Paragraaf Bedrijfsvoering

Bedrijfsvoering

Terug naar navigatie - Bedrijfsvoering

De bedrijfsvoering van de gemeente gaat over de balans en de kwaliteit van mensen, middelen en processen. We zorgen ervoor dat we voldoende goede mensen en voldoende middelen hebben om ons werk te doen en zorgen dat de processen op orde zijn, zodat we ons werk ook goed doen. Binnen die drie pijlers hebben we in 2022 stappen gezet. Een uitgebreidere beschrijving van de behaalde resultaten vindt u in programma 5 ‘Organisatie en financiën van Breda’. 

Op hoofdlijnen:

  • Voldoende goede mensen kreeg aandacht doordat we ons recruitmentproces opnieuw hebben ingericht en via een strategische personeelsplanning aandacht geven aan de groei en ontwikkeling van onze medewerkers.
  • Voldoende middelen blijft een punt van aandacht, omdat we zo veel ambities willen waarmaken en de kosten zo hard oplopen. Wel konden we dankzij de middelen vanuit het bestuursakkoord de noodzakelijke vakgebieden (zoals gegevensbescherming, communicatie en data) een impuls geven. In 2022 hebben we een definitieve oplossing gevonden voor de taakstelling. Die wordt in 2023 structureel verwerkt.
  • Processen op orde hebben we veel aandacht gegeven vanwege de rechtmatigheid en de digitalisering. 

Een groot deel van onze processen is in meer of mindere mate gedigitaliseerd. Deze lappendeken is voor inwoners en bedrijven verwarrend, niet prettig en kan zelfs onveilig overkomen. Dit proceslandschap maakt het ook moeilijk om effectief en integraal te werken. In 2022 hebben we een veelbelovend begin gemaakt met die uitdaging vanuit kleine pilots voor procesinrichting, de herijkte digitale strategie en een centrale aanpak van onze dienstverlening. Zie ook programma 4 'Basis op Orde in Breda'. 

Rechtmatigheid

Terug naar navigatie - Rechtmatigheid

Over 2020 gaf de accountant een verklaring met beperkingen af. Dat was het startschot om de rechtmatigheid van de processen inhuur, inkoop en subsidies te verbeteren. Hier zijn we 2021 mee begonnen: 

  • We hebben het proces structureel vernieuwd en goed geïmplementeerd.
  • We hebben bekende fouten opgelost.
  • We hebben nog niet bekende fouten opgespoord en opgelost.

In de loop van 2022 konden we vaststellen dat het aantal nieuwe fouten fors was afgenomen. Waar incidenteel nog iets fout gaat, wordt de oorzaak meteen geanalyseerd en gerepareerd. De bekende fouten zijn bijna allemaal opgelost. Een enkele onrechtmatige situatie is zo complex (bijvoorbeeld door de samenhang van meerdere applicaties), dat eerst een toekomstgerichte analyse nodig was voordat we een nieuwe aanbesteding uit konden zetten. Het ontwerp en de implementatie van nieuwe systemen en processen is in de loop van 2022 afgerond. Daarmee is het verbeterplan rechtmatigheid grotendeels gerealiseerd.

Toch zijn we niet klaar: de afgelopen periode heeft ons ook geleerd dat er nog meer nodig is voordat we kunnen spreken van een stabiel en geborgd proces. De ambtelijke organisatie heeft een breed werkpakket en koopt op evenveel gebieden diensten en producten in. We hebben dan ook vastgesteld dat er niet alleen méér maar ook bétere ondersteuning nodig is. In 2022 hebben we daarom het transitieplan Rechtmatigheid opgesteld, dat in februari 2023 aan de gemeenteraad is aangeboden.

