Breda wil in 2044 een CO2-neutrale stad zijn. Dat betekent geen CO2-uitstoot (geen uitstoot van koolstofdioxide) bij alle activiteiten in de stad. Dit beleid is gemaakt in 2008. Sindsdien werken we hard aan de realisatie van dit doel. De grote doelstellingen betreffen de hele stad zoals particulieren, bedrijven en instellingen.
De doelstelling gaat uit van 50 % minder energiegebruik en het duurzaam opwekken van het resterend energiegebruik. De opwekking zal ook deels van buiten de stad moeten komen. Breda heeft zelf onvoldoende ruimte hiervoor.
We hebben in beeld wie er verantwoordelijk is voor de CO2-uitstoot in Breda. We weten welk effect voorgenomen acties en maatregelen hebben op minder CO2-uitstoot. Daarnaast weten we wat de kosten zijn om die maatregelen uit te laten voeren. Dat noemen we de Klimaatbegroting. De Klimaatbegroting is opgesteld langs de thema’s van het Uitvoeringprogramma Klimaat (UPK) Breda. Per thema is de hoeveelheid CO2-uitstoot berekend. Het meeste komt door bebouwde omgevingen en verkeer en vervoer.
De totale CO2-uitstoot in Breda daalt tussen 2010 en 2017 gemiddeld met 17,8 kiloton per jaar. Sinds 2017 is de CO2-uitstoot in Breda weer onder die uit het referentiejaar 1990. Om de doelstelling van 49% minder CO2 in 2030 te halen, ten opzichte van 1990, had de daling gelijk moeten zijn aan 28,2 kiloton per jaar. In 2010–2017 is een achterstand ontstaan van 74 kiloton. Dat is ook de conclusie uit het Rekenkamerrapport. Die achterstand moeten we de komende periode inhalen. Daarvoor moet de CO2-afname toenemen van 17,8 tot 34,9 kiloton per jaar. In 2018– 2020 is de reductie van de CO2-uitstoot nog niet op het gewenste niveau. De schatting is gemiddeld 28,5 kiloton per jaar over 2018–2020. Tot 2030 moet we het verschil van 18 kiloton ook inhalen. Dat betekent dat de CO2-reductie tot 2030 gemiddeld gelijk moet zijn aan 36,4 kiloton per jaar.
Om in 2030 27% duurzame energie in de energievoorziening te verkrijgen dient jaarlijks de hoeveelheid opgewekte duurzame energie toe te nemen. Het huidige energiegebruik is gelijk aan 10.689 TeraJoule (TJ) per jaar. Daarvan vullen we 502 TJ in. Het energiegebruik in 2030 is gelijk aan 5.451 TJ. Daarvan moeten we 27% duurzaam invullen. Dat is in totaal 1.471 TJ duurzame energie. De komende 10 jaren moet de hoeveelheid duurzame energie dus met ongeveer 150 TJ per jaar toenemen.
Met de nu bekende maatregelen komt de uitstoot in 2030 naar verwachting 49% lager uit dan in 1990. De bandbreedte (maximale verschil tussen hoogste en laatste verwachting) ligt tussen -5% en +5%. Dit is afhankelijk van de mate waarin we de maatregelen volledig en succesvol uitvoeren. We houden jaarlijks bij wat de voortgang is op de doelstellingen en of we de verwachtingen halen. Op basis daarvan komen we ook elk jaar met nieuwe of aangepaste maatregelen. Voor het realiseren van deze doelen werken we samen met partners in de stad. Hiervoor zijn projecten gebundeld in het Uitvoeringsprogramma Klimaat (UPK) die we hierin deels financieel ondersteunen.
Energiemaatregelen kosten geld, maar leveren ook wat op voor de eindgebruikers. De Gemeente Breda verstrekt leningen met een lage rente via Klimaatfonds Breda. Dit doen we voor klimaatprojecten die via gewone banken niet financierbaar zijn. De realisatie van de windmolens op bedrijventerrein Hazeldonk in 2009, heeft bijgedragen aan Klimaatfonds Breda via de jaarlijkse inkomsten (pachtvergoeding). Van deze gelden wordt nu deels gebruik gemaakt, jaarlijks een oplopend bedrag. De afgelopen jaren is een reserve opgebouwd. In het kader van de klimaatbegroting leggen we de optie voor om een deel van de reserve eenmalig in te zetten voor het UPK 2021.
Naast de Bredase aanpak hebben ontwikkelingen invloed op het klimaatbeleid van de gemeente. De 3 belangrijkste zijn:
- het klimaatakkoord
- besluit omtrent sluiting kolencentrales
- besluit omtrent beëindiging gaswinning in Groningen.
Deze ontwikkelingen hebben invloed op de activiteiten van de Gemeente Breda. Het kolenbesluit de Amercentrale zorgt voor verwarming van een aanzienlijk deel van de stad. Daarbij komt de realisatie van extra aansluitingen voor het aardgasvrij maken van de stad. We zoeken actief naar andere mogelijke bronnen. Tot die tijd stoken we de centrale door houtchips.
Er liggen taken vanuit landelijke programma’s zoals de regionale energiestrategie en aardgasvrije wijken. De gemeente staat daarbij voorop als regisseur. Langs deze weg werken we aan de transitievisie warmte die aangeeft welke andere duurzame bronnen voor welke wijken in de stad mogelijk zijn als vervanging van aardgas. De doelen en aanpak uit de regionale energiestrategie vertalen we naar een aandeel voor de Gemeente Breda.
Het Klimaatakkoord gaat uit van 49% CO2-reductie in 2030 en 95% in 2050, beide ten opzichte van 1990. Uit het Klimaatakkoord komen programma’s en acties om doelen te realiseren.
Daarnaast is een doelstelling voor het aandeel van hernieuwbare energie (energie uit natuurlijke bronnen zoals wind) van het totale energiegebruik opgenomen van 27% in 2030. Voor duurzame elektriciteit is het doel een aandeel van 70% in 2030. Landelijk bedraagt de opgave duurzame elektriciteit 84 TWh (Terrawattuur) en is onderverdeeld in 49 TWh wind op zee en 35 TWh op land. De regionale opgave voor duurzame elektriciteit is 1,8 TWh. Dit is een opgave op grond van het energieverbruik in de regio (5% van het landelijke gebruik).
Breda heeft in dit kader een opgave van 113 GWh (GigaWattuur) zon op dak. In de RES (Regionale Energiestrategie) zijn projecten geïnventariseerd waarmee het regionaal bod aan het Rijk 2 TWh bedraagt.
De circulaire (hergebruik) economie krijgt een steeds belangrijkere rol als één van de macro-transitie opgaven. Nederland heeft als doel een circulaire economie in 2050. Dat moet omdat de beschikbaarheid van grondstoffen steeds meer tegen grenzen aanloopt. Earth Overshoot Day, de dag dat grondstoffen die de aarde blijvend kan bieden op is, ligt steeds vroeger in het jaar. Alleen een circulaire economie is toekomstbestendig. Deze toenemende erkenning is er ook binnen de verschillende overheden. Daarom is het belangrijk om dit binnen het uitvoeringsprogramma klimaat op te nemen.
Op dit moment oriënteert de gemeente zich op hoe we circulaire economie de komende jaren verder vorm kunnen geven binnen deze opgave. Eén van de uitgangspunten is om waar mogelijk, de opgave te verweven in bestaande beleidsdoelen. De circulaire economie raakt elk beleidsveld, ook die van de klimaatopgave