Paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De openbare ruimte in Breda wordt voor een belangrijk deel bepaald door bomen, wegen, verlichting, water en riolering. Al deze zogenoemde kapitaalgoederen zijn door de gemeente aangekocht of worden door ons in stand gehouden. Ze vormen de ruggengraat van de openbare ruimte en zorgen ervoor dat de stad en de dorpen goed kunnen functioneren. Kapitaalgoederen hebben een langdurig economisch of maatschappelijk nut en een hoge financiële (vervangings)waarde. Daarom houden we ze in stand door regelmatig (groot) onderhoud en door ze tijdig te vervangen.

Hieronder beschrijven we het onderhoudsniveau en daarmee het kwaliteitsniveau van onze kapitaalinvesteringen. Die hebben we onderverdeeld in een aantal categorieën, waar we hieronder verder op ingaan:

  • beheer en onderhoud van de openbare ruimte
  • beheer en onderhoud van de riolering
  • beheer en onderhoud van onze accommodaties
  • beheer en onderhoud van onze voertuigen

In de financiële tabellen zijn de exploitatiekosten van het klein en dagelijks onderhoud opgenomen. Daarin staan ook de dotaties aan de voorziening groot onderhoud, de kapitaallasten van investeringen uit het verleden en de begrote investeringen uit het Strategisch Investeringsplan. In de exploitatie zijn de kosten van schades niet meegenomen. Dit jaar is daar op basis van de actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen (2024-2028) een reserve aan toegevoegd. Deze is ingesteld voor een periode van 7 jaar.

Beheer en onderhoud van de openbare ruimte

Terug naar navigatie - Beheer en onderhoud van de openbare ruimte

Met ‘openbare ruimte’ bedoelen we de ruimte in de stad en de dorpen die voor iedereen vrij toegankelijk is. Denk daarbij aan straten, parken, pleinen, speeltuinen en de singels. In deze openbare ruimte vinden veel dagelijkse activiteiten plaats, zoals verplaatsen van A naar B, ontmoeten, verblijven en recreëren. Het beheer en onderhoud van de openbare ruimte is verdeeld over 7 kapitaalgoederen: 

  • wegverhardingen
  • civieltechnische kunstwerken
  • openbare verlichting
  • bomen
  • waterwegen en -voorzieningen
  • riolering*
  • stedelijk groen

* Voor de riolering hebben we te maken met bijzondere wettelijke eisen en een aparte financiering. Hierover leest u meer in de aparte paragraaf hieronder.

Actualisatie Beleidskader 2024
In 2021 hebben we het geactualiseerde Beleidskader Kapitaalgoederen opnieuw geëvalueerd. Daaruit bleek dat het beheer en onderhoud van de openbare ruimte steeds verder achter begon te lopen. Vooral de wegverhardingen, de civieltechnische kunstwerken, de bomen en het stedelijk groen verdienen meer aandacht. De inhoudelijke toelichting hierop vindt u hieronder. In het bestuursakkoord uit 2022 hebben we ingespeeld op de uitkomsten van de evaluatie en is voor de periode 2022-2024 € 14,5 miljoen beschikbaar gesteld. Het merendeel hiervan wordt ingezet voor de kapitaalgoederen. In 2024 is het Beleidskader Kapitaalgoederen geactualiseerd. Daarbij is duidelijk geworden dat de vastgestelde kwaliteit uit de evaluatie in 2021 nog verder achteruit is gegaan. Ook is gebleken dat we een achterstand hebben op de inspecties van de civieltechnische kunstwerken, openbare verlichting, bomen, stedelijk groen en waterwegen- en voorzieningen. In het geactualiseerde Beleidskader 2024-2028 wordt de strategie uitgewerkt om de komende jaren weer grip te krijgen via stutten, herijken, consolideren. Daarbij gaan we er voorlopig vanuit dat we alle kapitaalgoederen onderhouden op onderhoudsniveau C. De middelen die bij dit onderhoudsniveau passen, zijn toegevoegd aan de begroting. Binnen dit budget zijn verder de indexering voor 2025, de areaaluitbreiding uit 2024 en de afgesproken bezuinigingen verwerkt. Voor het kapitaalgoed riolering stellen we het onderhoudsniveau nog vast. Dat doen we bij de vaststelling van het nieuwe Stedelijk Waterplan, eind 2024. 

