Drie jaar geleden gaven we met Lef en Liefde richting aan Breda. Die richting staat bol van lef dankzij onze ambitieuze plannen. Tegelijkertijd is zij onlosmakelijk verbonden met onze liefde voor de stad, haar dorpen en vooral haar inwoners. Samen met de stad hebben we het fundament versterkt en zijn we daarop aan het bouwen in de geest van het Verhaal van Breda. De afgelopen drie jaar brengt Breda het letterlijk samen. Samen zetten we ons in voor een grenzeloze, groene en gastvrije stad. Dat is ons, ondanks de coronacrisis, goed gelukt en daar plukken de stad en haar dorpen nu de vruchten van. We maken af waar we aan begonnen zijn.
Ook in het laatste jaar van deze bestuursperiode zetten we de schouders eronder. Dat is nodig nu Breda met ups en downs weer opkrabbelt na de coronacrisis. We slaan piketpalen die Breda ook in de toekomst verder vooruit helpen. Als het even kan verder dan vóór de crisis. Hierin zijn we flexibel. We bewegen, net zoals de afgelopen tijd, mee met de actualiteit. In deze begroting maken we keuzes die zorgen voor een gezonde boekhouding voor de komende jaren. Zo kunnen we de stad met een gerust hart overdragen aan het nieuwe stadsbestuur, dat in de volgende bestuursperiode ook de ruimte heeft voor eigen inzichten en ideeën. Het afgelopen jaar hebben we intern orde op zaken gesteld en deze lijn trekken we ook door in deze begroting. Verschillende punten die voorheen incidenteel of niet geborgd waren, passen we structureel in. Denk aan de borging van de Omgevingswet. Zo zorgen we voor een robuuste begroting en een toekomstbestendige organisatie.
In 2022 willen we ons extra inzetten voor diverse thema’s in de samenleving. Het is zowat onmogelijk om een plek te vinden op de Bredase woningmarkt of om een nieuwe woning te vinden als je wilt doorgroeien. Op verschillende plekken staan de verkeersveiligheid en bereikbaarheid onder druk. Vier op de vijf Bredanaars maken zich zorgen over de groeiende tweedeling. En onder meer onze Bredase jeugd en jongeren hebben last van de impact die de lockdowns op hun sociale leven hebben gehad. Verschillende ondernemers zijn door corona op forse achterstand gezet en we gaan nog merken welke effecten dit heeft op bijvoorbeeld onze binnenstad en de werkgelegenheid. We moeten dus de mouwen opstropen en blijven samenwerken met bedrijven en organisaties. Dat doen we structureel en rondom actuele ontwikkelingen. Daarbij blijven we onverminderd keuzes maken waarbij we zoeken naar cofinanciering. We matchen geld vanuit het Rijk voor extra ventilatie in het primair en voortgezet onderwijs en voor transformaties in de binnenstad. Daarnaast stellen we een infrafonds in voor de grote mobiliteitsopgave van de noordelijke rondweg.
We willen een stad zijn waarin inwoners, bedrijven en maatschappelijke organisaties voelen dat we naast hen staan en samen zoeken naar oplossingen, onze dienstverlening verbeteren en initiatieven van inwoners verder helpen. De komende jaren willen we bijvoorbeeld samen met Bavel kijken naar alle ontwikkelingen die op het dorp afkomen. We maken extra capaciteit en middelen vrij om dat goed te kunnen doen. In Verbeter Breda leggen we in 2022 de eerste verbindingen tussen onze gebiedsontwikkelingen en de bestaande opgaven in aandachtswijken. In deze stadsbrede opgaven gaat een deel van de aandacht uit naar werk en wijkeconomie, en in het bijzonder naar de jeugd in bepaalde wijken. Vooruitlopend op deze besluitvorming hebben wij in deze begroting middelen gereserveerd voor de programmatische aanpak. Daarnaast zorgen de bijdragen uit het Volkshuisvestingenfonds ervoor dat we 1500 woningen in Doornbos Linie en de Hoge Vucht kunnen verduurzamen. De energietransitie is een grote opgave waar we de komende jaren samen met de stad hard aan moeten werken.
