Paragraaf Lokale heffingen

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

De paragraaf lokale heffingen gaat over de verantwoording over het beleid van de heffingen en tarieven in 2020. In deze paragraaf leest u: 

  • De algemene ontwikkelingen;
  • Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen;
  • De gerealiseerde inkomsten per heffing;
  • De ontwikkeling van de gemeentelijke woonlasten;
  • De gerealiseerde mate van kostendekkendheid van tarieven;
  • Informatie over kwijtschelding.

Algemene ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Algemene ontwikkelingen

De gemeenteraad stelde alle tarieven voor het belastingjaar 2020 vast op 19 december 2019.
Op 17 december 2020 stelde de gemeenteraad 3 wijzigingsverordeningen vast voor:

  • Leges;
  • Precario;
  • Markt- en reclamegelden.

Hierin is een specifieke COVID-19 vrijstellingsbepaling  opgenomen. Deze vrijstelling regelt dat er geen belastingheffing plaatsvindt als er van overheidswege geen markten of evenementen mochten plaatsvinden of terrassen niet geëxploiteerd mochten worden.

Beleid lokale heffingen

Terug naar navigatie - Beleid lokale heffingen

In het Bestuursakkoord 2018-2022 Lef en Liefde staan de volgende afspraken over de lokale heffingen:

  • Een voorspelbare ontwikkeling van de lastendruk voor de komende jaren;
  • De onroerendezaakbelasting (OZB) voor woningen daalt tot en met 2022 jaarlijks met 1%, daarna wordt jaarlijks geïndexeerd met 2%;
  • De OZB voor niet-woningen wordt jaarlijks geïndexeerd met 2%;
  • De rioolheffing en de afvalstoffenheffing zijn 100% kostendekkend en worden jaarlijks geïndexeerd met 2%. Hierbij houden we rekening met maatregelen voor klimaatadaptatie bij het rioleringsprogramma en een doorontwikkeling in de uitvoering Van Afval naar Grondstoffen (VANG);
  • De hondenbelasting schaffen we per 1 januari 2020 af;
  • Het uitgangspunt voor de overige lokale heffingen is een indexering van 2%.

De indexering van 2% geldt niet voor bestemmingsbelastingen Reclamebelasting en BIZ. Indexering vindt plaats als dit expliciet is opgenomen in de meerjarige verordening per BIZ of Ondernemersfonds. Ter hoogte van de opgelegde belasting geven we een subsidie om de gezamenlijke doelstellingen te realiseren.

Algemeen:

Naast de algemene belastingen die ten goede komen aan algemene middelen van de gemeente (zoals onroerendezaakbelasting en toeristenbelasting) heft de gemeente ook bestemmingsbelastingen en retributies.

  • Bestemmingsbelastingen zijn belastingen waarvan de opbrengsten zijn bestemd voor specifieke taken of voorzieningen met een duidelijk algemeen belang. Voorbeelden hiervan zijn de rioolheffing en de afvalstoffenheffing. Voor bestemmingsbelastingen geldt dat de gemeente op begrotingsbasis niet meer mag heffen dan de kosten die zij voor de betreffende taak of voorziening maakt.
  • Retributies heffen we van personen aan wie de gemeente een specifieke dienst verleent die voor die persoon een individueel voordeel oplevert. De belangrijkste retributies zijn de leges: vergoedingen voor een bij de gemeente aangevraagde dienst als het aanvragen van een paspoort of een vergunning. Net als bij bestemmingsbelastingen mogen de geraamde retributies niet meer dan kostendekkend zijn.

Gerealiseerde inkomsten

Terug naar navigatie - Gerealiseerde inkomsten

De inkomsten per heffing staan in onderstaande tabel.

Bedragen x € 1.000
Realisatie 2017 Realisatie 2018 Realisatie 2019 Begroting 2020 na wijziging Realisatie 2020 Afwijking
Algemene belastingen
OZB 34.634 35.350 36.086 36.040 36.130 90
Toeristenbelasting 691 638 738 719 275 -444
Parkeerbelasting 14.299 15.442 16.859 15.068 14.567 -501
Hondenbelasting 1.054 1.102 1.209 0 0
Precariobelasting 859 1.137 1.074 851 753 -98
Bestemmingsbelastingen
Rioolheffing 16.116 17.184 19.812 20.053 19.889 -164
Afvalstoffenheffing 19.634 21.296 21.990 22.476 22.236 -240
BIZ-bijdrage 407 376 573 609 604 -5
Reclamebelasting Ondernemersfondsen 348 348 446 446 423 -23
Retributies
Havengelden 84 97 97 75 79 4
Markt- en reclamegelden 201 204 214 201 209 8
Leges 10.858 11.199 8.247 8.274 9.231 957
Totaal 99.185 104.373 107.345 104.812 104.393 -419

In 2020 realiseerden we € 0,4 miljoen minder inkomsten dan begroot. Door de Covid-19 maatregelen realiseerden we voor € 3,1 miljoen minder inkomsten van voornamelijk parkeerbelasting en toeristenbelasting. Daar staat tegenover dat de opbrengst voor naheffing parkeren € 2,1 miljoen hoger is door het inzetten van scanauto’s. We hadden te maken met meer aanvragen omgevingsvergunning voor grote projecten, waardoor we meer inkomsten voor leges realiseerden.

Ten opzichte van 2019 daalden de inkomsten met € 3 miljoen. Dit komt door:

  • Een effect van Covid-19 maatregelen van € 5,1 miljoen op de inkomsten parkeerbelasting, toeristenbelasting en precariobelasting;
  • Per 2020 schaften we de hondenbelasting af, waardoor we de jaarlijkse inkomsten van € 1,2 miljoen niet meer realiseerden;
  • De naheffing parkeren steeg ten opzichte van 2019 met € 2 miljoen door de inzet van de scanauto’s;
  • Ten opzichte van 2019 werd voor € 1 miljoen meer leges ontvangen door meer aanvragen omgevingsvergunning.