Met deze maatregelen krijgen we weer grip op het beheer en onderhoud. Een eerste stap is om de inspecties, de data en de informatie op orde te krijgen. In een vervolgstap werken we aan het aanpakken van de achterstanden en achterstalligheden die daaruit voortkomen. Om die voortvarend aan te kunnen pakken, hebben we een reserve ingesteld voor 7 jaar. Voor 2025 bedraagt de reserve € 2,3 miljoen. Dit is een inschatting van het budget dat nodig is om projecten uit te voeren voor (groot) onderhoud, om achterstanden weg te werken en om (het risico op) achterstalligheden te verminderen. Hiermee verlagen we het risico op nieuwe achterstalligheid ten opzichte van de jaarrekening 2023. Het risico op nieuwe achterstalligheid wordt ingeschat op € 3,8 miljoen en is als volgt opgebouwd:

Bedragen x € 1.000
Risico op achterstalligheid openbare ruimte
Verharding 300
Openbare verlichting 2.310
Bomen 2.260
CTK 1.250
Totaal 6.120
Stand reserve kapitaalgoederen 2.262
Risico 3.858

Jaarlijks bekijken we op basis van de resultaten vanuit onze inspecties of het nodig is om het onderhoudsniveau, de aanpak of de middelen bij te stellen. Is dat het geval, dan doorlopen we hiervoor een bestuurlijk proces. Op basis van de actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen werken we de beheerplannen bij, waarna die worden vastgesteld.

Wegverhardingen
De gemeente beheert zo’n 10 miljoen vierkante meter aan wegverhardingen. Deze onderhouden we op een voorlopig gemiddeld niveau C. Tot 2020 lagen we goed op koers om het achterstallige onderhoud aan de wegverhardingen in te lopen. Uit de inspecties van 2020 en 2022 bleek echter dat de achterstanden juist waren toegenomen en kwam ook achterstallig onderhoud aan het licht. Bij de actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen is daarnaast gebleken dat we voor goed onderhoud op de lange termijn het onderhoudsbudget en onze systematiek moeten bijstellen. We moeten vooral inhaalslagen maken bij de elementverhardingen (zoals tegels en klinkers). Daarbij vormt boomwortelopdruk een uitdaging. Daarnaast maken we de beweging van budget gestuurd repeterend onderhoud naar het uitvoeren van meer vernieuwingen en vervangingen (investeringen). We gaan hiervoor nog intensiever de samenwerking aan met bomen, riolering en klimaatadaptatie. Ook zetten we in op een meer doelgerichte inhaalslag door op locaties waar dat kan vanuit wegverhardingen de lead te pakken.
De vervangingen worden conform het BBV geactiveerd en zijn als instandhoudingsinvestering opgenomen in het Strategisch Investeringsplan. De dotatie aan de voorziening groot onderhoud is verlaagd en de investeringen zijn toegevoegd aan de begroting.