Auditfunctie

Terug naar navigatie - Auditfunctie

De auditfunctie is onderdeel van concerncontrol van de gemeente Breda. Op basis van een risico georiënteerd auditplan beoordeelt de auditfunctie jaarlijks de kwaliteit van (financiële) sturing, beheersing en verantwoording van de organisatie. De auditfunctie voldoet aan de minimale eisen van de externe accountant op het gebied van objectiviteit (onafhankelijke positionering in de organisatie en rapportagelijnen), competentie (deskundigheid, opleidingsniveau), systematische gedisciplineerde uitvoering van onderzoeken en interne kwaliteitsbewaking. De externe accountant maakt voor de oordeelsvorming over getrouwheid en rechtmatigheid gebruik van de interne auditwerkzaamheden.

De auditfunctie rapporteert periodiek aan directie en college op basis waarvan kan worden (bij)gestuurd op de kwaliteit van de processen. Daarnaast vormen de auditrapportages, samen met managementrapportages, de basis voor het college voor de aan de gemeenteraad af te leggen proeve van rechtmatigheidsverantwoording over 2022. Dit als voorbereiding op de (wettelijk) verplichte verantwoording vanaf 2023.

Naast de reguliere audits gericht op getrouwheid en rechtmatigheid van de financiële beheershandelingen, heeft de auditfunctie een concernbrede fraude-risicoanalyse uitgevoerd op een zestal kernprocessen (betalingsorganisatie, grondexploitatie, inhuur, inkopen/aanbesteden, verstrekken subsidies en verhuuropbrengsten). In samenwerking met de organisatie zijn voor elk van de processen de risico’s in beeld gebracht en waar nodig actie ingezet om restrisico’s te mitigeren of te aanvaarden. Het in kaart brengen van deze eerste high-level analyse biedt een goede basis voor een verdiepingsslag in de komende jaren.

Rechtmatigheidsverantwoording

Terug naar navigatie - Rechtmatigheidsverantwoording

In deze paragraaf is een proeve van de rechtmatigheidsverantwoording 2022 opgenomen. De rechtmatigheidsverantwoording beoogt bij te dragen aan het debat tussen college en raad over de verantwoording en de kwaliteit van het financiële beheer. Bij het opstellen van deze rechtmatigheidsverantwoording zijn de kaders toegepast zoals ze vanaf 2023 gelden conform kadernota rechtmatigheid en de te actualiseren financiële verordening van de gemeente Breda. We spreken van een proeve, omdat gemeenten nog niet wettelijk verplicht zijn een rechtmatigheidsverantwoording op te nemen. Aanvankelijk zouden gemeenten met ingang van 2021 verplicht zijn tot het opnemen van deze verantwoording. Corona en de kabinetsformatie leidden in het parlement tot een andere prioritering, waardoor behandeling van het betreffende wetsvoorstel werd uitgesteld. De verplichting geldt naar alle waarschijnlijkheid vanaf 2023.

Algemeen
Met de rechtmatigheidsverantwoording legt ons college zelf verantwoording af over de financiële rechtmatigheid in het afgelopen jaar. Daarmee loopt het college vooruit op het oordeel over rechtmatigheid van de accountant. Hun oordeel richt zich, conform nog voorgeschreven wettelijke kaders 2022, op de getrouwheid van de jaarrekening én rechtmatigheid van de baten en lasten, alsmede de balansmutaties. Als gevolg overlapt de controleverklaring van de accountant daardoor gedeeltelijk met hiernavolgende verantwoording.

Verantwoordelijkheid college van burgemeester en wethouders
De baten en lasten alsmede de balansmutaties moeten getrouw in de jaarrekening worden opgenomen. Uit het getrouw opnemen van de baten en lasten alsmede de balansmutaties, blijken een drietal rechtmatigheidscriteria niet expliciet. Dit betreft het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium. Toepassing van deze criteria betekent dat inzicht wordt gegeven in afwijkingen van de lasten ten opzichte van door uw raad goedgekeurde budgetten, inzicht in afwijkingen van de toepassing van wet- en regelgeving (met financiële consequenties) en of financiële afwijkingen die het gevolg zijn van misbruik of oneigenlijk gebruik.

