheidskansen voor iedereen. Zo dragen we bij aan een langer leven in goede gezondheid voor al onze inwoners.
  • We vinden het belangrijk dat iedereen in Breda de mogelijkheid heeft om te genieten van een leven lang sporten en bewegen in een gezonde, veilige en inclusieve sportomgeving. Daarom bieden we inwoners een aantrekkelijke en veilige leefomgeving die sporten en bewegen stimuleert.

Wat gaan we daarvoor doen?

Terug naar navigatie - Wat gaan we daarvoor doen?

Gezondheid

  • In 2025 voeren we onze gezondheidsvisie 'Gedurfd, gezond en gelukkig’ uit. We hebben daarbij aandacht voor de fysieke en mentale gezondheid van onze inwoners. In de bijbehorende uitvoeringsplannen richten we ons op de belangrijkste thema’s: voedsel, voldoende bewegen en voldoende ontspannen.
  • In 2023 zijn het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) en het Integraal Zorgakkoord (IZA) afgesloten. Beide sluiten aan op onze gezondheidsvisie. Het GALA voeren we samen met lokale partners en de waardenetwerken uit. Het IZA voeren we regionaal uit met 16 regiogemeenten, de GGD en andere (zorg)partners.
  • We blijven inzetten op JOGG (gezonde jeugd, gezonde toekomst) en de uitvoering van het leefstijlakkoord. De belangrijkste activiteiten en projecten in 2025 zijn:
    • gezonde moestuinen op scholen en kinderdagverblijven
    • groene schoolpleinen
    • Kind naar gezonder gewicht
    • Gezonde (sport)kantine
    • de Peutervierdaagse
    • Rookvrij (Stoptober)
    • Trommel zonder rommel
    • valpreventie

  • We voeren de volgende IZA-actielijnen uit:
    • kwetsbare ouderen en versterken eerste lijn
    • mentale gezondheid
    • kansrijke start en kansengelijkheid
    • leefstijl en leefomgeving

  • De middelen voor de uitvoering zijn beschikbaar gesteld via een specifieke uitkering vanuit het Rijk. Deze middelen lopen vanaf 2026 geleidelijk terug of ze stoppen. In de loop van 2025 stellen we onze ambities voor 2026 mogelijk bij.

Uitvoeringsprogramma Sport en Bewegen

  • In het uitvoeringsprogramma Sport en Bewegen 2023-2026 staan de speerpunten voor 2025. We werken samen aan de doelen uit het uitvoeringsplan binnen het waardenetwerk Gezond en Actief Leven, met onder meer het onderwijs, zorgpartijen en sportverenigingen.
  • Op basis van onze sportvisie 'Team Breda’ brengen we mensen in beweging. Dit doen we aan de hand van 5 pijlers:
    • stimuleren van sport en beweging
    • sportaccommodaties
    • sport in de openbare ruimte
    • topsport en talentontwikkeling
    • sportevenementen 

In 2025 maken we binnen deze pijlers gerichtere keuzes.

Stimuleren van sport en bewegen

  • Samen met het waardenetwerk Gezond en Actief Leven werken we een nieuw uitvoeringsplan uit voor de periode 2025-2027. Binnen het waardenetwerk voeren we ook de regeling Brede combinatiefunctionarissen uit.
  • We onderzoeken hoe we de sportverenigingen via een loketfunctie beter kunnen adviseren en ondersteunen, samen met NOC*NSF, de sportbonden en de verenigingsadviseurs. 
  • We gaan het gesprek aan over een veilige sportomgeving.
  • Vanaf het schooljaar 2025-2026 stoppen we met het partnership Fontys Sportkunde. Hiermee geven we invulling aan de kadernota.
  • We gaan door met Breed Motorische Ontwikkeling binnen het onderwijs, de openbare ruimte en sportverenigingen. 
  • Met Inclusief bewegen is er speciale aandacht voor doelgroepen die drempels ervaren bij het vinden van een passend sportaanbod.
  • We blijven inzetten op de samenwerking met het Jeugdfonds Sport en de promotie daarvan.
  • We stimuleren de ontwikkeling van projecten en aanbod in urban sports.

