Breda klimaatneutraal in 2044

Inleidend voorwoord

Terug naar navigatie - Inleidend voorwoord

Voor u ligt de eerste versie van onze nieuwe klimaatmonitor, als bijlage bij de jaarrekening over 2023. De klimaatbegroting is in dit jaar verder uitgewerkt in het klimaatplan ‘Breda klimaatneutraal in 2044’. Vanuit deze klimaatmonitor geven we een beeld van de verwachte effecten op de uitstoot van alle broeikasgassen in 2023 ten opzichte van onze gemeentelijke ambitie om in 2030 een uitstoot te reduceren tot minder dan 490 kiloton CO2 equivalenten. Dat is 60% minder ten opzichte van 1990 en vergelijkbaar met het Rijksbeleid, waarbij de plannen worden berekend op 60% reductie om minimaal 55% reductie daadwerkelijk te gaan halen. Met de uitvoering van het klimaatplan zijn er ook andere effecten, zoals bijvoorbeeld energie armoede. Deze klimaatmonitor beperkt zich nu tot de uitstoot van broeikasgassen.

De landelijk beschikbare monitor gegevens gaan nog niet verder dan 2022. Voor 2023 is een prognose gemaakt door het bureau CE-Delft. Die prognose is gebaseerd op de resultaten die er in 2023 zijn bereikt op basis van zowel de uitvoering van landelijke beleidsmaatregelen, en de specifieke aanvullende gemeentelijke maatregelen. In de komende begroting over 2025 wordt op deze wijze ook een vooruitblik gemaakt. Niet alle gemeentelijke maatregelen hebben direct een effect op de uitstoot van emissies. Veel werk zit ook in randvoorwaarden om later tot een verdere reductie te komen. 
Het effect van vastlegging van CO2 door meer natuur in de gemeente is in deze eerste versie nog niet in beeld gebracht. Hiervoor moeten onze gegevens eerst op orde worden gebracht om volgens de Europese standaarden berekeningen te kunnen maken. Dat volgt in de volgende versie over het jaar 2024.

De klimaatmonitor gaat in op de totale emissies in Breda en zoomt dan in op de verschillende sectoren en geeft tenslotte de stand van zaken weer over de hernieuwbare opwek van elektriciteit in Breda. 

Peter Bakker
Coördinerend wethouder klimaat en duurzaamheid

1. Totale uitstoot broeikasgassen in Breda

Terug naar navigatie - 1. Totale uitstoot broeikasgassen in Breda

De indicator Energie en klimaat uit programma 3 van de begroting (duurzaam wonen in Breda) geeft de ontwikkeling van CO2-uitstoot weer van alleen de energetische emissies, exclusief de snelwegen. Het klimaatplan van Breda gaat over alle directe emissies naar de lucht binnen de gemeentegrens en emissies gerelateerd aan energiegebruik. Figuur 1 geeft de voortgang op deze indicator weer als we de emissies van snelwegen buiten beschouwing laten en de alle overige broeikasgasemissies emissies uit de stad wel meenemen. Deze overige emissies betreffen bijvoorbeeld de methaanuitstoot uit de veeteelt en de procesemissies uit de industrie en afvalwaterzuivering. Emissies van extra groen en natuurherstel worden niet via de landelijke klimaatmonitor gerapporteerd en moeten apart worden berekend. Die volgen in de klimaatmonitor over 2024.

Figuur 1 – Indicator energie en klimaat streefwaarde en realisatie excl. snelwegen, incl. niet-energetische emissies en overige broeikasgassen en exclusief natuurherstel (bron CE-Delft, april 2024)

Figuur 2 laat zien hoe de broeikasgasemissies in Breda zich ontwikkelen van 1990 tot en met 2023. Sinds 1990 is er vooral een sterke daling in de industrie te zien. Dat komt vooral doordat er sinds 1990 grote industriële bedrijven uit Breda zijn vertrokken, zoals de Machinefabriek Breda in 1993, Drie hoefijzers/ Oranjeboom in 2004, CSM in 2008 en Faam in 2013.
Tussen 2021 en 2022 is er ook een reductie zichtbaar. Deze reductie komt vooral door landelijke ontwikkelingen, zoals de vergroening van de Nederlandse energiemix voor elektriciteit en extra maatschappelijke urgentie op energiebesparing door de hogere gasprijzen. 

Figuur 2 - Broeikasgasemissies in de gemeente Breda in 1990, 2021, 2022 en 2023, exclusief snelwegen en exclusief natuurherstel, met de rode streep als ambitie 2023 uit het klimaatplan (bron CE-Delft, april 2024).