In deze rechtmatigheidsverantwoording licht het college van burgemeester en wethouders toe in hoeverre bij de in de jaarrekening verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties het begrotings-, voorwaarden-, en misbruik- en oneigenlijk gebruik criterium zijn nageleefd. Dit houdt in dat de verantwoorde baten en lasten, alsmede de balansmutaties in overeenstemming zijn met door de raad vastgestelde kaders, zoals de begroting en gemeentelijke verordeningen en met bepalingen in de relevante wet- en regelgeving. Bij de waarderingsgrondslagen in de jaarrekening is het door de raad op 8 december 2022 vastgestelde normenkader van de relevante wet- en regelgeving verder toegelicht.

Deze verantwoording hanteert een grensbedrag, omdat alleen de van belang zijnde aspecten in de verantwoording hoeven te worden betrokken. Deze grens is door de raad bepaald en bedraagt 1 % van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves en is daarmee vastgesteld op € 7,9 miljoen.

Bevindingen 
Het college is van mening dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen met uitzondering van de hierna gerapporteerde afwijkingen. Het totaal aan afwijkingen blijft onder de door de gemeenteraad toegestane grens van 1% oftewel € 7,9 miljoen.

De geconstateerde afwijkingen betreffen:

Bedragen x € 1 miljoen
Onderdeel Criterium Onrechtmatigheden Onduidelijkheden
Programmabegroting Begroting 0,2
Inkoop/aanbesteding Voorwaarden 2,1
Inhuur Derden Voorwaarden 0,2
Kosten Jeugdhulp Voorwaarden 0,2
Kosten Participatie Voorwaarden 0,7
Subsidies Voorwaarden 0,6
Totaalbedrag 2,7 1,3

Hierna worden de afwijkingen verder toegelicht waarbij ook wordt ingegaan op de ondernomen acties om afwijkingen in de toekomst te voorkomen.

Toelichting

Programmabegroting
De begrotingsrechtmatigheid wordt, na actualisatie van de financiële verordening, vanaf 2022 beoordeeld op het niveau waarop de begroting door de raad is geautoriseerd, zijnde programma en thema. Bij investeringsprojecten wordt de begrotingsrechtmatigheid beoordeeld op het niveau van het totaal gevoteerde kredietbedrag. 

Bij de intern uitgevoerde analyse op de begrotingsrechtmatigheid is vastgesteld dat verschillende overschrijdingen reeds zijn vermeld in de bestuursrapportage en daarmee niet leiden tot onrechtmatigheden. Op één thema is een overschrijding geconstateerd, die niet past binnen de in de financiële verordening genoemde uitgangspunten. Het betreft een overschrijding van € 197.000 op thema Vitaal en Sociaal Breda/Totaal Leven. Deze overschrijding kon niet eerder worden voorzien en wordt veroorzaakt door lastenoverschrijding op GROGZ / GGD en gezondheidsbeleid. Dit onder andere vanwege de impact van de CAO 2022 en de hiervoor ontvangen factuur.

Bij investeringsprojecten zijn geen overschrijdingen die niet binnen het totaal gevoteerde kredietbedrag passen. Daarmee zijn er voor 2022 geen onrechtmatigheden op dit onderdeel.

Inkoop/aanbesteding
De geconstateerde onrechtmatigheden bij inkoop/aanbesteding hangen samen met de in 2020 gesignaleerde risico’s op onjuiste aanbestedingen in het verleden. Naar aanleiding van deze risico’s heeft het college, in opdracht van de gemeenteraad, in 2021 het verbeterplan Rechtmatigheid opgesteld. Dit verbeterplan richtte zich enerzijds op het opsporen en herstellen van aanbestedingsfouten uit het verleden en anderzijds op het voorkomen van nieuwe fouten. Over de voortgang en de uitkomsten van dit verbeterplan Rechtmatigheid is periodiek aan de gemeenteraad gerapporteerd.

