Een toekomstbestendige organisatie
Onder dit thema staan de totale kosten voor sturing en ondersteuning van medewerkers in het primaire proces. Naast overheadkosten van de ambtelijke organisatie (leidinggevenden, teamleiders en secretariële ondersteuning), vallen hieronder ook alle kosten van de volgende organisatieonderdelen:
- Informatie en communicatie
- Financiën, inkoop en juridische zaken
- Organisatie
- Servicecentrum
- Huisvestingskosten niet direct voor het primaire proces (stadskantoor en districtsposten).
De lasten in de begroting 2022 zijn € 1,9 miljoen hoger dan in de begroting 2021. Deze wijziging zit vooral in hogere overheadkosten door een opgenomen indexering voor loon- en prijsontwikkeling van € 1,4 miljoen, daarnaast is in 2022 een extra impuls opgenomen van € 0,5 miljoen voor het verbeterplan rechtmatigheid.
Aan de batenkant stijgen de inkomsten ten opzichte van 2021 met ruim € 0,5 miljoen doordat circa € 0,2 miljoen meer detacheringsinkomsten geraamd zijn, opbrengsten voor WAO-gedifferentieerde premies € 0,2 miljoen hoger zijn en de jaarlijkse afrekening fee Flex West-Brabant ad € 0,1 miljoen in de begroting is opgenomen.
Solide financiën
Het thema Solide financiën betreft de algemene dekkingsmiddelen en de kosten en opbrengsten voor:
- De algemene uitkering;
- Lokale heffingen;
- Onroerendezaakbelasting (OZB);
- Toeristenbelasting;
- Overige algemene dekkingsmiddelen;
- Financieringsfunctie;
- Dividenden en onvoorzien;
- Te betalen vennootschapsbelasting (Vpb).
De lasten in de begroting 2022 zijn nagenoeg gelijk aan de begroting 2021. Wel zijn er op onderdelen mutaties te zien; zo zijn de kosten van de BWB voor de OZB met € 0,4 miljoen gestegen. Ook is de stelpost onvoorzien aangevuld met € 0,2 miljoen (hiermee komt de stelpost weer op het afgesproken niveau van € 1 miljoen) en is de vpb last € 0,1 miljoen hoger geraamd. Daarnaast worden onder dit thema de stelposten opgenomen, dit betreffen bijvoorbeeld het begrotingssaldo en de stelpost kapitaallasten. Deze laten een jaarlijks fluctuerend beeld zien.
De opbrengsten nemen toe met € 11,3 miljoen ten opzichte van de begroting 2021 door:
- Hogere uitkering gemeentefonds van € 11,4 miljoen, dit betreft met name de extra jeugdmiddelen van € 12,5 miljoen voor 2022.
- Hogere opbrengsten uit lokale heffingen zoals OZB als gevolg van areaaluitbreiding en indexering € 0,8 miljoen;
- Lagere opbrengst treasury van € 0,9 miljoen, Voor meer uitleg over het treasury resultaat verwijzen we naar de paragraaf financiering.
Algemene reserve
Ten opzichte van 2021 neemt de storting aan de algemene reserve toe. We voegen rente toe aan onze reserves. In de afgelopen jaren is de rente sterk gedaald, maar is effect van de lagere rentestand aanvullend toegevoegd aan de algemene reserve. In 2021 is ervoor gekozen om deze extra aanvulling niet toe te passen.
De baten nemen met name toe door de onttrekking voor het tekort Wmo als gevolg van de invoering van het abonnementstarief. Daar staat in 2021 de onttrekking voor het lange termijnpakket corona tegenover.
Exploitatiereserve
Via de exploitatiereserve houden we bedragen tijdelijk vast om in volgende jaren in te zetten, zoals budgetoverhevelingen. De baten nemen vooral af door budgetoverhevelingen uit 2020 in 2021.