Met ‘openbare ruimte’ bedoelen we de ruimte in de stad en de dorpen die voor iedereen vrij toegankelijk is. Denk daarbij aan: straten, parken, pleinen, speeltuinen en de singels. In deze openbare ruimte vinden veel dagelijkse activiteiten plaats, zoals verplaatsen van A naar B, ontmoeten, verblijven en recreëren. Het beheer en onderhoud van de openbare ruimte is verdeeld over 6 kapitaalgoederen:
- Wegverhardingen.
- Civieltechnische kunstwerken.
- Openbare verlichting.
- Bomen .
- Waterwegen en -voorzieningen.
- Riolering.*
- Cultuurgroen.**
* Voor riolering hebben we te maken met bijzondere wettelijke eisen en een aparte financiering. Hierover leest u meer in de aparte paragraaf hieronder.
** In de actualisatie van het beleidskader kapitaalgoederen in 2019 is door de gemeenteraad vastgesteld dat de stand van zaken met het cultuurgroen wordt mee-gerapporteerd met de kapitaalgoederen. Het vormt een onderdeel van de openbare ruimte waarvan de gemeenteraad op de hoogte wil worden gehouden. Het is niet vastgesteld als een zelfstandig kapitaalgoed. Met cultuurgroen bedoelen we de plantsoenen en plantvakken in de woonwijken en buurten.
In 2014 heeft de gemeenteraad het Beleidskader kapitaalgoederen van de openbare ruimte vastgesteld. Met dat plan kwam € 20 miljoen beschikbaar om in de periode tot 2021 het achterstallig onderhoud aan de wegverhardingen weg te werken. Ook betekende het plan een financiële impuls om het beheer en onderhoud van alle kapitaalgoederen op peil te houden. Daarnaast reserveren we jaarlijks middelen voor het regulier groot onderhoud. Belangrijk voordeel van deze werkwijze is dat we vanuit de beschikbare middelen toewerken naar planmatig onderhoud, vooruit gepland en geprogrammeerd in periodes van 10 jaar.
In 2018 hebben we het beleidskader geëvalueerd en geactualiseerd. Met het bestuursakkoord Lef en Liefde is vanaf 2018 jaarlijks € 2,1 miljoen extra beschikbaar gekomen voor het beheer en onderhoud van de kapitaalgoederen, vooral voor de wegverhardingen en de civieltechnische kunstwerken. Voor de wegverhardingen was dat nodig om de kwaliteitsdoelstelling voor 2021 te kunnen halen. Het geld voor de civieltechnische kunstwerken besteden we de komende jaren aan onderzoek naar de technische staat daarvan.
In 2021 hebben we het geactualiseerde beleidskader opnieuw geëvalueerd. Daaruit bleek dat het beheer en onderhoud van de openbare ruimte steeds verder achter begon te lopen. Vooral de wegverhardingen, de civieltechnische kunstwerken, de bomen en het cultuurgroen verdienen meer aandacht. De inhoudelijke toelichting hierop volgt per kapitaalgoed hieronder. In het bestuursakkoord ‘Dichtbij doen, samen sterk vooruit’ uit 2022 hebben we ingespeeld op de uitkomsten van de evaluatie en is voor de periode 2022-2024 € 14,5 miljoen beschikbaar gesteld. Daarnaast brengen we in beeld waar we achterstanden moeten inlopen en hoe we het beheer en onderhoud structureel op een hoger niveau kunnen brengen.
Wegverhardingen
De gemeente beheert zo’n 10 miljoen vierkante meter aan wegverhardingen. Deze onderhouden we op een gemiddeld niveau van B min. Tot 2020 lagen we goed op koers om het achterstallige onderhoud aan de wegverhardingen in te lopen vóór 2021. De inspectie van 2020 liet echter een trendbreuk zien in de opwaartse lijn; de achterstanden bleken juist te zijn opgelopen en er kwam ook achterstallig onderhoud aan het licht. Uit een analyse is gebleken dat dit is ontstaan door een samenloop van factoren. Zo hadden we te maken met een aantal extreem droge jaren op rij. Ook legden we de nadruk op asfaltverhardingen. Verder hanteerden we een standaard onderhoudssystematiek die te beperkt rekening bleek te houden met de specifieke omstandigheden in Breda.
In de begroting van 2021 hebben we daarom € 3,2 miljoen beschikbaar gesteld om de achterstand in te lopen. We stellen daar een aanpak voor vast bij de actualisatie van het beleidskader kapitaalgoederen in 2022-2023.
Civieltechnische kunstwerken
In de gemeente Breda staan zo’n 500 civieltechnische kunstwerken, zoals bruggen en viaducten. Die beheren en onderhouden we op onderhoudsniveau C. Het uitgangspunt is dat ze veilig zijn en dat de kwaliteit voldoende is voor snel en comfortabel gebruik. Voor het beheer en onderhoud hebben we begin 2020 een beheerplan vastgesteld. Hierin staat dat we het onderhoud de komende 5 jaar meer risicogestuurd gaan uitvoeren, in plaats van reactief. Zo krijgen we meer grip op de kwaliteit en kunnen we kapitaalvernietiging voorkomen.