Bedragen x € 1.000
Wegverhardingen ( incl achterstallig binnen exploitatie) Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatie 2.993 4.020 4.658 4.657 4.502 4.276
Kapitaallasten Verhardingen 389 412 419 482 603 661
Dotatie voorziening achterstalligheid 5.800
Dotatie onderhoudsvoorziening 4.938 3.016 2.429 2.429 2.429 2.429
Dotatie reserve kapitaalgoederen 2.262 2.936 2.224 1.852
Totaal exploitatie 14.120 7.448 9.768 10.504 9.758 9.218
Strategisch investeringsplan
Openbare ruimte: herinrichtingen 700
Openbare ruimte: wegen (instandhouding) 6.300 6.300 6.300 6.300

Civieltechnische kunstwerken
In de gemeente Breda staan zo’n 500 civieltechnische kunstwerken, zoals bruggen en viaducten. Die beheren en onderhouden we op onderhoudsniveau C. Het uitgangspunt is dat ze veilig zijn en dat de kwaliteit voldoende is voor snel en comfortabel gebruik. Voor het beheer en onderhoud wordt eind 2024 een nieuw beheerplan vastgesteld.  

Uit de technische inspecties in 2022 en 2023 is gebleken dat we aanvullend onderzoek moeten uitvoeren naar de constructieve veiligheid van een groot aantal kunstwerken. Dat onderzoek verrichten we de komende jaren. We werken daarnaast aan een programma om kunstwerken te vervangen of de levensduur daarvan te verlengen. Daarbij leggen we verbindingen met andere gemeenten met dezelfde opgaven. Zo krijgen we de urgentie van deze opgave op de agenda van het Rijk.

De actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen heeft geleid tot een verhoging van de exploitatie en de investeringen. De dotatie aan de voorziening actualiseren we op basis van de resultaten vanuit onze inspecties.

Bedragen x € 1.000
Civieltechnische kunstwerken Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatie 1.106 1.068 1.882 1.952 1.972 1.972
Kapitaallasten CTK 1 23 76 115 177 224
Dotatie onderhoudsvoorziening 588 601 619 619 619 619
Totaal exploitatie 1.695 1.692 2.577 2.686 2.768 2.815
Strategisch investeringsplan
Specifieke kunstwerken 100 180 968 1.006 1.100
Openbare ruimte instandhouding sierende elementen 500
Willemsbrug 1.550

Openbare verlichting
De openbare verlichting onderhouden we voorlopig op onderhoudsniveau C. Van onze 40.000 armaturen is de afgelopen jaren ongeveer twee derde verduurzaamd naar ledverlichting. Daarbij zijn de masten veelal niet vervangen. We hebben op dit moment geen volledig beeld van de status daarvan. Die brengen we de komende 2 jaar in beeld. Bij achterstalligheid en achterstanden grijpen we waar nodig in. De resterende conventionele armaturen worden in de periode tot 2030 vervangen door ledverlichting. Tot die tijd vragen deze armaturen zeer waarschijnlijk om extra aandacht bij het onderhoud. Mogelijk moeten ze alsnog versneld vervangen worden bij defecten. In het beheerplan werken we een aanpak uit om het toenemende aantal slimme ledlampen goed te kunnen onderhouden. Daarbij werken we ook aan een aanpak van het onderhoud en de vervanging voor de lange termijn.

Op basis van de actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen zijn de exploitatie en de investeringen verhoogd.

Bedragen x € 1.000
Openbare verlichting Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatie 1.947 2.282 3.585 3.585 3.645 3.545
Kapitaallasten OVL 399 624 725 777 927 1.027
Totaal exploitatie 2.346 2.906 4.310 4.362 4.572 4.572
Strategisch investeringsplan
Openbare ruimte; openbare verlichting - 4.600 4.600 4.600 4.600

Bomen
Breda heeft ruim 110.000 bomen, die gemiddeld een hoge leeftijd hebben en veelal vervangen moeten worden. Het gemiddelde onderhoudsniveau is voorlopig vastgesteld op C. Daarbij blijven waardevolle bomen wel dezelfde zorg behouden als ze de afgelopen jaren hebben gekregen.  
 
In het nieuwe gemeentelijke Bomenplan, dat we momenteel in voorbereiding hebben, besteden we aandacht aan de waardevolle bomen, structuurbomen en omgevingsbomen. Ook de link met herplant en de vervanging van bomen werken we uit. Het plan krijgt richting door onderwerpen als het veranderende klimaat, de standplaats, de verdichtende stad, het boombeeld, de kroonprojectie, de biodiversiteit en ziekten. Daarnaast besteden we aandacht aan wortelopdruk bij de huidige bomen.
 