Sportaccommodaties 

  • We ronden het integraal huisvestingsplan voor onze sportaccommodaties af.
  • We gaan verder met de succesvolle 1/3-regeling buitensport. We zorgen ervoor dat zo veel mogelijk sportverenigingen hier gebruik van kunnen maken.
  • We herijken de tarievennota en kijken daarbij naar de betaalbaarheid voor verenigingen en inwoners en de kosten/baten voor de gemeente.
  • We stimuleren sporten en bewegen in de openbare ruimte.
  • Bij gebiedsontwikkelingen nemen we de inrichting van een beweegvriendelijke openbare ruimte meteen mee. 
  • We investeren in het laagdrempelig, toegankelijk en veilig inrichten van de openbare ruimte en het plaatsen van nieuwe sportieve voorzieningen (zoals gemarkeerde hardlooproutes).
  • We sturen op een betere benutting van de bestaande sportieve buitenruimte via communicatie (promotie) en samenwerking.

Topsport en talentontwikkeling 

  • In 2025 geven we inhoudelijk richting aan deze pijler op basis van de behoeften die we geïnventariseerd hebben en onze gewenste positionering.

Sportevenementen 

  • We stimuleren kennisdeling en samenwerking tussen organisatoren van sportevenementen.
  • We stimuleren de deelname van kinderen en jongeren aan sportevenementen en toernooien om maatschappelijke en economische spin-off te creëren.

Indicatoren

Terug naar navigatie - Indicatoren
Thema-indicatoren
Indicator: Structureel sporten (audit nr 31)
Omschrijving: Percentage inwoners (16+) dat structureel sport (minimaal 1x per week)
Bron: Gemeente Breda, Stadsenquête Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
76 79 65 70
Toelichting: We streven ernaar dat in 2025 tenminste 70% van de inwoners (16+) van Breda structureel sport (tenminste éénmaal per week).
Indicator: Gezondheidsbeleving (geestelijk/psychisch) (audit nr 2510)
Omschrijving: Gemiddeld rapportcijfer dat mensen geven bij de stelling: "ik ben tevreden met mijn geestelijke/psychische gezondheid"
Bron: Gemeente Breda, inwonersenquête Meeteenheid: Score tussen 1 en 10
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
7,8
Toelichting: Streefwaarde is in lijn met de resultaten van de afgelopen jaren. De resultaten waren ruim voldoende.
Productindicatoren Product Volksgezondheid
Indicator: Gezondheidsbeleving (lichamelijk) (audit nr 35)
Omschrijving: Gemiddeld rapportcijfer voor de lichamelijke gezondheid
Bron: Gemeente Breda, Stadsenquête Meeteenheid: Score tussen 1 en 10
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
7,5 7,5 7,4 7,5 7,5
Toelichting: We sluiten aan op de realisatie en doelstelling van de afgelopen jaren. We verhogen onze inzet vooral om meer mensen te bereiken.

Thema Ontmoeten

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

In 2025 gaan we door met het grootste deel van onze inzet op wijkgericht werken. We blijven initiatieven van bewoners ondersteunen en faciliteren mogelijkheden voor ontmoeting en leefbaarheid in de wijkvoorzieningen, de buurthuizen en de openbare ruimte.

Een deel van de activiteiten die in de dorpen en wijken worden georganiseerd door bewoners en professionals, is gericht op het bevorderen van een aantrekkelijke woonomgeving. Deze activiteiten zorgen voor een gezellige en fijne buurt om in te wonen én ze dragen bij aan ontmoeting, leefbaarheid en minder eenzaamheid. Het beschikbare budget vraagt om meer focus in de doelstellingen van de dorps- en wijkplatforms. We willen dat de bewoners, de gemeente en onze samenwerkingspartners meer werken vanuit de prioriteiten in het dorp of de wijk.

In de samenwerking vanuit het wijkgericht werken staat deze focus ook centraal. We gaan voor een optimaal resultaat in de aandachtswijken, bij belangrijke ontwikkelingen in de dorpen en wijken en bij programma’s, zoals de energietransitie of Stad in een Park. Zo maken we afwegingen nadrukkelijker en meer transparant, waardoor het voor (groepen) bewoners duidelijker is hoe zij hieraan kunnen bijdragen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Terug naar navigatie - Wat gaan we daarvoor doen?