De organisatie heeft in 2021 en 2022 een behoorlijke inspanning geleverd om alle in het verleden gemaakte aanbestedingsfouten op te sporen en tot een oplossing te komen. Voor het overgrote deel zijn deze aanbestedingsfouten opgelost. Voor 2022 resteert nog een bedrag van € 1,0 miljoen aan onrechtmatige kosten op basis van deze oude dossiers. De onrechtmatigheden betreffen vooral het initieel in het verleden niet Europees aanbesteden van de dossiers en het uitbreiden of verlengen van de initiële opdracht waardoor alsnog de aanbestedingsgrenzen worden overschreden. Om tot een totaaloordeel te komen over de rechtmatigheid van aanbestedingskosten is in 2022 op basis van aanvullende spendanalyse onderzoek gedaan naar inkoop/aanbesteding van de kosten 2022. Op basis van deze controles zijn aanvullend 6 aanbestedingsfouten geconstateerd voor een totaalbedrag van € 1,1 miljoen. 

In 2022 is op basis van het verbeterplan Rechtmatigheid geïnvesteerd in het versterken van de keten van Inkoopbehoefte tot en met Betalen (ITB) om daarmee nieuwe onrechtmatigheden te voorkomen. De inrichting en implementatie van een nieuw systeem voor het registreren van alle inkooporders en de factuurafhandeling vormt een belangrijke beheersmaatregel om in control te komen op dit proces. Andere belangrijke beheersmaatregelen waaraan in 2021 is gewerkt binnen het cyclisch inkoopproces vormen de centrale inkoopfunctie, de inkoopjaarplannen van de organisatieonderdelen, de inkoopordercontrole, de managementinformatie en de interne kwaliteitsbewaking. Daarnaast is ook in 2022 veel aandacht besteed aan verbetering van communicatie en het bewustzijn binnen de organisatie over inkoop/aanbesteding.

Eind 2022 is het verbeterplan rechtmatigheid in de huidige vorm geactualiseerd en afgerond. De (on)bekende fouten zijn opgelost of er wordt gewerkt om de fouten op te lossen. Daarnaast zijn de processen verbeterd. Dat brengt ons nu in een ander vaarwater. We zijn er nog niet, maar bij een nieuwe fase hoort wel een ander plan. Daarom hebben we een transitieplan opgesteld, ook gericht op het proces inkoop. De term verbeterplan is losgelaten omdat het transitieplan gaat over een meer integrale verbetering van onderliggende processen binnen de gehele organisatie. Dat betekent dat we niet alleen kijken naar wat is er nodig binnen de processen (processen, systemen, mensen/capaciteit), maar ook naar wat het vraagt van de organisatie en onze interne klanten.
Want alleen het veranderen van processen is niet voldoende om duurzaam de benodigde verbetering te borgen. Dit vraagt ook om verandering van houding, gedrag en communicatie en kennis die nodig is om de volwassenheid van de gemeente als opdrachtgever te verhogen. Bovendien blijkt dat we de uitvoering op een aantal punten moeten versterken. Na afronding van het plan eind 2023 moeten de processen meer in control zijn dan nu. Dit kan en zal
worden gemeten aan de hand van het control framework door de resultaten begin 2023 te vergelijken met de resultaten na afronding van het transitieplan.

Inhuur derden
De geconstateerde onrechtmatigheden bij inhuur derden hangen ook samen met de in 2020 gesignaleerde risico’s op onjuiste aanbestedingen in het verleden. Ook voor dit proces is door het college, in opdracht van de gemeenteraad, in 2021 een verbeterplan Rechtmatigheid opgesteld. Dit verbeterplan richt zich enerzijds op het opsporen en herstellen van aanbestedingsfouten in het verleden en anderzijds op het voorkomen van nieuwe fouten. Over de voortgang en de uitkomsten van dit verbeterplan Rechtmatigheid is periodiek aan de gemeenteraad gerapporteerd.