Ook het gemeentelijk beleid begint de eerste vruchten af te werpen, doordat we projecten in de gebouwde omgeving steeds verder opschalen. In figuur 3 is het effect van verschillende maatregelen in beeld gebracht. Omdat veel van de maatregelen in de loop van het jaar 2023 zijn geïmplementeerd, is de verwachte besparing in een volledig jaar hoger. Beide jaren zijn in figuur 3 weergegeven. 

Van de gemeentelijke maatregelen leveren de beschikte subsidies in het kader van het Volkshuisvestingfonds (VHF) en de samenwerking met de woningbouwcorporaties (aanpak gespikkeld particulier bezit) de meeste CO2-reductie op. Dit komt omdat het hier gaat over verbeteringen in het isolatieniveau van woningen. Bij Energie Bespaarcoaches en Energiefixers gaat het vooral over kleinere energiebesparende maatregelen. De bijdrage van Energiefixers in 2023 is nagenoeg nul doordat de Energiefixers pas in december bij de huishoudens zijn langsgegaan.  

Figuur 3 – Effect van gemeentelijke beleidsmaatregelen in 2023 en in een volledig jaar (bron CE-Delft, april 2024)

2. Emissies per sector

Terug naar navigatie - 2. Emissies per sector

Figuur 4 geeft de emissies in Breda in 2023 weer voor de verschillende sectoren. Het thema werklocaties (bestaande uit sectoren industrie en diensten) is de belangrijkste veroorzaker van broeikasgasemissies. Ook huishoudens (thema gebouwde omgeving) hebben een aanzienlijk aandeel in de emissies van Breda.

Figuur 4 laat zien dat de emissies van werklocaties in de periode 2021-2023 flink zijn afgenomen. De toename van het aandeel groene energie in het elektriciteitsnet heeft daar een grote invloed op. Bij huishoudens is vooral tussen 2021 en 2022 een sterke daling te zien. Een mogelijke verklaring is dat de energieprijzen sinds eind 2021 sterk zijn toegenomen, waardoor huishoudens met name in 2022 energie hebben bespaard. Ditzelfde beeld is terug te zien bij de landbouwsector. De hoge gasprijzen hebben een forse impact gehad op de glastuinbouwsector.

Figuur 4 - Broeikasgasemissies in de gemeente Breda in 2021, 2022 en 2023 naar sector (exclusief snelwegen en exclusief natuurherstel). De rode strepen geven de ambitie uit het klimaatplan van Breda voor 2023 weer.  (bron CE-Delft, april 2024)

Figuur 5 laat zien hoe de totale emissies van Breda zijn verdeeld over de subsectoren, als we snelwegen wél meenemen. De sector mobiliteit is inclusief snelwegen de grootste uitstoter van broeikasgassen in de gemeente. De broeikasgassen uit deze sector komen voor het overgrote deel van wegverkeer op de snelweg. Ruim 21% van de emissies van Breda komt van snelwegen. 

Figuur 5 - Verdeling van de CO2-emissies over de verschillende deelsectoren in 2023, exclusief natuurherstel (bron CE-Delft, april 2024)

3. Hernieuwbare opwek

Terug naar navigatie - 3. Hernieuwbare opwek

De gemeente Breda levert een bijdrage aan de vergroening van de energiemix op het elektriciteitsnet volgens de afspraken die in de Regionale Energie Strategie (RES) West-Brabant zijn vastgelegd. 

In de RES staat dat Breda, bovenop de bestaande hernieuwbare energie-opwek van 40 GWh, een bijdrage zal leveren aan wind- en zonne-energie. Deze bijdrage bestaat uit 20 GWh zon op dak, 17 GWh zonnepark en 92 GWh windenergie. Dit waren projecten in de pijplijn. Hier bovenop heeft Breda aangegeven dat er in de gemeente 111 GWh extra zon op dak gerealiseerd zal worden.

In 2023 zijn de windparken Galder en Nieuwveer gerealiseerd. Samen wekken die in potentie 58 GWh op als we rekenen met de landelijk afgesproken kentallen voor de RES prognoses. Daarnaast is er zon op veld geïnstalleerd waarmee jaarlijks 35 GWh kan worden opgewekt. Voor kleinschalige zon op daken zijn de cijfers voor 2023 nog niet compleet. 

Figuur 6 laat zien hoeveel energie geproduceerd kan worden in 2023 met het bekende geïnstalleerd vermogen. Voor windenergie moet de gemeente Breda nog 35 GWh realiseren om aan haar RES-doelstelling te voldoen. Voor zonne-energie is dat 9 GWh. De gemeente voldoet in 2023 voor 84% van de totale RES-doelstelling van 280 GWh opgewekt in Breda. De verwachting is dat de ambitie van 2030 wel gehaald kan worden.

Figuur 6 – Potentiële energieproductie met bekend opgesteld vermogen zon en wind in de gemeente Breda tot en met 2023 en het RES 1.0 bod (bron CE-Delft, april 2024)