We lopen wat achter met onze inspecties. Die achterstand werken we dit jaar en komend jaar weg. Naar verwachting komt daarbij meer achterstallig onderhoud in beeld. Waar we onveilige situaties ontdekken, grijpen we in. Dit vraagt de komende jaren extra aandacht, omdat kap niet vanzelfsprekend is en ook gepaard gaat met de zorg voor goede herplant of een alternatief plan. Soms is het beter om maatregelen te clusteren of uit te stellen, zodat ze gecombineerd kunnen worden met een grotere herinrichting of reconstructie van plekken.  
 
Een ander probleem is wortelopdruk. Dat gebeurt op plaatsen waar bomen te weinig ruimte hebben om te groeien. Met een boomwortelprotocol hebben we prioriteiten gesteld en nemen we tijdelijke maatregelen die een boom zo veel mogelijk sparen. In de actualisatie van het gemeentelijke bomenplan laten we zien wat we moeten doen om dit vraagstuk op de lange termijn aan te pakken. Daarbij maken we de financiële consequenties zo goed mogelijk inzichtelijk. 

Op basis van de actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen zijn de kleinschalige en grootschalige boomvervangingen opgenomen als instandhoudingsinvestering. De exploitatie en de investeringen zijn verhoogd.

Bedragen x € 1.000
Bomen Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatie 2.361 2.701 2.754 2.884 2.924 2.924
Kapitaallasten Bomen en stedelijk groen * 447 766 1.052 1.265 1.500 1.606
Totaal exploitatie 2.808 3.467 3.806 4.149 4.424 4.530
Strategisch investeringsplan
Bomen (instandhouding) 639 2.960 1.900 1.900 1.900
* kapitaallasten bomen en stedelijk groen niet uitgesplitst

Waterwegen en watervoorzieningen
Breda heeft ongeveer 290 kilometer waterlopen, 80 kilometer duikers en diverse vijvers, plassen, havens en andere watervoorzieningen, zoals watertappunten, bluswatervoorzieningen, een grondwatermeetnet en waterspeelplekken. Een belangrijke taak op het gebied van water is het nautisch beheer, waaronder het scheepvaartverkeer en de recreatie op het water vallen. Hiervoor hebben we als basis een strategische visie over het varen in Breda opgesteld. Deze visie omschrijft onze ambities en de benodigde projecten op de korte en langere termijn. Waterrecreatie wordt hierin parallel opgepakt. Met het vorige bestuursakkoord, het beheerplan Waterwegen en watervoorzieningen en het vaststellen van de begroting hebben we budget om het beheer en onderhoud op C-niveau uit te voeren. Dit betekent dat de waterwegen en watervoorzieningen veilig zijn. 

Bij waterwegen is het vooral belangrijk dat het water voldoende kan stromen en voldoende diep is om water af te voeren of om in te varen. We hebben nog een achterstand bij het op peil houden van de kwaliteit van de beschoeiingen, de duikers en het baggeren. Deze achterstand kunnen we de komende periode inhalen met de beschikbare middelen en het vastgestelde kwaliteitsniveau. In het beheerplan staat ook de samenhang met het werk van waterschap Brabantse Delta. De afgelopen periode hebben we een eerste stap gezet in het preventief/cyclisch beheer en onderhoud. Calamiteiten lossen we nog steeds reactief op. De komende jaren werken we aan maatregelen voor de Kaderrichtlijn Water en voeren we projecten uit die invloed hebben op de waterwegen. Dit speelt vooral bij de oevers en het recreatief gebruik. 