Het beschikbare budget voor de wijk- en dorpsplatforms vraagt om meer focus aan te brengen in onze doelstellingen. Naar verwachting moeten we in 2025 voor het eerst in lange tijd subsidieverzoeken gaan afwijzen, omdat het subsidieplafond bereikt is. Daarnaast kijken we ook bij meerdere beleidsthema’s nadrukkelijker of we in kunnen gaan op bewonersinitiatieven en verzoeken om niet-geprogrammeerde inzet. Hierdoor moeten we in 2025 prioriteiten stellen. Dit komt ook aan bod in de gesprekken met initiatiefnemers, dorps- en wijkraden, dorps- en wijkplatforms en andere inwoners. Een kans hierbij is om in deze gesprekken gezamenlijke doelstellingen te benoemen en mogelijkheden te zoeken om tot de optimale opbrengst voor het dorp of de wijk te komen. Juist doordat we minder projecten kunnen subsidiëren, wordt de focus op de doelstellingen voor het dorp of de wijk belangrijker. Het daarbij betrekken van inwoners en onze samenwerkingspartners in de dorpen en wijken is een impuls voor het wijkgericht werken.

Indicatoren

Terug naar navigatie - Indicatoren
Thema-indicatoren
Indicator: Sociale cohesie (audit nr 37)
Omschrijving: Score sociale cohesie
Bron: Gemeente Breda, Buurtenquête Meeteenheid: Score tussen 1 en 10
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
6,1 6 6
Toelichting: Helaas staat sociale cohesie door polarisatie en groeiende tegenstellingen in de samenleving onder druk. We leveren inzet ten behoeve van activiteiten die gericht zijn op ontmoeting tussen doelgroepen en het bevorderen van prettig samen leven. Deze inzet is schaars, maar we verwachten hiermee een bijdrage te leveren aan het vast houden van de sociale cohesie op het gemeten niveau van 2023.
Indicator: Actief in de buurt (audit nr 2201)
Omschrijving: Percentage bewoners dat zich actief heeft ingezet in de buurt
Bron: Gemeente Breda, Buurtenquête Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
26 28 28
Toelichting: We verwachten dat met de huidige inzet een evenaring van het resultaat in 2023 kan worden behaald. Op basis van de trend zou een lichte stijging mogelijk kunnen zijn, maar we zien ook initiatieven waar het moeilijk is om inzet van buurtbewoners vast te houden. Naar onze verwachting is het netto resultaat stabiel.
Indicator: Ondersteuning buurtinitiatieven (audit nr 2202)
Omschrijving: Percentage bewoners dat het (helemaal) oneens is met de stelling: De gemeente ondersteunt buurtinitiatieven op het gebied van leefbaarheid en veiligheid voldoende
Bron: Gemeente Breda, Buurtenquête Meeteenheid: %
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
10 9
Toelichting: Bij de buurtenquête wordt aan een steekproef van inwoners gevraagd hoe ze de ondersteuning van buurtinitiatieven waarderen. Hierbij streven we naar een ruime meerderheid die dit positief waardeert. De stelling die wordt beschreven met deze indicator is negatief geformuleerd: we streven er naar dat een steeds kleiner deel van de respondenten het oneens is met de stelling dat de gemeentelijke ondersteuning onvoldoende is.
Productindicatoren Product Wijkaanpak
Indicator: Leefbaarheidsinitiatieven vanuit bewoners (audit nr 38)
Omschrijving: Aantal ingediende leefbaarheidsinitiatieven van bewoners (fysiek, sociaal, overlast en/of veiligheid)
Bron: Gemeente Breda, Wijkzaken Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
121 137 209 220 125
Toelichting: Na bezuiniging resteert een subsidiebudget van € 200.000. Op basis van een gemiddelde wijksubsidie van € 1.600, kunnen van dit budget 125 initiatieven worden gesubsidieerd.
Indicator: Wijkdeals (audit nr 39)
Omschrijving: Aantal initiatieven van bewoners(groepen) die zich richten op onderhoudswerkzaamheden in de openbare ruimte (opgeteld aantal vanaf 2012). De gemeente biedt hierbij hulp in de vorm van een vergoeding, materiaal of in de organisatie
Bron: Gemeente Breda, Wijkzaken Meeteenheid: Aantal
Realisatie 2021 Realisatie 2022 Realisatie 2023 Streefwaarde 2024 Streefwaarde 2025
471 532 581 470 600
Toelichting: We zien een gestage groei van het aantal wijkdeals. Onze verwachting is dat deze trend doorzet en dat in 2025 de mijlpaal van 600 wijkdeals wordt bereikt.
Terug naar navigatie - De kosten van dit programma
Bedragen x €1.000
Exploitatie Jaarrekening 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Lasten
Opgroeien 129.926 129.082 132.842 122.792 120.857 121.281
Betrokken zijn 63.394 67.110 68.801 66.334 65.601 65.527
Thuis 53.176 63.257 59.486 57.651 57.550 57.550
Leren, ontwikkelen en werken 145.063 143.424 135.690 133.359 132.055 131.019
Leven 14.916 19.858 16.987 16.699 9.232 9.391
Ontmoeten 21.800 25.544 24.529 4.909 4.886 4.901
Reserve investeringen sportverenigingen 1.000 800 0 0 0 0
Reserve vrouwenopvang 0 1.600 2.600 1.407 0 0
Exploitatiereserve programma 1 1.373 0 0 0 0 0
Totaal Lasten 430.648 450.675 440.935 403.152 390.182 389.669
Baten
Opgroeien 56.169 58.117 55.759 55.759 55.759 55.759
Betrokken zijn 2.654 3.326 3.106 3.831 3.126 3.111
Thuis 5.473 6.522 7.184 7.184 7.184 7.184
Leren, ontwikkelen en werken 94.580 93.362 92.634 92.634 92.634 92.634
Leven 7.223 8.613 8.293 7.860 242 242
Ontmoeten 20.447 18.199 19.571 0 0 0
Reserve investeringen sportverenigingen 264 1.536 0 0 0 0
Reserve vrouwenopvang 0 2.100 0 0 0 0
Algemene reserve programma 1 185 2.780 2.750 1.507 100 100
Exploitatiereserve programma 1 13.869 13.203 2.500 847 0 0
Totaal Baten 200.862 207.757 191.798 169.623 159.045 159.030