De organisatie heeft in 2020 en 2021 alle in het verleden gemaakte fouten ten aanzien van inhuur derden opgespoord en een plan van aanpak opgesteld om tot een oplossing te komen. Voor het overgrote deel zijn deze aanbestedingsfouten opgelost. Voor 2022 resteert nog een bedrag van € 0,2 miljoen aan onrechtmatige kosten. Naast de afloop van in het verleden gemaakte aanbestedingsfouten is in 2022 onderzoek gedaan naar de rechtmatigheid van de kosten van inhuur. Hier zijn geen nieuwe afwijkingen gesignaleerd.

In 2022 is in het kader van het verbeterplan Rechtmatigheid verder gewerkt aan de versterking van het reguliere proces en het systeem. Nieuwe onrechtmatigheden kunnen hiermee worden voorkomen of zoveel mogelijk vooraf worden gesignaleerd en na signalering worden hersteld. Belangrijke beheersmaatregelen vormen de leidraad inhuur, de inkoopordercontrole en de modules voor urenregistratie en facturering, de doorontwikkeling van management informatie en de interne kwaliteitsbewaking. Het vervolg van de verbetering aan de hand van het transitieplan is hiervoor (bij inkoop/aanbesteding) uiteengezet.

Kosten Jeugdhulp
De afwijking bij Jeugdhulp betreft de uitkomsten van de extrapolatie naar aanleiding van een bevinding over onterecht gedeclareerde zorg bij 'kleine' jeugdhulpaanbieders. Op basis van nader onderzoek wordt het gedeclareerde teruggevorderd.

Kosten Participatie
De onduidelijkheid bij Participatie (€ 0,7 miljoen) betreft de inschatting van de financiële omvang van de uitkeringen met ontbrekende/onvolledige uitkeringsdossiers uit 2020. De beperkte onzekerheid nemen we weg door de ontbrekende bewijsvoering aan te vullen en als onderdeel van de reguliere processen rechtmatigheidsonderzoeken uit te voeren.

Subsidies
De geconstateerde onduidelijkheden bij subsidies worden veroorzaakt door de niet vastgestelde subsidiedossiers. Dit geeft risico’s omtrent (mogelijke beoordeling van de) rechtmatigheid van deze subsidies en de mogelijkheden tot terugvordering als niet aan de subsidievereisten is voldaan. Het restantbedrag 2021 (€ 0,6 miljoen) is als onduidelijkheid aangemerkt.  
 
Om bij het proces subsidies in control te komen wordt als basis de Algemene Subsidie Verordening (ASV) aangepast/aangescherpt. De ASV wordt naar verwachting in 2023 ter besluitvorming aan de gemeenteraad voorgelegd. Daarnaast krijgt de verbetering van het (administratieve) subsidieproces in 2023 nog een vervolg met het optimaliseren en borgen van het proces van subsidieverlening en subsidievaststelling, de inrichting van interne kwaliteitsborging en managementinformatie.

Artikel 213a onderzoeken

Terug naar navigatie - Artikel 213a onderzoeken

Jaarlijks voert het college onderzoeken uit gericht op doelmatigheid en doeltreffendheid. De programmering van voorgenomen onderzoeken wordt opgenomen in de begroting. De verplichting daartoe is vastgelegd in artikel 213a van de gemeentewet. Deze verplichting en werkwijze is nader uitgewerkt in de verordening omtrent periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur (Verordening 2021). De voortgang en de uitkomsten van deze artikel 213a-onderzoeken wordt in deze paragraaf bedrijfsvoering beschreven. 

