Paragraaf Financiering

Treasuryfunctie: taken en beleid

Terug naar navigatie - Treasuryfunctie: taken en beleid

De treasuryfunctie, ondergebracht bij de afdeling Financiën, Inkoop en Juridische zaken, houdt zich bezig met financiering, cashmanagement en renterisicobeheer. Daarmee voorzien zij de organisatie van vreemd vermogen tegen zo laag mogelijke kosten en beschermen zij de gemeente tegen ongewenste financiële risico’s. Ons financieringsbeleid schrijft voor dat we bij een normale rentestructuur maximaal gebruikmaken van financieringen met een korte looptijd. Het rentetarief op kortlopende leningen (geldmarkt) is doorgaans veel lager dan bij langlopende leningen (kapitaalmarkt). Daarbij nemen we uiteraard de wettelijke kaders voor renterisicobeheer in acht (kasgeldlimiet en renterisiconorm).

Het renteomslag percentage voor 2023 is 0,75% (het percentage in 2022 was 0,75%). Met het renteomslag percentage worden alle rentelasten toegerekend aan de investeringen. 

Renteverwachtingen

Terug naar navigatie - Renteverwachtingen

in 2022 is de wereldeconomie fors geraakt door de oorlog in Oekraïne en de lockdowns in China als gevolg van coronabesmettingen. De energiemarkten zijn zeer beweeglijk en de stijgende energieprijzen zorgen voor fors oplopende inflatie. In de Verenigde Staten en in Europa loopt daardoor ook de kapitaalmarktrente fors op. De centrale banken in de VS en in Europa zullen de rentetarieven dan ook verder verhogen om de inflatie te beteugelen. De kapitaalmarkt is daar al op vooruitgelopen. In Europa zal de Europese Centrale Bank het waarschijnlijk wat rustiger aandoen met het verhogen van de rente dan in de VS, omdat de staatsschulden van de zuidelijke landen in de afgelopen jaren niet noemenswaardig zijn gedaald. Een forse rentestijging zal voor die landen dan ook een grote impact hebben op de staatsfinanciën.

 In Europa is de kapitaalmarktrente in het 2e kwartaal fors opgelopen waardoor de kapitaalmarktrente niet meer negatief is. De verwachting is dat ook op de geldmarkt de negatieve rente in de loop van 2022 voorbij zal zijn. Voor consumenten betekent dit dat er in 2023 wellicht weer een minimale rente wordt uitbetaald op spaartegoeden. Voor de staatskas wordt het een ander verhaal. De oplopende rente zal voor extra budgettaire problemen zorgen bij overheden, voor het ene land meer dan voor het andere.

De verwachting is dat de ECB de rente in 2022 zal hebben verhoogd met 2 of 3 stappen van 0,5% en dat de rentemarkten zeer beweeglijk zullen zijn. Met de rente kan het in 2023 alle kanten op. De oorlog, een oplaaiende pandemie, het al dan niet kunnen beperken van de inflatie, het teruglopen van de economische groei of het ontstaan van een recessie in Europa, de ontwikkeling van de staatsschulden: het zijn allemaal zaken waarmee de ECB rekening houdt bij haar rentebeleid. 

Bij het opstellen van de begroting van 2023 gaan we uit van een gemiddelde rente van 0% voor benodigde kortlopende geldleningen en +0,5% voor nieuwe langlopende geldleningen.

Financieringsbeleid

Terug naar navigatie - Financieringsbeleid

Een belangrijke variabele binnen ons financieringsbeleid is de toekomstige renteontwikkeling op de geld- en kapitaalmarkt. Daarnaast speelt de spreiding in de vervalkalender van de langlopende schuldportefeuille een bepalende rol. We voorkomen dat te veel schulden op hetzelfde tijdstip vervallen. Daarmee verlagen we het renterisico. In 2023 ramen we een financieringsbehoefte van € 19 miljoen aan langlopende financieringsmiddelen. Daarnaast begroten we € 57 miljoen aan kortlopende financieringsmiddelen.

Financieringsinstrument Geraamd percentage Volume in 2023
Kasgeldleningen (meestal op maandbasis) 0,00% 57.000.000
Kapitaalmarktgeldleningen (op basis van 1 tot 20 jaar) 0,50% 19.000.000

Verstrekte geldleningen en garanties

Terug naar navigatie - Verstrekte geldleningen en garanties

De gemeente heeft een portefeuille van € 151 miljoen aan verstrekte geldleningen (jaarrekening 2021). Hiervan hebben we € 72 miljoen verstrekt aan BreedSaam, € 58 miljoen aan de woningbouwcorporaties en € 13,5 miljoen aan Chassé Theater Beheer NV. De kredietrisico's op deze leningen zijn minimaal. Aan direct verleende garanties hebben we ruim € 95 miljoen uitstaan per 31 december 2021. Bij nagenoeg alle verstrekte garanties hebben we hypothecaire zekerheid.

We hebben verder een achtervangfunctie bij 2 waarborgfondsen: het Waarborgfonds Sociale Woningbouw en het Waarborgfonds Eigen Woningen. Hierbij staan we indirect garant voor leningen die door het waarborgfonds zijn gegarandeerd. De gemeente wordt pas aangesproken als het waarborgfonds niet meer aan haar verplichtingen kan voldoen. De zekerheidsstructuur en de financiële positie van deze waarborgfondsen zijn goed. Daardoor lopen we weinig risico. 