In een grenzeloze stad kan iedereen werken en zorgen we ervoor dat werken loont. Ondernemers zorgen voor een bruisende economie en verdienen daarom onze aandacht. Datzelfde geldt voor onze cultuursector, die in 2021 een zware tik heeft gekregen. De effecten van de coronacrisis beginnen zich langzaam maar zeker af te tekenen en de Bredase economie heeft zich goed staande gehouden, mede door de inzet van lokale en landelijke steunpakketten. De werkloosheid loopt over bijna de hele breedte terug en veel sectoren zitten te springen om meer personeel. Tegelijkertijd is de mismatch op de arbeidsmarkt nog nooit zo groot geweest. Dat merken we in de stad, waar de vraag naar goed personeel in bepaalde sectoren hoog is. Maar ook binnen de gemeentelijke organisatie zorgt de arbeidsmarkt voor uitdagingen. In 2022 hebben we oog voor de ontwikkelingen binnen de zorg, de horeca, de evenementenbranche en ook onze cultuursector met haar creatieve makers. We blijven solidair met deze zwaar geraakte groepen binnen onze lokale economie. Tegelijkertijd grijpen we de kansen die door corona in een stroomversnelling zijn geraakt. Digitalisering heeft tijdens de coronacrisis een hoge vlucht genomen en zal de komende jaren een nog grotere rol gaan vervullen. Dat vraagt de komende tijd nog meer van onze digitale infrastructuur. Daarom sluiten we Breda aan op de BrabantRing en onderzoeken we slimme oplossingen die ons helpen bij de opgaven in de zorg.
Breda is hard op weg om de eerste nationale stad in een park te worden. Vergroening en duurzaamheid zijn onlosmakelijk verbonden met onze gebiedsontwikkelingen. Daarin zetten we in op voldoende betaalbare woningen voor de juiste doelgroepen én op toekomstbestendige woningen. De eerste plannen hiervoor komen in 2022 tot uiting. We zetten stappen om minder CO2 uit te stoten en faciliteren de aanleg van e-laadpalen. Daarnaast gaat de schop de grond in: we starten met het doortrekken van de Nieuwe Mark en zetten de eerste stappen met onze vergroeningsplannen uit het ‘Groen Kompas’, dat we in juni hebben gepresenteerd. Ook gaan we door met het versneld oppakken van zaken in de openbare ruimte en zetten we een stap in het aanplanten van nieuwe bomen. We geven voorrang aan projecten en initiatieven die bijdragen aan meer gezondheid, gezond leven en bewegen.
In een gastvrije stad is iedereen welkom en zetten we een stapje extra voor mensen die moeite hebben om mee te doen. We hebben oog voor mensen die in armoede leven en de eenzaamheid die veel mensen, jong en oud, ervaren, vooral door corona. Daarom investeren we in onze eenzaamheidsaanpak waarbij we mensen koppelen aan elkaar en aan mooie initiatieven in de stad. Ook zijn we trots op de ontmoetingen die we de afgelopen tijd, ondanks alle maatregelen, hebben gefaciliteerd door de programma’s SummerVibes en WinterChills, Winterlicht en ook nu weer met Breda Buiten. Dat ging niet vanzelf; we moesten steeds snel op- en afschakelen binnen de mogelijkheden van dat moment. In 2022 trekken we deze aanpak voor het eerste kwartaal van het jaar door.
De Wmo heeft in de kaderbrief extra aandacht gekregen. We gaan zorgen voor extra wooneenheden voor mensen die vanuit beschermd wonen en dakloosheid door kunnen stromen naar een eigen woning. Datzelfde doen we voor jongeren die op 18-jarige leeftijd nu vaak in dure Wmo-zorg terechtkomen. Door ook voor hen passende voorzieningen te treffen, bereiden we hen beter voor op de volgende fase in hun leven. Dat doen we bijvoorbeeld door de jeugdhulp met één of twee jaar te verlengen. Dit levert ons op de lange termijn grote voordelen op: betere begeleiding, tijd en geld. Ondertussen breiden we in 2022 de werkwijze ‘Beweging naar de Voorkant’ uit naar de hele stad. Daarmee hebben we een inhoudelijk bestendige, gezonde en (financieel) duurzame manier van werken om hulpvragen uit de stad op te pakken. We zijn trots op de resultaten van het cliënttevredenheidsonderzoek. Daaruit blijkt dat vier op de vijf cliënten heel tevreden zijn. In 2022 wordt duidelijk of het abonnementstarief wordt afgeschaft. Dan zien we ook of de forse extra instroom door corona weer wegebt. 2022 is daarom een beslissend jaar voor inzicht in de sturingsmogelijkheden, passend budget en interventies die voor 2023 en verder mogelijk nodig zijn om de Wmo goed uit te kunnen voeren.