Verder zijn per 1 januari 2022 de geboorde bluswaterputten door de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant overgedragen aan de gemeente Breda. In totaal gaat het om 82 brandputten die in de afgelopen 1,5 jaar opnieuw zijn geïnspecteerd. Hieruit zijn geen grote gebreken naar voren gekomen. Het extra onderhoudsbudget komt echter in de toekomst onder druk te staan. Dit komt door aangescherpte veiligheidsvoorwaarden vanuit de veiligheidsregio voor het beheer en onderhoud van de bluswatervoorzieningen.

Op basis van de actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen zijn de exploitatie en de investeringen verhoogd.

Bedragen x € 1.000
Waterwegen en watervoorzieningen Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatie 817 1.206 1.854 1.894 1.914 1.914
Kapitaallasten Waterwegen 74 47 127 155 160 162
Dotatie onderhoudsvoorziening 410 426 438 438 438 438
Totaal exploitatie 1.301 1.679 2.419 2.487 2.512 2.514
Strategisch investeringsplan
Openbare ruimte: water nautisch beheer 20 85

Stedelijk groen
Voor het stedelijk groen in Breda hanteren we onderhoudsniveau C. Tijdens de evaluatie van 2021 bleek dat een groot deel van het stedelijk groen aan het eind van zijn levensduur is. Bij onderhoudsniveau C vindt echter geen vervanging plaats. Dit is ook opgemerkt in het bestuursakkoord in 2022. Daarin is budget beschikbaar gesteld voor de reconstructie van het groen en het verhogen van de kwaliteit daarvan. Voor onderhoud op een hoger niveau is geen budget beschikbaar. In de actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen stellen we daarom voor om een apart plan voor het stedelijk groen te maken. 

In het Strategisch Investeringsplan (SIP) hebben we budget opgenomen voor de aanpak van hittestress. Dit budget wordt ingezet om de aanplant van bomen te financieren in klimaatadaptatieprojecten.  

Op basis van de actualisatie van het Beleidskader Kapitaalgoederen zijn de exploitatie en de investeringen verhoogd.

Bedragen x € 1.000
Stedelijk groen Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatie 8.813 10.001 9.641 9.681 9.704 9.737
Kapitaallasten groenonderhoud*
Totaal exploitatie 8.813 10.001 9.641 9.681 9.704 9.737
Strategisch investeringsplan
Groene pleinen & parken 2.0 290 440 530 718
Openbare ruimte en pleinenaanpak 500 1.750 2.000 1.750
* Zie Bomen; kapitaallasten bomen en stedelijk groen niet uitgesplitst

Beheer en onderhoud riolering

Terug naar navigatie - Beheer en onderhoud riolering

Het Stedelijk Waterplan (SWP) beschrijft het beheer en onderhoud van het afvalwater, het hemelwater en het grondwater. Dat bestaat uit een combinatie van het in stand houden en verbeteren van het huidige riool- en watersysteem. De gemeente is verantwoordelijk voor het transport van het stedelijk afvalwater naar de rioolwaterzuivering van het waterschap. Daarvoor hebben we 1300 kilometer rioolbuizen en 800 grote en kleine gemalen en overige voorzieningen in beheer. Ook onderhouden we regenwaterriolen, sloten en wadi’s om het regenwater te verwerken. Verder is de gemeente het aanspreekpunt voor het grondwater in de openbare ruimte. 

In het SWP hebben we vastgelegd dat we het natuurlijke watersysteem willen herstellen door te ontharden en te vergroenen. We willen regenwater afkoppelen van de riolering en motiveren inwoners en bedrijven om ook duurzaam met water om te gaan. Dat doen we bijvoorbeeld met projecten in het kader van Groene Buurtjes of door een onderhoudsprogramma voor wadi's en infiltratievoorzieningen. De komende jaren maken we werk met werk, waarbij we een klimaatadaptieve inrichting bereiken en waarbij onze assets op orde zijn. Klimaatadaptatie is een speerpunt in het SWP. Daarom houden we vast aan de communicatie met en participatie van bewoners, scholen, bedrijven en andere partners. Denk daarbij aan de subsidie voor water en groen voor bewoners, huurders, bedrijven en andere belanghebbenden. 