Renterisicobeheer

Terug naar navigatie - Renterisicobeheer

De Wet FIDO (Financiering Decentrale Overheden) stelt eisen aan het maximale renterisico dat een gemeente in 1 jaar mag lopen. Deze eisen komen terug in de kasgeldlimiet (voor leningen met een looptijd tot 1 jaar) en de renterisiconorm (voor leningen met een looptijd vanaf 1 jaar). Deze normen bepalen de speelruimte om verantwoord en goedkoop te financieren. Beide normen zijn gerelateerd aan de omvang van de begroting.

Kasgeldlimiet

Terug naar navigatie - Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet is 8,5% van de totale begroting. Een gemeente mag tot deze limiet met kortlopende geldleningen gefinancierd zijn. Het beleid om bij een normale rentestructuur maximaal kortlopend te financieren, bracht de laatste jaren veel (eenmalig) voordeel. De rente op de geldmarkt was extreem laag, maar zal komend jaar stijgen. Ook voor 2023 streven we naar maximale benutting van de kasgeldlimiet. Bij de begroting 2023 houden we rekening met een rente van 0% voor kortlopende leningen en een bedrag van € 57 miljoen om aan te trekken. Als de kortlopende rente 1% stijgt, dan betekent dit een renterisico in de begroting van € 570.000.

Renterisiconorm

Terug naar navigatie - Renterisiconorm

De renterisiconorm is 20% van de totale begroting. Van de langlopende schulden mag maximaal dat bedrag aan een renteherziening onderhevig zijn. De renterisiconorm zorgt ervoor dat de gemiddelde looptijd van de schuldportefeuille minimaal 5 jaar is. De renterisiconorm spreidt het vervallen van schuld in de tijd en vermindert het renterisico. 
De renterisiconorm wordt de komende jaren niet overschreden. Dit komt vooral door de opbouw van de leningenportefeuille. Ruim 48% daarvan (voor gemeentelijke investeringen) is langlopend gefinancierd met leningen van 40 en 50 jaar. Veelal zijn dit fix-leningen waar niet op wordt afgelost. De jaarlijkse aflossingen zijn daardoor beperkt.

Bij de langlopende schuld die in 2023 opnieuw moet worden gefinancierd (€ 19 miljoen) is het renterisico € 190.000 per procent rentestijging boven het ingezette percentage van 0,5%.

 Renterisiconorm

Bedragen x € 1 miljoen
2023 2024 2025 2026
Begrotingsnormering (raming) 818 832 859 823
Renterisiconorm (20% van de begroting) 164 166 172 165
Aflossing op de vaste schuld 24 31 23 24
Ruimte onder risiconorm 140 135 149 141

Schatkistbankieren

Terug naar navigatie - Schatkistbankieren

Sinds eind 2013 is schatkistbankieren voor decentrale overheden verplicht. Gemeenten hebben een rekening-courant-verhouding met het Rijk en stallen daar hun overtollige middelen. Om het cashmanagement van een gemeente niet te verstoren, heeft het Rijk bepaalde middelen uitgezonderd, zoals het drempelbedrag. Per 1 juli 2021 is de drempelwaarde verhoogd tot 2% van de begroting (tot € 500 miljoen) plus 0,2% van het meerdere. Onze drempelwaarde is in 2023 dus ruim € 10 miljoen bij een begroting van € 818 miljoen. We hebben geen structurele overtollige middelen en gebruiken de rekening-courant-verhouding met het Rijk alleen voor het afstorten van tijdelijke overschotten. Dat gebeurt automatisch als het saldo van de gemeentelijke rekeningenstructuur bij de BNG bank de € 2 miljoen overschrijdt.

Treasuryresultaat

Terug naar navigatie - Treasuryresultaat
Rentelasten en -baten 2023 Rente % Bedrag
Rente vaste schulden: opgenomen geldleningen t.b.v. de gemeente 1,79% 5.997.689
Rente vaste schulden: opgenomen geldleningen t.b.v. de woningbouwcorporaties 3,10% 1.673.334
Rente nieuwe langlopende financiering (2022/2023) 0,50% 196.864
Rente nieuwe kortlopende financiering (2023) 0,00% -
Overige financieringslasten (saldo)
Totaal rentelasten 7.867.888
Externe rentebaten: uitgegeven geldleningen aan de woningbouwcorporaties 3,10% 1.668.973
Externe rentebaten: uitgegeven geldleningen aan overige instellingen 3,36% 2.939.931
Totaal rentebaten 4.608.904
Saldo rentelasten minus -baten 3.258.984
Rentelast over eigen vermogen (reserves) 0,75% 1.077.833
Rentelast over voorzieningen 0,75% 395.153
Saldo rentelasten over eigen vermogen en voorzieningen 1.472.986
Totaal toe te rekenen rentelast 4.731.970
Toe te rekenen aan grondexploitaties 1,16% 447.000
Resteert toe te rekenen aan taakvelden (vaste activa) 0,87% 4.284.968
De toegerekende rente aan taakvelden via renteomslag 0,75% 3.705.698
Resultaat treasury -579.270

Het treasuryresultaat over 2023 ramen we op - € 579.270. Dit resultaat ontstaat doordat het renteomslagpercentage ook dit jaar op 0,75% is vastgesteld. Er wordt minder rente toegerekend aan de taakvelden (de vaste activa) dan de totale rentelast groot is en er resteert dan een tekort.