Meer toelichting leest u bij de programma’s in dit jaarverslag.

Ontwikkeling gemeentelijke woonlasten

Terug naar navigatie - Ontwikkeling gemeentelijke woonlasten

De gemeentelijke woonlasten bestaan uit de OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing. Om te vergelijken staan de tarieven van 2017 tot en met 2020 in onderstaande tabel. De OZB is een % van de WOZ-waarde.

Tarieven OZB 2017 2018 2019 2020
Eigenaar woning 0,1012% 0,9160% 0,8380% 0,7780%
Eigenaar niet-woning 0,2115% 0,2243% 0,2282% 0,2118%
Gebruik niet-woning 0,1656% 0,1788% 0,1831% 0,1724%
Rioolheffing 2017 2018 2019 2020
Waterverbruik 1- 500 m3 € 202,56 € 212,76 € 217,08 € 221,40
Waterverbruik 501- 1.001 m3 € 222,48 € 233,64 € 238,32 € 243,12
Waterverbruik 1.001- 10.000 m3 € 0,42 per m3 € 0,45 per m3 € 0,46 per m3 € 0,47 per m3
Afvalstoffenheffing 2017 2018 2019 2020
Eenpersoonshuishoudens € 208,56 € 203,28 € 207,36 € 211,56
Meerpersoonshuishoudens € 308,64 € 300,96 € 307,08 € 313,20

Kostendekkendheid tarieven

Terug naar navigatie - Kostendekkendheid tarieven

Voor de bestemmingsbelastingen en retributies rekenen we de volgende kosten toe aan de tarieven:

  • Directe lasten
    Dit zijn kosten voor de activiteiten die in direct verband staan met de geleverde dienst.
  • Overhead
    De kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Deze kosten zijn toerekenbaar aan de tarieven.
    We werken met een uniforme opslag voor overhead. Voor de naheffingsaanslagen parkeren mag wettelijk gezien slechts gerekend worden met een opslagpercentage van 50%.
  • BTW
    Binnen het BTW-Compensatiefonds hebben gemeenten voor bepaalde prestaties recht op compensatie van de aan hen in rekening gebrachte BTW. Toch mag die BTW ook als kostenpost worden aangemerkt en worden doorberekend in de tarieven.

Niet toerekenbare kosten
Dit zijn kosten voor beleidsvoorbereiding en algemene inspraakprocedures, kosten van handhaving, toezicht en controle (behoudens eerste controle) en kosten van bezwaar- en beroepsprocedures.

De daadwerkelijk gerealiseerde kostendekking in 2020 vindt u in onderstaande tabellen.  Meer toelichting leest u bij de programma’s in dit jaarverslag.

Bedragen x € 1.000
Bestemmingsbelastingen Retributies Totaal
Rioolheffing Afvalstoffenheffing Havengelden Markt- en reclamegelden Leges
Directe lasten -/- baten 17.552 19.491 91 362 6.940 44.436
Overhead 1.019 3.471 2 86 2.572 7.150
BTW 1.348 1.807 240 3.395
Totaal lasten 19.919 24.769 93 448 9.752 54.981
Totaal baten heffingen/leges 19.889 22.236 79 209 9.231 51.644
Kostendekkendheid 100% 90% 85% 47% 95% 94%

Specificatie leges

Terug naar navigatie - Specificatie leges
Bedragen x € 1.000
Titel 1 Algemene dienstverlening Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2
Directe lasten -/- baten 1.642 4.014 1.284
Overhead 583 1.346 643
BTW 22 218
Totaal lasten 2.247 5.578 1.927
Totaal baten heffingen/leges 2.120 6.777 334
Kostendekkendheid 94% 121% 17%

Afvalstoffenheffing
Om schommelingen in de kosten en/of opbrengsten op te vangen is binnen het gesloten systeem een voorziening in het leven geroepen die voor- en nadelen verrekent.
In 2018 leidde de onttrekking aan deze voorziening tot een positie van € 0 op 31 december 2018. Daarom komt het negatieve resultaat over 2020 ten laste van de algemene reserve.

Rioolheffing
Om schommelingen in de kosten en/of opbrengsten op te vangen stelden we binnen het gesloten systeem van rioolheffing een voorziening in.
In 2020 stortten we € 1 miljoen in deze voorziening.

Kwijtschelding

Terug naar navigatie - Kwijtschelding

In de Regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen Breda staat wie onder welke voorwaarden in aanmerking komt voor kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. Bij het vaststellen van het kwijtscheldingsbeleid is de gemeenteraad gebonden aan de regels van de Invorderingswet. Gemeenten kunnen op een paar punten afwijken van deze regeling. Zo kunnen gemeenten uitgaan van hogere kosten om te leven dan landelijk is toegestaan. De gemeente Breda heeft de normbedragen voor bestaanskosten gesteld op 100% in plaats van 90%.
Voor belastingbetalers van 65 jaar en ouder zijn in Breda de kosten van bestaan gesteld op 100% van de netto AOW-bedragen in plaats van 100% van de normbedragen voor bestaanskosten. Daarnaast zien we in Breda de bedoelde netto kosten van kinderopvang ook als uitgaven.
De Bredase normen voor kwijtschelding voldoen aan de maximaal toegestane normering. In de belastingenverordeningen is geregeld of er voor de heffing kwijtschelding mogelijk is.