Het Rijk heeft de gemeenten extra geld gegeven voor jeugdhulp. Dat gebeurde na lang aandringen en een arbitragezaak. Het is nu nog onduidelijk of we dit geld structureel krijgen, maar de eerste beweging is er. Dit geld zetten we in om reëel te budgetteren en het systeem te verbeteren. Daarnaast leggen we met het extra geld de verbinding met de Wmo, onderwijs en veiligheid – juist omdat we een brede, integrale hervormingsagenda willen maken vanuit de volle breedte van het sociale domein. We doen dit ook om onze financiële kwetsbaarheid in de toekomst te verkleinen.
Tot slot willen we nogmaals benadrukken dat we op veel thema’s actief blijven lobbyen richting het Rijk. Lobbyen werkt om aanvullende middelen te krijgen. We zien daarnaast dat Breda steeds vaker vooroploopt in rijksprogramma’s en nationale beleidsvorming. Dit doen we steeds vaker samen met Tilburg. De komende jaren houden we deze lijn vast en trekken we samen op naar Brussel en het Rijk. Die laatste zien we op bepaalde onderdelen echt als onze partner om onze gezamenlijke ambities te halen. Samen met de G40 en de VNG doen we er alles aan om de gemeenten in positie te houden en te zorgen dat zij er voor hun inwoners kunnen zijn. Heel concreet maken wij ons hard voor een passend budget. Voor ons is het helder: eenmalige tegemoetkomingen (zoals voor de jeugd) moeten structureel worden, anders blijft het een doekje voor het bloeden. De meerdere malen uitgestelde herverdeling van het gemeentefonds houdt gemeenten financieel gegijzeld. We krijgen er als gemeente telkens taken bij, maar ontvangen structureel te weinig geld om deze goed uit te kunnen voeren. Dat moet veranderen!
Dit is de laatste begroting die we ondertekenen met Lef en Liefde. Lef om de kers op de taart te zetten in het laatste jaar van dit bestuursakkoord. En met liefde, voor onze stad en haar dorpen en voor onze inwoners, die het met elkaar iedere dag weer samenbrengen in Breda. Want alleen samen kunnen we het!
Inleiding
Inleiding Bredase Begroting 2022
Wat betekent deze begroting voor de Bredanaar?
Terug naar navigatie - Wat betekent deze begroting voor de Bredanaar?Een Bredanaar betaalt in 2022 aan woonlastenheffingen:
- De onroerende zaakbelasting daalt zoals afgesproken me 1%. Bredanaars met een eigen huis met een WOZ-waarde van € 240.000 gaan hierdoor bij benadering per jaar € 174 betalen.
- De afvalstoffenheffing wordt voor een eenpersoonshuishouden € 239,40 en voor een meerpersoonshuishouden € 354,48.
- De rioolheffing bedraagt € 230,40 voor waterverbruik tot 500m3.
De totale gemiddelde woonlasten voor een meerpersoonshuishouden stijgen in 2022 met 1,31% ten opzichte van 2021. Voor een eenpersoonshuishouden stijgen de gemiddelde woonlasten met 1,29% ten opzichte van 2021. Voor een nadere toelichting op de ontwikkeling van de woonlasten verwijzen we naar de paragraaf lokale heffingen.
Hoe zien onze inkomsten en uitgaven eruit?
Terug naar navigatie - Hoe zien onze inkomsten en uitgaven eruit?Bovenstaand overzicht geeft inzage in onze inkomsten. Deze zijn ingedeeld in twee categorieën: inkomsten van het Rijk en de overige inkomsten. De inkomsten van het Rijk zijn de belangrijkste categorie en bestaan uit de algemene uitkering en de specifieke rijksbijdragen (bijvoorbeeld voor bijstandsuitkeringen). De overige inkomsten omvatten de woonlastenheffingen (OZB, rioolheffing, afvalstoffenheffing), parkeerinkomsten, subsidies, huuropbrengsten en overige opbrengsten.
De totale uitgaven bedragen € 722 miljoen. In bovenstaand overzicht is uitgesplitst waaraan we het geld uitgeven. De uitgaven zijn gebaseerd op de geraamde lasten voor de verschillende programma's. De uitgaven betreffen salariskosten, uitkeringen, subsidies, programmatische uitgaven, renten en afschrijvingen en stortingen in reserves en voorzieningen. Een nadere toelichting op de uitgaven is per programma opgenomen.
Hoe ziet onze actuele financiële positie eruit?