Lopende onderzoeken

 

Onderwerp 1 Gesubsidieerde instellingen
Beschrijving/Scope Onderzoek naar de wijze van sturen van, beheersen en toezicht houden op gesubsidieerde instellingen. Instellingen worden door de gemeente gesubsidieerd om de gemeentelijke doelen efficiënt en effectief te realiseren. Met dit onderzoek wordt de wijze waarop instellingen verantwoording afleggen aan de gemeente en de wijze waarop ze vanuit de gemeentelijke organisatie worden gestuurd om tot de juiste inzet/activiteiten te komen, onder de loep genomen. 
Doelstelling Borging van een goede governance van gesubsidieerde instellingen. 
Planning uitvoering Q4 van 2022 - Q2 2023 
Status Dit onderzoek is in concept afgerond. Resultaten van dit onderzoek worden meegenomen in de uitwerking van de nieuwe ASV en Nadere Regels. 

 

Onderwerp 2 Verbonden partijen (gemeenschappelijke regelingen)
Beschrijving/Scope Onderzoek naar de wijze van sturen van, beheersen en toezicht houden op verbonden partijen. Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de provincie onderscheidenlijk de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Het deelnemen aan verbonden partijen brengt financiële en bestuurlijke risico’s met zich mee. Centraal staat in het onderzoek hoe en met welke doelen de gemeente deelneemt in gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen en of sprake is van adequate invulling van de governance van deelnemingen. 
Doelstelling

Bij het opstellen en uitvoeren van het gemeentelijk beleid voor verbonden partijen is een drietal aspecten van belang:

  1. de governance van de verbonden partij(en)
  2. de doeltreffendheid van de verbonden partij(en)
  3. de risico’s van de verbonden partij(en)

Deze drie aspecten komen in het onderzoek naar voren om op basis daarvan te komen tot aanscherpingen in de doelmatigheid van de gemeentelijke werkwijze bij gemeentelijke deelnemingen.

Planning uitvoering Q4 2022 - Q2 2023
Status Er is een raadsbesluit genomen tot verlenging van de huidige Nota Verbonden Partijen met een jaar (van 1 juli 2022 tot 1 juli 2023). In die periode wordt de Nota Verbonden partijen geactualiseerd, rekening houdend met de nieuwe Wet Gemeenschappelijke Regelingen (in werking sinds 1-7-2022), de adviezen en aanbevelingen van de uitgevoerde “Evaluatie kader stellende spelregels verbonden partijen” en het rapport van Berenschot “Grip en sturing op gemeenschappelijke regeling Regio West-Brabant". Dit proces van actualisatie loopt op dit moment in regionaal verband tezamen met de regio’s West en Midden Brabant.  

 

Onderwerp 3 Evaluatie overheveling WOZ-taken naar BWB
Beschrijving/Scope Op basis van een onderzoeksrapport heeft het college besloten per 1 mei 2019 de WOZ-taken taxeren en bezwaarafhandeling over te dragen aan de BWB. Het college heeft bij deze besluitvorming tevens besloten om na 3 jaar een evaluatie uit te voeren naar de ontwikkeling van de prijsstelling, kwaliteit van dienstverlening en de wijze van samenwerking (communicatie en data-uitwisseling) tussen gemeente Breda en BWB. 
Doelstelling Beoordelen of de beoogde resultaten bij de overheveling van de WOZ-taken taxeren en bezwaarafhandeling daadwerkelijk zijn gerealiseerd, waarbij aandacht voor:
  1. afgesproken prijsstelling (budgettair neutraal)
  2. kwaliteit van dienstverlening op de processen taxeren en bezwaarafhandeling (niveau minimaal handhaven) 
  3. verbetering van samenwerking (onderlinge communicatie en data-uitwisseling moet substantieel beter). 
De uitkomsten van de evaluatie kunnen ook gebruikt worden voor het verder door ontwikkelen van de ingezette samenwerking op de WOZ-taken taxeren en bezwaarafhandeling.
Planning uitvoering Q3 2022 t/m Q2 2023
Status Het evaluatieonderzoek is uitgevoerd in de periode Q3 2022/Q2 2023. Inmiddels is het onderzoek afgerond door onderzoeker en is het rapport beschikbaar gesteld aan zowel de BWB als de gemeente Breda voor een managementreactie. Vervolgens wordt het rapport naar verwachting in mei 2023 vastgesteld door het college. Na vaststelling van het rapport wordt de gemeenteraad geïnformeerd over de onderzoeksbevindingen en de aanbevelingen in het rapport.