Financiële toelichting op dit programma

Terug naar navigatie - Financiële toelichting op dit programma

Hieronder lichten we per thema de belangrijkste verschillen toe met de begroting 2024.

Opgroeien
Het begrotingssaldo is met € 6,1 miljoen toegenomen. Dit zijn de belangrijkste oorzaken:

  • De beheersmaatregelen van € -3,55 miljoen zijn in mindering gebracht op de begroting, zoals aangegeven in de kadernota. De beheersmaatregelen omvatten:
    • beperken van de in te zetten (inhuur)capaciteit (€ 1,1 miljoen) 
    • sturingsmaatregelen in de toegang tot jeugdhulp; waaronder aanpassing Verordening Jeugd (€  0,7 miljoen)
    • verlaging van het subsidieplafond Kansrijke Jeugd (€ 0,7 miljoen)
    • intensiveren onderzoeken doel- en rechtmatigheid jeugdhulp; kwaliteitsonderzoeken (€ 1,0 miljoen).
  • omzetten van inhuur medewerkers naar vaste medewerkers, verminderen van de inhuurcapaciteit, sturingsmaatregelen in de toegang tot jeugdhulp (waaronder aanpassing Verordening Jeugd), verlaging van het subsidieplafond Kansrijke Jeugd en intensiveren onderzoeken doel- en rechtmatigheid jeugdhulp (kwaliteitsonderzoeken).
  • We hebben € 1,6 miljoen toegevoegd aan reguliere loon- en prijscompensatie.
  • De afgelopen jaren is de jeugdbegroting overschreden. We hebben daarom € 5 miljoen toegevoegd, conform de kadernota in het kader van reëel begroten. 
  • De indexering van de jeugdhulptarieven is naar verwachting hoger dan de reguliere loon- en prijscompensatie over de gemeentelijke budgetten. Om dit op te vangen, hebben we € 2,9 miljoen toegevoegd.
  • In 2024 is het budget voor leerlingenvervoer ruim ingezet om de toenmalige problematiek het hoofd te bieden. Nu de situatie weer stabiliseert, stellen we het bedrag op de lasten met € 0,2 miljoen bij.
  • De doordecentralisatie-uitkering Jeugd vervalt per 2025. Van deze uitkering, die werd ingezet voor vroegtijdige schoolverlaters, stond € 0,2 miljoen gereserveerd bij Onderwijs. Deze middelen voor vroegtijdig schoolverlaters worden door het Rijk toegevoegd aan het Regionale VSV programma.