Terug naar navigatie - Hoe ziet onze actuele financiële positie eruit?In deze begroting maken we keuzes die zorgen voor een gezonde boekhouding, zowel voor dit jaar als voor de komende jaren, zodat we de stad met een gerust hart kunnen overdragen aan het nieuwe stadsbestuur dat in de volgende bestuursperiode ook de ruimte voelt en heeft voor eigen inzichten en ideeën.
In de begrotingsprogramma's worden de diverse keuzes verder toegelicht. Deze keuzes leiden, samen met de effecten vanuit de diverse circulaires vanuit het rijk, tot het volgende financiële beeld:
Bedragen x € 1 miljoen | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |||
Stand Kaderbrief | 0,40 | 0,82 | 2,37 | 5,59 | ||
Meicirculaire en ontwikkelingen gemeentefonds | 3,36 | 2,28 | 0,75 | 0,57 | ||
Septembercirculaire | 9,15 | 7,04 | 6,63 | 7,46 | ||
Cumulatie aan verwerkte / gemaakte keuzes | -8,22 | -5,54 | -4,94 | -6,24 | ||
Technisch / onvermijdelijk / reeds besloten | -3,91 | -4,04 | -4,45 | -4,51 | ||
Begrotingssaldo | 0,78 | 0,56 | 0,36 | 2,87 | ||
Herverdeling gemeentefonds (voorlopig) | 2,78 | 5,55 | 8,33 | |||
Begrotingssaldo na herverdeling | 0,78 | 3,34 | 5,91 | 11,20 | ||
* Daarnaast wordt in 2022 éénmalig € 3,9 miljoen onttrokken uit de algemene reserve voor de Wmo. | ||||||
Effecten herverdeling gemeentefonds
Per 2023 wordt een herverdeling van de gemeentefondsuitkering ingevoerd. Het voorlopige effect voor Breda komt uit op € 97 per inwoner (ca. € 17,8 miljoen). De herverdeling wordt ingevoerd met een groeimodel van maximaal € 15 per inwoner per jaar en wordt waarschijnlijk gemaximeerd op € 60 per inwoner. Dit zou betekenen dat het uiteindelijke positieve effect voor Breda totaal ca. € 11,1 miljoen zal bedragen in 2026. Na definitieve besluitvorming over het verdeelvoorstel door het nieuwe kabinet zal met de dan bekende gegevens nog een actualisatie van de bedragen plaatsvinden naar 1 januari 2023, het beoogde moment van invoering van de nieuwe verdeling. In bovenstaande tabellen zijn de voorlopige effecten gepresenteerd. De herverdeeleffecten hebben een voorlopig karakter. Daarom zijn ze niet verwerkt in de cijfers, maar gezien de forse impact tonen we de effecten wel in deze begroting.
Waarin gaan we investeren en hoeveel?
Terug naar navigatie - Waarin gaan we investeren en hoeveel?Juist nu is het van groot belang dat we blijven investeren in de stad. Er staat ons veel te doen de komende jaren. We investeren in 2022 voor bijna € 94 miljoen in de stad en tot en met 2025 zelfs bijna € 228 miljoen. Zie voor het volledige overzicht de bijlage 'Strategisch Investeringsplan'.
Bedragen x € 1.000 | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Fasering | Verwachte uitgaven 2022 | Verwachte uitgaven 2023 | Verwachte uitgaven 2024 | Verwachte uitgaven 2025 | Totaal beschikbare middelen | |||
Ambitie | 8.489 | 4.560 | 25.858 | 20.800 | 59.707 | |||
Plan | 16.043 | 18.819 | 18.400 | 53.262 | ||||
Project | 10.165 | 8.686 | 6.460 | 200 | 25.511 | |||
Uitvoering | 59.075 | 29.442 | 1.000 | 89.517 | ||||
Eindtotaal | 93.772 | 61.507 | 51.718 | 21.000 | 227.997 | |||
De totaal beschikbare investeringsmiddelen bestaan uit de gevoteerde kredieten en de investeringen uit het meerjareninvesteringsplan. De reeds gevoteerde kredieten zijn investeringen waarvoor het geld door de gemeenteraad al beschikbaar is gesteld. Hierin zijn onder andere de grote ontwikkelingen zoals het Talentencentrum, Nieuwe Mark, Crossmark, beheer openbare ruimte waaronder riolering, en mobiliteit opgenomen. In het meerjareninvesteringsplan zijn voor het jaar 2022 ook nog nieuwe investeringen gepland. Dit betreft investeringen voor 't Zoet, het inlopen van de achterstand in bomen en investeringen in gemeentelijke accommodaties. Daarnaast zetten we € 0,9 miljoen uit de reserve bovenwijkse voorzieningen in voor daaraan gerelateerde investeringen.