Hierbij past ook de verbreding van onze structurele communicatie en het uitvoeren van de Week van ons Water en de rioolwandelingen in de Oude Vest. Daarnaast vragen we bewoners en bedrijven om op hun eigen grond maatregelen te treffen. De gemeente verbetert het riool- en watersysteem, waarbij we vooral oog hebben voor energiebesparing en de circulaire economie.

Beheer en onderhoud accommodaties

Terug naar navigatie - Beheer en onderhoud accommodaties

Onderhoud
Voor het bouwkundig onderhoud van onze accommodaties gebruiken we de methodiek van conditieafhankelijk onderhoud (NEN 2767). Daarbij hanteren we onderhoudsniveau 3 (redelijk), zodat het waardebehoud en de bedrijfsvoering geborgd zijn. Minimaal 1 keer in de 5 jaar actualiseren we de meerjarige onderhoudsplannen.

Voor het civiel- en cultuurtechnisch onderhoud van de buitensportcomplexen (exclusief de opstallen) werken we sober en doelmatig. We sluiten hierbij aan met ons groenbeheer, dat uitgaat van de wettelijk verplichte BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie) en IMGeo (Informatiemodel Geografie). Voor sportaccommodaties zijn de normeringen van NOC*NSF en overkoepelende sportbonden van toepassing, die door Kiwa Isa Sport zijn vastgelegd in het handboek voor sportaccommodaties.

Wet- en regelgeving
Het gemeentelijk vastgoed moet voldoen aan alle wettelijke verplichtingen. We letten op 5 aandachtsgebieden die een raakvlak hebben met veiligheid: elektra, legionellabeheersing, brandveiligheid, dakveiligheid en toegankelijkheid. Ook het gedrag van de gebruiker of huurder speelt hierbij een voorname rol.

Elektra
We willen veilige gebouwgebonden installaties. Daarom inspecteren gecontracteerde aannemers de elektrotechnische (brand)veiligheid. Zij voeren ook het noodzakelijke herstel voor ons uit. Dit doen ze volgens de SCIOS-certificatieregelingen Scope 8, Scope 10 en Scope 12. De SCIOS Scope 8-keuring is gericht op de elektrische veiligheid. De SCIOS Scope 10-keuring beoordeelt het elektrotechnisch materieel op brandrisico. De SCIOS Scope 12-keuring is specifiek gericht op de brandveiligheid en de elektrische veiligheid van de zonnepanelen.

Legionellabeheersing
Waterinstallaties inspecteren en herstellen we volgens NEN 1006. Het Drinkwaterbesluit en de ‘Regeling legionellapreventie in drinkwater en warm tapwater’ noemen 2 soorten installaties: prioritaire en niet-prioritaire. De gemeente voert beheersmaatregelen uit voor de legionellapreventie. Dit is een contract waarin (prioritaire en niet-prioritaire) gebouwen zijn opgenomen. Concreet gaat het om de verplichte jaarlijkse legionellabeheersmaatregelen, het controleren van terugstroombeveiligingen en het controleren en registreren van koudwatertemperaturen en boilertemperaturen.

Brandveiligheid
Brandveiligheid verdient continu aandacht. Tijdens het regulier onderhoud en beheer worden de gebouwen getoetst aan de eisen van brandveiligheid. De installaties voor brandveiligheid worden jaarlijks onderhouden en gekeurd.

Dakveiligheid
Op platte daken worden steeds meer installaties geplaatst die veilig onderhouden moeten kunnen worden. Wij zorgen er als vastgoedeigenaar en opdrachtgever voor dat iedereen veilig kan werken op onze daken. De aanwezige dakveiligheidsvoorzieningen worden jaarlijks onderhouden. Waar nodig brengen we extra veiligheidsvoorzieningen aan.