Betrokken zijn
Het begrotingssaldo is met € 1,9 miljoen toegenomen. Dit zijn de belangrijkste oorzaken:

  • De beheersmaatregelen van € -1,5 miljoen zijn in minder gebracht op de begroting, zoals aangegeven in de kadernota.
  • We hebben € 1,6 miljoen aan loon- en prijscompensatie toegevoegd.
  • We zien dat we steeds minder vaak beschermd wonen hoeven te indiceren en steeds vaker hulp en begeleiding aan (eigen) huis kunnen inzetten. Dat betekent dat we middelen die we overhouden bij Beschermd Wonen, nodig hebben voor de inzet van ambulante voorzieningen. Daarom voegen we € 2 miljoen vanuit het budgetoverschot Beschermd Wonen toe aan het thema van de ambulante en voorliggende voorzieningen (betrokken zijn) om die inhoudelijke beweging ook financieel te ondersteunen.

Thuis
Het begrotingssaldo is afgenomen met € 4,4 miljoen. Dat komt vooral door budgetoverhevelingen vanuit voorgaande jaren. Deze middelen blijven daardoor beschikbaar voor regionale opgaven, zoals de maatschappelijke opvang en de aanpak van geweld in afhankelijkheidsrelaties.

Leren, ontwikkelen en werken
Het begrotingssaldo is met € 7 miljoen afgenomen. Dit zijn de belangrijkste oorzaken:

  • Door ombuigingen in de kadernota hebben we een bedrag van € 2,65 miljoen in mindering gebracht op de begroting. Het gaat hierbij om ombuigingen op het gebied van oneigenlijk gebruik, statushouders sneller naar werk begeleiden en werk en inkomen.
  • In 2024 is voor de eenmalige energiebijdrage 2023 (die liep tot 1 april 2024) een restantbedrag beschikbaar van € 3,8 miljoen. Dit budget maakt geen deel meer uit van de begroting 2025.
  • Voor het organiseren van sociale ontwikkelbedrijven is in 2024 eenmalig € 0,8 miljoen beschikbaar gekomen. Door de afloop van de WSW-regeling is de SW-subsidie in 2025 € 0,9 miljoen lager.
  • In het bestuursakkoord is voor de komende jaren gerekend met een ombuiging op het gebied van participatie van € 3 miljoen in 2023, aflopend naar € 0,5 miljoen in 2026. In 2024 is de ombuiging € 2 miljoen, in 2025 is dit € 1 miljoen.
  • In de periode 2022-2026 maken we extra geld vrij voor armoedebestrijding. In totaal gaat het om € 5,9 miljoen. Voor 2024 is dit € 1,6 miljoen, in 2025 gaat het om € 2,2 miljoen.

Leven
Het begrotingssaldo is met € 2,5 miljoen afgenomen. Dit zijn de belangrijkste veranderingen:

  • De 1/3-investeringsregeling voor sportaccommodaties wordt bekostigd vanuit een reserve. Het resterende bedrag van € 1,5 miljoen is volledig begroot in 2024 en komt in 2025 te vervallen. (De kans is overigens groot dat dit bedrag in 2024 niet volledig gebruikt wordt en alsnog deels naar 2025 gaat.)
  • In 2024 is er een energiepakket beschikbaar gesteld voor de hoog opgelopen energiekosten. Voor sport is in 2024 eenmalig een bedrag van € 1 miljoen beschikbaar gesteld.
  • Door ombuigingen in de kadernota hebben we een bedrag van € 0,05 miljoen in mindering gebracht op de begroting van sportbeleid.