Breda is in beeld om te worden meegenomen bij vele investeringen die op landelijk en provinciaal niveau gedaan worden. Dit biedt kansen om Breda echt door te ontwikkelen. Dit vraagt om ruimte en flexibiliteit in onze investeringsplanning. Daarnaast zien we een aantal zeer grote opgaven op ons afkomen waar wij een duidelijkere reservering voor moeten gaan maken. Bijvoorbeeld de Noordelijke Rondweg. Een volwaardige aanpak loopt al snel en de enkele honderden miljoenen. De huidige systematiek die we hiervoor op dit moment hanteren voldoet niet. Om dit beter vorm te kunnen geven, ontwikkelen we een meer strategische investeringsplanning, mede gebaseerd op de MIRT structuren van het rijk. Zo kunnen we de benodigde investeringen voor bijvoorbeeld een Noordelijke Rondweg beter in beeld brengen en plannen. Nu maken we de eerste stap om in de algemene reserve, bovenop de reeds beschikbare € 9,5 miljoen in de investeringsplanning, € 16,5 miljoen als infrafonds te blokkeren voor de Noordelijke Rondweg. Hiermee geven we meteen uitvoering aan de motie.
Een eerste stap in deze ontwikkeling van een meerjareninvesteringsplanning naar een strategische investeringsplanning is het indelen van investeringen naar de fasen waarin deze zich bevinden. Hierdoor zal beter inzicht ontstaan in de grote financiële opgaven waarvoor wij naast de benodigde cofinanciering ook zelf moeten sparen. Deze spaarmogelijkheden en de relatie met de motie infrastructuurfonds, incl. de blokkering in de algemene reserve van € 16,5 miljoen voor de noordelijke rondweg als structuurfonds, worden later in het ontwikkeltraject van het strategisch investeringsplan (SIP) nader uitgewerkt. In deze begroting vindt u de eerste opzet van het strategisch investeringsplan met de fasering naar ambitie, plan, project en realisatie. De volgende versie van het SIP is in het eerste kwartaal van 2022 gereed.
Hoe ziet ons weerstandsvermogen en ons risicoprofiel eruit?
Terug naar navigatie - Hoe ziet ons weerstandsvermogen en ons risicoprofiel eruit?De ontwikkeling van het weerstandsvermogen geeft inzicht in de mate waarin we in staat zijn om de risico's op te kunnen vangen. Dit wordt bepaald door de verhouding tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en het risicoprofiel. De weerstandscapaciteit is opgebouwd uit de algemene reserve, het positief begrotingssaldo en de post onvoorzien.
Bedragen x € 1 miljoen | ||||
---|---|---|---|---|
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
Totaal beschikbare weerstandscapaciteit | 94,4 | 83,8 | 91,6 | 102,3 |
Risicoprofiel | 54,6 | |||
Totaal beschikbaar weerstandsvermogen | 47,7 |
Risico's kunnen het bereiken van onze doelen belemmeren. Het is daarom nodig de risico's in beeld te hebben en zo goed mogelijk te bepalen. Voor een stabiel financieel beeld reserveren we een deel van ons eigen vermogen (reserves) om financiële risico's op te vangen.
Het risicoprofiel in de jaarrekening 2020 (laatste risico-actualisatie) kende een waarde van € 67,0 miljoen. De in deze begroting geactualiseerde stand van zaken leidt tot een verlaging van het risicoprofiel met € 12,4 miljoen, m.n. door het toewijzen van extra budgetten of het nemen van risicobeperkende maatregelen. Het gaat hier onder meer om het toekennen van extra compensatie door het Rijk en het nemen van maatregelen om tekorten terug te dringen. De belangrijkste wijzigingen zijn als volgt. Bij vastgoedontwikkeling daalt het risicoprofiel met € 0,4 miljoen o.a. door verwachte positieve resultaten in grondexploitaties. In het sociaal domein daalt het risicoprofiel met € 8 miljoen. Het herstel van de economie en de werkgelegenheid verlagen het risico. Ook zijn extra gelden voor de jeugdzorg beschikbaar gekomen. Het risicoprofiel van de verbonden partijen daalt met € 0,6 miljoen en van de bedrijfsvoering met € 0,4 miljoen. Het buffer risico corona daalt met € 8,7 miljoen door de positieve vooruitzichten en door het terug opnemen van de risico's sociaal domein onder het sociaal domein. Het geactualiseerde risicoprofiel komt daarmee uit op € 54,6 miljoen.