Tot en met 2024 onderzoeken we wat de technische staat van de kunstwerken is. We pleiten voor een vervangingsprogramma met landelijke scope voor civieltechnische kunstwerken (bruggen en viaducten) en gaan in gesprek met het Rijk over de benodigde middelen.
Openbare verlichting
Veel van onze 40.000 lantaarnpalen en armaturen zijn aan onderhoud of vervanging toe. Met het regulier onderhoud werken we aan goed werkende openbare verlichting die de (verkeers)veiligheid bevordert. Daarbij werken we ook aan verduurzaming. Energievretende, versleten armaturen vervangen we door ledverlichting. In 2021 hebben we de eerste verduurzamingsslag van zo’n 8.400 armaturen afgerond. Voor de periode 2021-2030 werken we verder aan deze verduurzaming. Vóór 2030 vervangen we de resterende 25.000 armaturen door ledverlichting en vervangen we zo’n 13.500 lichtmasten.
Bomen
Breda heeft ruim 110.000 bomen, die gemiddeld een hoge leeftijd hebben en veelal vervangen moeten worden. Het gemeentelijke bomenplan geeft ons houvast voor de herplant en vervanging van bomen. We maken onderscheid tussen waardevolle bomen, structuurbomen en omgevingsbomen. Het regulier onderhoudsplan (niveau B min) gaat ervan uit dat de bomen zo worden onderhouden dat ze er aantrekkelijk uit blijven zien. Waardevolle bomen, boomgroepen en boomstructuren worden op tijd en doorlopend beheerd en onderhouden én vervangen. Dat wordt echter steeds lastiger: onder andere door de klimaatverandering, die zorgt voor stormen, droogte, ziekte en plagen.
Jaarlijks verdwijnen er tussen de 600 en 900 bomen uit de stad omdat ze niet veilig genoeg meer zijn. Volledige herplant daarvan is momenteel niet mogelijk. Daarom is voor 2023 € 0,7 miljoen uit het Strategisch Investerings Plan (SIP) beschikbaar gesteld om dit te realiseren.
Een ander probleem is wortelopdruk. Dat gebeurt op plaatsen waar bomen te weinig ruimte hebben om te groeien. Met een boomwortelprotocol stellen we prioriteiten en nemen we tijdelijke maatregelen die de boom zo veel mogelijk sparen. Als we het gemeentelijke bomenplan evalueren, maken we meteen de financiële consequenties inzichtelijk voor het wegwerken van de wortelopdruk in de komende jaren.
Waterwegen en watervoorzieningen
Breda heeft ongeveer 290 km waterlopen, 80 km duikers en diverse vijvers, plassen, havens en overige watervoorzieningen zoals watertappunten, bluswatervoorzieningen, grondwatermeetnet en waterspeelplekken. Een ander taakveld hierbinnen is het nautisch beheer, waaronder het scheepvaartverkeer en waterrecreatie op het water vallen. Hiervoor is als basis een strategische visie over het varen in Breda opgesteld.
Deze visie omschrijft naast de ambities tevens de benodigde projecten op de korte en langere termijn. Waterrecreatie wordt hierin parallel opgepakt. Met het vorige bestuursakkoord, het beheerplan waterwegen en watervoorzieningen en het vaststellen van de begroting is budget beschikbaar om het beheer en onderhoud op C-niveau te beheren en onderhouden. Dit betekent dat de waterwegen en watervoorzieningen veilig zijn.
Voor waterwegen geldt vooral dat het water voldoende kan stromen en voldoende diep is om water af te voeren of om in te varen. Beheer-technisch gezien is sprake van een grote achterstand bij het op peil houden van de kwaliteit van kantbeschoeiingen en het baggeren. Deze achterstand kunnen we de aankomende periode inhalen met de beschikbare middelen en het vastgestelde kwaliteitsniveau. In het vastgestelde beheerplan staat de samenhang van het beheer en onderhoud van de waterwegen met waterschap Brabantse Delta. Afgelopen periode is een eerste stap gezet in het preventief / cyclisch beheer en onderhoud. Calamiteiten lossen we nog steeds reactief op.
Cultuurgroen
Voor het cultuurgroen in Breda hanteren we onderhoudsniveau C. Tijdens de evaluatie in 2021 bleek dat een groot deel van het cultuurgroen aan het eind van zijn levenscyclus is. Bij onderhoudsniveau C vindt geen vervanging plaats. Dit is ook opgemerkt in het bestuursakkoord in 2022. Daarin wordt aandacht besteed aan de vervanging en instandhouding van het groen en het verhogen van de kwaliteit daarvan. In 2023 stellen we hiervoor een plan op.