Ontmoeten
Het begrotingssaldo is met € 2,4 miljoen afgenomen. Dat heeft vooral te maken met:

  • Een onttrekking van € 1,3 miljoen uit de exploitatiereserve in 2024. Die is bedoeld voor het dekken van eventuele hoge onvoorziene onderhoudskosten en een mogelijk leegstandrisico van De Koepel bij de beëindiging van de regeling.
  • De lasten en baten zijn € 1,4 miljoen hoger doordat de doorstroomlocatie aan het Dr. Jan Ingenhouszplein in juni 2024 van start is gegaan. De begroting 2025 is voor een volledig jaar.
  • Er is € 0,2 miljoen minder beschikbaar voor dorps- en wijkgericht werken. Dit is één van de maatregelen uit de kadernota.

Investeringen

Terug naar navigatie - Investeringen
Bedragen x € 1.000
Fasering Investeringen in dit programma Planning uitgaven 2025 (bruto) Planning uitgaven 2026 (bruto) Planning uitgaven 2027 (bruto) Planning uitgaven 2028 (bruto)
Speeltoestellen 620 620 620 620
Plan 620 620 620 620
Totaal 620 620 620 620

Speelvoorzieningen
De investeringen zijn bedoeld voor vervangingen om de huidige speelvoorzieningen in stand te kunnen houden.

Reserves

Terug naar navigatie - Reserves
Bedragen x € 1.000
Vitaal en Sociaal Breda Stand 1-1-2025 Bedrag mutaties Stand 31-12-2025
Vrouwenopvang 572 2.600 3.172
Algemene reserve programma 1 4.457 -2.750 1.707
Exploitatiereserve programma 1 3.348 -2.500 847
Totaal 8.376 -2.650 5.726

Reserve Vrouwenopvang
Deze reserve is bedoeld voor de noodzakelijke vernieuwing/verbouwing van de vrouwenopvangvoorziening. Safegroup geeft aan wanneer ze starten met de volgende fase van de verbouwing. Op dat moment komt er een verzoek om geld aan deze reserve te onttrekken.

Algemene reserve Programma 1
Aan de algemene reserve wordt € 2,8 miljoen onttrokken. Het grootste deel daarvan, € 2,6 miljoen, is toegevoegd aan de reserve Vrouwenopvang. 

Exploitatiereserve Programma 1
Bij de budgetoverheveling vanuit de jaarrekening 2023 zijn ook middelen overgeheveld naar 2025. Het betreft hier restantgelden vanuit het Regionaal Arbeidsmarktbeleid (€ 1,3 miljoen) en gelden voor de centrumregeling Maatschappelijke Opvang (€ 1,2 miljoen). Deze middelen zijn in 2025 toegevoegd aan de exploitatiebegroting.

Voorzieningen

Terug naar navigatie - Voorzieningen
Bedragen x € 1.000
Vitaal en Sociaal Breda Stand 1-1-2025 Bedrag mutaties Stand 31-12-2025
Vrz archivering Juzt 1.224 -69 1.155
Totaal 1.224 -69 1.155

Voorziening archivering Juzt
Deze voorziening is bedoeld om de komende 20 jaar de bewaarderstaken uit te voeren vanwege de opheffing van stichting Juzt.

Beleidsstukken

Terug naar navigatie - Beleidsstukken

Aan dit programma gerelateerde verbonden partijen

Terug naar navigatie - Aan dit programma gerelateerde verbonden partijen

Aan de realisatie van de doelstellingen van dit programma leveren de volgende verbonden partijen een bijdrage. Voor de bijdrage van de verbonden partij aan de doelstellingen, belangrijkste beleidsontwikkelingen en risico’s verwijzen we naar de paragraaf Verbonden partijen. 

  • GR GGD West-Brabant
  • GR Regionale Ambulancevoorziening (RAV) Brabant Midden-West-Noord
  • GR Programma Schoolverzuim en Voortijdig Schoolverlaten
  • BV Neovita