Om de risico's van € 54,6 miljoen af te dekken heeft de gemeente in 2025 € 102,3 miljoen beschikbaar. Het weerstandsvermogen is dan € 47,7 miljoen (€ 102,3 miljoen minus € 54,6 miljoen). Dit betekent dat als de risico's zich voordoen, we de beleidsuitvoering kunnen voortzetten. Bij de jaarrekening 2020 bedroeg het weerstandsvermogen € 46,3 miljoen.
Wat is de ontwikkeling van de balansposities?
Terug naar navigatie - Wat is de ontwikkeling van de balansposities?De balans geeft inzicht in de omvang van bezittingen van de gemeente Breda en hoe die bezittingen worden gefinancierd. De ontwikkeling van de reserves en de schuldpositie heeft invloed op de financiële positie van de gemeente. We zetten in op investeringen in de stad. Door deze investeringen nemen onze bezittingen toe. In onze financiële positie zien we dat terug in de stijging van de vaste activa. Alleen in het laatste jaar van de begroting zien we een daling optreden. Dit komt omdat het college nieuwe investeringen in 2025 wil overlaten aan het nieuwe college en daarom geen investeringen heeft begroot in 2025.
Met de toename van de investeringen zie we ook een toename van de vaste schulden. De afname van de vaste schulden in 2025 wordt veroorzaakt door het vooralsnog niet begroten van investeringen in 2025. Wat voor deze ontwikkeling van belang is, is de beoordeling in hoeverre we in staat zijn om aan onze verplichtingen te voldoen. Dit wordt uitgedrukt in het kengetal de netto schuldquote. Deze ontwikkelt zich vanaf 2019 als volgt:
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Gecorrigeerde netto schuldquote | 46,25% | 39,90% | 51,80% | 60,23% | 62,52% | 63,76% | 58,36% |
De bandbreedte voor de netto schuldquote ligt tussen de 0% en 100%. Het laat zien dat we, ook bij de stijging van de schuldpositie in staat zijn om aan onze verplichtingen te voldoen.
Na de daling van de reservepositie in 2021 en 2022 neemt deze vanaf 2023 geleidelijk toe. Inzicht in de omvang van de reserves (eigen vermogen) wordt ook wel geduid in het kengetal solvabiliteit. Deze ontwikkelt zich vanaf 2019 als volgt:
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Solvabiliteitsratio | 17,56% | 18,41% | 14,41% | 13,59% | 14,18% | 15,01% | 16,75% |
Solvabiliteitsratio exclusief doorleningen | 23,00% | 23,84% | 18,21% | 16,84% | 17,39% | 18,21% | 20,33% |
Het kengetal solvabiliteit geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Het geeft de verhouding tussen het eigen vermogen (het totaal van algemene reserves en de bestemmingsreserves) en de totale balansomvang weer. Hoe hoger dit percentage, hoe gunstiger dit is voor de financiële weerbaarheid van de gemeente. De signaleringswaarde ligt op 20%. De solvabiliteit is tot en met 2020 gestegen, waarna we een daling verwachten tot en met 2022. Vanaf 2023 zien we een geleidelijke stijging. De daling de eerste jaren wordt veroorzaakt door de omvang van de in 2021 en 2022 geraamde investeringen. We kiezen voor onze investeringsagenda om de stad niet stil te laten staan om klaar te zijn voor de toekomst. De benodigde investeringen en keuzes maken dat we op koers kunnen blijven om op veel vlakken een significante verbetering te bereiken en aan te kunnen sluiten bij de ruime co-financieringsmogelijkheden die er nu zijn.
Solide financiën
Kengetallen moeten in hun samenhang worden bezien. Het beschikbare weerstandsvermogen laat zien dat we in staat zijn onze risico's op te vangen. Het weerstandsvermogen biedt zelfs ruimte om indien nodig of wenselijk een klein deel van de algemene reserve in te zetten voor andere doelen. De netto-schuldquote laat zien dat we in staat zijn om aan onze verplichtingen te voldoen. Voor de solvabiliteit hebben we aandacht, deze laat vanaf 2023 een stijgende lijn zien. Voorts is er sprake van een structureel sluitende begroting. De combinatie van deze factoren laat zien dat onze financiën solide zijn.