Toegankelijkheid
Openbare gebouwen in eigendom van de gemeente moeten toegankelijk zijn voor elke inwoner. Volgens de ‘Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte’ moeten we naar gelang de behoefte en in redelijkheid doeltreffende aanpassingen uitvoeren. In 2024 is de toegankelijkheid van 54 gebouwen onderzocht en zijn we gestart met de voorbereidingen voor de meest urgente maatregelen. Deze aanpassingen zijn naar verwachting in 2025 klaar.

Duurzaamheid
Breda wil in 2044 een energieneutrale gemeente zijn. Een speerpunt in die ambitie is de verduurzaming van alle gemeentelijke gebouwen. Hiervoor hebben we de volgende doelen vastgesteld:

  • We maken in 2020 gemiddeld 2 labelstappen voor het totale gebouwenbestand.
  • We bereiken in 2030 een gemiddeld label A (energie-index < 1,05) voor het totale gebouwenbestand.
  • Alle gebouwen zijn in 2044 gemiddeld energieneutraal.

Voor een groot deel van onze gebouwen kunnen we bovenstaande doelen halen en 40% energie besparen via rendabele investeringen en de inzet van onderhoudsmiddelen op de korte termijn. Voor accommodaties die in de verkoop staan, of waarvan de toekomst onzeker is, investeren we alleen in duurzaamheid als dat verplicht is op basis van wet- en regelgeving.

Bedragen x € 1.000
Vastgoedbeheer Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatie (klein onderhoud) 3.465 3.307 3.349 3.349 3.349 3.349
Kapitaallasten vastgoed 8.180 9.008 8.930 8.893 8.612 8.418
Dotatie onderhoudsvoorziening 5.442 5.543 5.715 5.715 5.715 5.715
Totaal exploitatie 17.087 17.858 17.994 17.957 17.676 17.482
Strategisch investeringsplan
Vastgoedbeheer 4.055 3.283 1.450 900 3.158
Vastgoedbeheer, sportaccommodaties 400 275
Sporthal de Doelen Princenhage 100 650 600 650 10.000
MFA Bavel 2.380 1.530 9.156 6.425 334
Herhuisvesting uitvoeringslocaties 290 449
Talentcentrum 623

Beleidskaders

  • Visie op Vastgoed (februari 2017)
  • Robuuste aanpak verduurzaming van de Bredase vastgoedportefeuille
  • Nota Sportaccommodaties en Financiën
  • Nota Bewegingsruimte
  • Team Breda Uitvoeringsprogramma 2017-2022

Kerncijfers 

Aantal m2 bvo Aantal objecten
Afvalservice 6.147 20
Voormalig ATEA 22.173 5
Bibliotheken/Nieuwe Veste 12.767 5
Binnensport 31.991 25
Brandweer 9.394 5
Buitensport 7.136 35
Cultureel erfgoed 2.950 6
Cultuur (museum, theater, atelierruimten 12.012 7
Diversen 37.290 29
Kinderopvang 2.664 5
Maatschappelijke opvang 6.618 3
MFA's/Bredescholen 25.784 6
Onderwijs/educatief overig 2.728 9
Stadskantoren/gemeentehuis 28.603 3
Uitvoering (District)sposten 7.632 7
Wijkcentra 8.358 13
Wijkzaken (Speeltuinen/zwemplassen) 340 12
Zwembad/ijsbaan 25.514 8
250.101 203

Beheer en onderhoud voertuigen

Terug naar navigatie - Beheer en onderhoud voertuigen

De voertuigen die we aanschaffen, zijn zo duurzaam mogelijk. Elektrische varianten en andere technieken zijn echter nog niet voor alle werkzaamheden beschikbaar of er is nog geen budget voor de meerkosten. We stappen over zodra dit technisch en financieel mogelijk is en de huidige voertuigen zijn afgeschreven. Tot die tijd gebruiken we voor die werkzaamheden de meest milieuvriendelijke diesels.