 

Onderwerp 4 Doordecentralisatie onderwijshuisvesting
Beschrijving/Scope Gemeente Breda heeft de zorgplicht voor nieuwbouw en renovatie voor onderwijshuisvesting doorgedecentraliseerd naar twee coöperaties, Breedsaam en Building. De gemeente onderzoekt welke verbeteringen noodzakelijk zijn om te sturen op de doelmatigheid van de doorgedecentraliseerde middelen.
Doelstelling Het versterken van de interne organisatie en de aansturing richting de coöperaties. Daarvoor worden afspraken aangescherpt en een nieuwe doordecentralisatie-overeenkomst met beide coöperaties gesloten. 
Planning uitvoering Naar aanleiding van een extern onderzoek wordt er een verbeterplan opgesteld in het najaar van 2022. De nieuwe afspraken en doordecentralisatie-overeenkomst worden in het voorjaar 2023 naar verwachting vastgelegd.
Status Het extern onderzoek is afgerond. Het opstarten van het verbeterplan heeft vertraging opgelopen. Naar verwachting is dit voor het zomerreces gereed.

 

Afgeronde onderzoeken

Onderwerp  Evaluatie opgave gestuurd werken
Beschrijving/Scope

In 2017 is gestart met ‘opgave gericht werken’, gericht op de aanpak van complexe en dynamische maatschappelijke uitdagingen die we niet binnen 1 of meerdere dienstverleningsketens kunnen oppakken. De drie opgaven Wonen, Onderwijs en Economie zijn afgerond. Daarom zijn deze opgaven geëvalueerd.

Doelstelling

Het in beeld brengen van de resultaten en effecten van de opgaven, bepalen of de werkwijze volgens betrokkenen succesvol is en een toegevoegde waarde heeft en tot slot komen tot een advies over opgavegericht werken in de toekomst.

Status Afgerond. De adviezen zijn verwerkt in het organisatie ontwikkelprogramma dat in de zomer 2022 is gelanceerd, onder de noemer ‘Ontwikkelen van een basiswerkwijze’.

 

 

Onderwerp  Evaluatie/actualisatie beleidskader kapitaalgoederen
Beschrijving/Scope Medio 2021 is de 2e evaluatie (1e evaluatie/actualisatie in 2018) voor het beleidskader kapitaalgoederen verschenen. Deze biedt input voor c.q. vormt de opmaat naar de actualisatie van het kapitaalgoederenbeleid in 2022. Zoals die bestuurlijk is afgesproken tussen college en gemeenteraad in 2014.
Doelstelling

Voor de kapitaalgoederen van de openbare ruimte in Breda (wegverhardingen, civieltechnische kunstwerken, openbare verlichting, bomen, waterwegen- en voorzieningen en cultuurgroen) is in 2014 door college en gemeenteraad een beleidskader vastgesteld. Elke twee jaar wordt daarover een beperkte evaluatie uitgevoerd. Elke 4 jaar vindt een evaluatie en actualisatie van het beleidskader plaats. De doelstelling met de tweejaarlijkse evaluaties is de beleidsafspraken over kwaliteitsniveaus voor het onderhoud en de bijbehorende budgetten voor de verschillende kapitaalgoederen te beschouwen. Elke vier jaar worden deze bij de actualisatie zo nodig bijgesteld. Na de gemeenteraadsverkiezingen in 2022, kan het nieuwe stadsbestuur het geactualiseerd beleidskader kapitaalgoederen vaststellen.

Status

Eind 2021 is met de gemeenteraad de evaluatie van het beleidskader kapitaalgoederen openbare ruimte gedeeld en besproken. De actualisatie van het beleidskader kapitaalgoederen wordt breder opgepakt dan alleen een update van de huidige opzet en kan naar verwachting in 2024 worden vastgesteld.