Eind 2019 hebben we het convenant ‘Duurzame voertuigen en brandstoffen in de reinigingsbranche’ ondertekend. Daarmee committeren we ons aan de aanschaf van emissievrije reinigingsvoertuigen vanaf 1 januari 2030 (of waar mogelijk eerder). Dit convenant heeft betrekking op al onze reinigingsvoertuigen, zoals inzamelvoertuigen, veegmachines en afvalbakkenwagens.

Het gemeentelijke wagenpark bestaat uit:

  • 44 afvalinzamelwagens, waarvan 37 perswagens, 6 kraan/perswagens en 1 waswagen hoogbouw. Daarvan rijden er 2 op waterstof, 1 volledig elektrisch, 17 op diesel met een elektrische opbouw en 24 volledig op diesel.
  • 10 haakarm-kraanwagens en 6 haakwagens, volledig op diesel
  • 3 lichte vrachtwagens, volledig op diesel
  • 5 zware aanhangwagens
  • 14 inhuurvoertuigen, volledig op diesel
  • 169 bedrijfswagens, waarvan 38 op elektriciteit, 20 op benzine, 109 op diesel en 2 hybride
  • 52 rijdende machines, volledig op diesel
  • 85 items voor de winterdienst
  • 3 hybride voertuigen onder leasecontract

Daarnaast gebruiken we zo'n 5000 andere items (zoals boormachines, bladblazers, ladders, verlengsnoeren, meters, aggregaten en kettingzagen).

De indeling naar aandrijving van de wagens is als volgt:

  • 2 waterstofvoertuigen
  • 38 volledig elektrische voertuigen
  • 198 voertuigen op diesel
  • 4 vol hybride voertuigen (en 3 lease hybride)
  • 19 dieselvrachtwagens met elektrische opbouw
  • 20 benzinevoertuigen

Onderhoud
Jaarlijks voeren we een onderhoudsprogramma uit aan de hand van de technische staat van de voertuigen. Een achterstand in de vervangingsinvesteringen leidt ertoe dat het moelijker is om onze voertuigen tegen acceptabele kosten te laten rijden. Dit komt onder meer door hogere onderhouds- en reparatiekosten. 

Vervanging
De vervanging van alle tractiemiddelen is vastgelegd in een vervangingsplan. Daarbij willen we blijven voldoen aan de normen voor luchtkwaliteit en de landelijke milieu-eisen. Op het moment van afroep kijken we onder andere naar de beschikbaarheid en toepasbaarheid van hybride, low-emissie en elektrische voertuigen en houden we rekening met de duurzaamheidscriteria van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Ook handelen we naar de ambities van het convenant ‘Duurzame voertuigen en brandstoffen in de reinigingsbranche’. 

Financiën
De nieuwwaarde van het totale wagen- en machinepark is zo’n € 33 miljoen. De afschrijvingsperiode is gemiddeld 9 jaar. Voor de jaarlijkse vaste kosten voor onderhoud, brandstof, afschrijving, rente en verzekering is zo’n € 7,8 miljoen opgenomen in de begroting.

De afgelopen jaren is er sprake van een structureel tekort. Dat komt vooral door prijsstijgingen, extra inhuur, onderhoud en investeringen. Dit betekent een extra kostenpost voor een aantal afdelingen: Beheer openbare ruimte, Werk, Vastgoedbeheer, Servicecentrum, en Veiligheid en Leefomgeving.

Bedragen x € 1.000
Wagenpark Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Exploitatie 6.082 5.796 5.789 5.789 5.789 5.789
Kapitaallasten Voertuigen 1.983 2.032 2.031 2.039 2.032 2.032
Totaal exploitatie 8.065 7.828 7.820 7.828 7.821 7.821
Strategisch investeringsplan
Wagenpark 4.539 12.724 6.464 5.970 3.317